Samenvatting Literatuurgeschiedenis Nieuwere letterkunde
Een samenvatting van de colleges gegeven aan de Hogeschool van Amsterdam (2018-2019) en de
daarin besproken literatuur.
Inhoud
Literatuur uit de 19e eeuw in vogelvlucht ............................................................................................... 2
Voor 1880 ............................................................................................................................................ 2
Vanaf 1880 .......................................................................................................................................... 2
Naturalisme ............................................................................................................................................. 3
Historische achtergrond ...................................................................................................................... 3
Zes negentiende-eeuwse denkers....................................................................................................... 3
Typische kenmerken naturalisme ....................................................................................................... 4
Een buitenkansje, Arij Prins ................................................................................................................. 4
Kenmerken naturalistisch proza .......................................................................................................... 5
Vooruitblik: van naturalistisch naar modernistisch proza................................................................... 5
Hoofdstuk 5 (Gera en Sneller): Naturalisme (ca. 1885 – ca. 1918) ..................................................... 5
Modernisme ............................................................................................................................................ 9
Betekenis begrip modernisme ............................................................................................................ 9
Literatuur tijdens het interbellum (1918-1940) .................................................................................. 9
Modernistische aspecten van literatuur ........................................................................................... 10
Paul van Ostaijen (1896-1928) .......................................................................................................... 10
Hoofdstuk 6 (Gera en Sneller): Modernisme (ca. 1890 – ca. 1945) .................................................. 11
Naoorlogs proza .................................................................................................................................... 16
Vooroorlogs proza ............................................................................................................................. 16
Naoorlogs proza ................................................................................................................................ 16
De donkere kamer van Damokles, Willem Frederik Hermans .......................................................... 17
Turks fruit, Jan Wolkers ..................................................................................................................... 19
Literatuur in conflict met religie en maatschappij ............................................................................ 20
Naoorlogse poëzie ................................................................................................................................. 21
De Vijftigers: ophef en rumoer! ........................................................................................................ 21
Alles moest anders: experiment en spontaniteit in de poëzie van de Vijftigers............................... 23
Postmodernisme ................................................................................................................................... 23
Modernisme en postmodernisme ..................................................................................................... 23
Kenmerken postmodernistisch proza ............................................................................................... 24
Een perfecte moord (thriller), Tom Lanoye....................................................................................... 25
Hoofdstuk 7 (Gera en Sneller): Postmodernisme (na 1945) ............................................................. 25
Samenvatting Literatuurgeschiedenis Nieuwere letterkunde | Mark-Jan Zwart | 1
,Primaire bronnen
• Een buitenkansje, Cooplandt (pseudoniem Arijn Prins)
• De donkere kamer van Damokles, Willem Frederik Hermans
• Turks fruit, Jan Wolkers
• Een perfecte moord (thriller), Tom Lanoye
Secundaire bronnen
• Inleiding literatuurgeschiedenis voor de internationale neerlandistiek (hst 5-7), Gera & Sneller
• Alles moest anders: experiment en spontaniteit in de poëzie van Vijftig (literatuurgeschiedenis.nl)
Literatuur uit de 19e eeuw in vogelvlucht
Voor 1880
• Idealiserend
- Literatuur moest moraliserend zijn → mens verheffen.
- Biedermeier → naar binnen gekeerd: eigen kring, huis, haard, geschiedenis, godsdienst,
gezin.
• Typerende onderwerpen: God, huiselijkheid, vaderland.
• De domineedichters
- Hendrik Tollens ‘Op de eerste tand van mijn jongstgeboren zoontje’.
- Nicolaas Beets
- P.A. de Génestet
- Bespot door Cornelis Paradijs (pseudoniem voor de Tachtiger Frederik van Eeden).
• Andere typisch Nederlandse 19e-eeuwse genres
- Realistische schetsen
- E. Potgieter ‘De kopyeerlust des dagelijkschen leven’.
- Klikspaan (ps. voor Johannes Kneppelhout) ‘Studententypen’ (1841).
- Humoristische teksten → humor als middel tegen onbevredigende werkelijkheid →
relativeren.
- De Schoolmeester (ps. voor Gerrit van der Linde) ‘Gedichten van den Schoolmeester’.
- Hildebrand (ps. voor Nicolaas Beets) ‘Camera Obscura’.
- Piet Paaltjesn (ps. voor François Haverschmidt) ‘Snikken en grimlachjes’.
- Historische romans → verlangen naar verleden, avonturen van weleer →
maatschappijkritiek.
- Walter Scott ‘Ivanhoe’ (1820).
- G. Bosboom-Toussaint ‘Het huis Lauernesse’ (1840).
- Verbeelding van het verleden.
- Historische avonturenromans.
- Historische ideeënromans.
Vanaf 1880
• De ‘beweging van Tachtig’ → de grote vernieuwers?
- Kunst/literatuur volledig in dienst van schoonheid.
- L’art pour l’art.
- De kunst heeft genoeg aan zichzelf.
- De Nieuwe Gids (1885).
- Opruiende kritiek en affaires.
- ‘Grassprietjes’ (1885), Cornelis Paradijs (Frederik van Eeden) → parodieën.
- ‘Julia’ (1886), Guido, Kloos en Verweij → bij wijze van grap.
Samenvatting Literatuurgeschiedenis Nieuwere letterkunde | Mark-Jan Zwart | 2
, - ‘De onbevoegdheid der Hollandse literaire kritiek’ (1886), pamflet Willem Kloos en Albert
Verweij.
- Motto’s van de Tachtigers
- Kloos’ ‘Inleiding bij de gedichten van Jacques Perk’
- Vorm en inhoud zijn één.
- Poëzie is stemmingskunst: aan de stemmingen kent men de ziel.
- Kloos over Gorters Verzen (1890).
- Kunst is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie.
• Kenmerken poëzie van Tachtig
- Allerindividueelst taalgebruik: woordkunst en neologismen (‘nieuwe woordvormingen’).
- Zintuiglijk, soms stamelend zinsgebruik, ongewone verbanden.
- Oorspronkelijkheid: originele beeldspraak.
De lente komt van ver, ik hoor hem komen
en de boomen hooren, de hooge trilboomen
en de hooge luchten, de hemelluchten,
de tintellichtluchten, de blauwenwitluchten,
trilluchten
Herman Gorter
Naturalisme
Historische achtergrond
• Verzuiling
• Koloniën, ethische politiek, imperialisme.
- De stille kracht, Louis Couperus → koloniale ambtenarij.
• Eerste Wereldoorlog (1914-1918).
• Moderne stad.
• Interbellum.
• Economische malaise (jaren ’30).
• Tweede Wereldoorlog (1940-1945).
Zes negentiende-eeuwse denkers
Denker Vakgebied Nalatenschap
Freud Psychiater Theorie onderbewuste
Darwin Natuuronderzoeker Evolutietheorie
Marx Sociaal-econoom Communistisch Manifest
Engels Sociaal-econoom Communistisch Manifest
Zola Auteur, literator, naturalist Le roman expérimental (1880)
Taine Sociaal-wetenschapper Race, milieu, moment
• Emile Zola → grondlegger naturalistische literatuur
- Onder invloed van Darwin.
- Romans volgens naturalistische principes → bewijzen.
- Race: erfelijk materiaal.
- Milieu: omgeving waarin iemand opgevoed wordt (bijvoorbeeld arbeiders, burgerij).
- Moment: tijdvak in de geschiedenis.
Samenvatting Literatuurgeschiedenis Nieuwere letterkunde | Mark-Jan Zwart | 3