Samenvatting
Samenvatting Groepsdynamica
Zeer volledige samenvatting voor het vak Groepsdynamica. Inclusief tabellen en/of duidelijke verwijzingen naar het juiste paginanummer in het boek t.b.v. een bepaald figuur.
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 32 pagina's
Voorbeeld 4 van de 32 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
- Uitgave:
- ISBN:
- Druk:
14 beoordelingen
Door: semra-sunbul • 1 jaar geleden
Door: cindy14 • 1 jaar geleden
Door: Ynszcn • 3 jaar geleden
Door: claudialeadbitter • 3 jaar geleden
Door: phyllismars • 4 jaar geleden
Door: ninavansauers • 4 jaar geleden
Door: nadinesibering • 4 jaar geleden
Voorbeeld van de inhoud
Hoofdstuk 1Groepsdynamica tussen psychologie en sociologie
Groepsdynamica is de studie van het gedrag van mensen in kleine groepen.
Maatschappij groep Individu
Individu groep maatschappij
Maatschappij heeft invloed op de groep en het individu maar ook andersom. De groep vormt
in beide de schakel tussen individu en maatschappij.
Cultuurmodel van Geert Hofstede. Met dit model krijgen we een goed inzicht in
cultuurverschillen. De zes dimensies zijn:
1. Machtsafstand; macht al dan niet ongelijk verdeeld.
2. Individualisme versus collectivisme; individualistisch is als ieder wordt geacht voor
zichzelf te zorgen, collectivistisch zijn zeer sterke, hechte groepen die bescherming
bieden in ruil van loyaliteit.
3. Masculiniteit versus femininiteit; een masculiene samenleving hecht veel waarde
aan traditionele mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten. Een samenleving is feminien
als de emotionele sekserollen elkaar overlappen.
4. Onzekerheidsvermijding: de mate waarin de leden van een cultuur zich bedreigd
voelen door onzekere of onbekende situaties. Onzekerheid proberen te verminderen
door regelgeving, formele procedures en rituelen.
5. Lange- of kortetermijngerichtheid; het nastreven van deugden die ooit in de
toekomst beloond zulle worden of onmiddellijk resultaat.
6. Hedonisme versus soberheid; hedonisme staat voor een samenleving waarin mensen
uitbundig, vrolijk en gelukkig zijn en waarin ze zichzelf toestaan om toe te geven aan
impulsen. Sober; zij onderdrukken hun impulsen en zijn ernstig.
Het individu
Globaal gezien is een van de belangrijkste polariteiten in de mens de spanning tussen zijn
rationele en zijn irrationele kanten, ook wel aangeduid als de spanning tussen rationaliteit en
emotionaliteit of tussen verstand en gevoel.
De polariteit tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid zorgt nog steeds voor vooroordelen dat
mannen vooral verstandelijk en rationeel zijn en vrouwen gevoelsmatig en irrationeel.
De groep
Globaal ingedeeld: er zijn groepen die vooral onze sociaal-emotionele behoeften bevredigen,
zoals het gezin, en er zijn groepen die vooral tegemoetkomen aan onze belangen en onze
rationele behoeften, zoals taakgroepen, werkgroepen en groepen in de arbeidssituatie.
Primaire groepen; persoonlijk, intiem.
Secundaire groepen; koele, onpersoonlijke, rationele en formele relaties.
De maatschappij
De maatschappij doet zich aan ons voor in de vorm van een groot aantal organisaties en
instellingen op het terrein van politiek, onderwijs, bedrijfsleven, gezondheidszorg,
welzijnszorg enzovoort. Ook in primaire of informele groepen werkt de maatschappij door;
welke sociale klasse, omgang met elkaar, man-vrouwverschillen.
Op grond van deze drie hoofdthema’s – individu, groep, maatschappij- kent de
groepsdynamica een belangrijke brugfunctie tussen de psychologie en sociologie.
,Hoofdstuk 2
Grondslagen van de groepsdynamica
Elke groep functioneert tegelijkertijd op twee niveaus: een taakniveau en een sociaal-
emotioneel niveau. Beide niveaus zijn tegelijkertijd aanwezig.
Het taakniveau verwijst naar de inhoud, naar wat er gezegd en gedaan wordt. Het sociaal-
emotionele niveau verwijst naar de manier waarop men met elkaar omgaat tijdens de
uitvoering van die taak.
Onderscheid tussen het externe en het interne systeem van elke groep. Het externe systeem
omvat alles wat er zich in een groep afspeelt aan activiteiten, interacties en gevoelens om als
groep ten aanzien van de buitenwereld te kunnen blijven voortbestaan; vervullen van een taak;
groepsdoel = formeel, taakleider.
Het interne systeem omvat alle activiteiten, interacties en gevoelens die voortvloeien uit het
interne groepsfunctioneren.
De interactietheorie
Vat de groep op als een systeem van met elkaar in interactie verkerende individuen.
Homans en de sociaal-contacthypothese: indien er frequente interacties zijn tussen de leden
van een groep, zullen er gevoelens van onderlinge genegenheid groeien en deze gevoelens
zullen op hun beurt leiden tot verdere interacties. Indien er frequente interacties zijn in het
externe systeem zal die leiden tot gevoelens van genegenheid, die op hun beurt leiden tot
verdere interacties die de basis vormen van het interne systeem.
Bales en de interactieprocesanalyse: hij onderscheidt het taakgebied en het sociaal-
emotioneel gebied en heeft voor elk van deze gebieden drie observatie categorieën:
oriëntatiefase, evaluatiefase, controlefase.
Deze driefasentheorie is ook bekend geworden als het BOB-model: Beeldvorming,
Oordeelsvorming, Besluitvorming.
De systeemtheorie
De systeembenadering onderzoekt de verbanden tussen verschillende soorten input en output
van het systeem. De systeembenadering is voor geïnteresseerd in hoe systemen tot
verandering komen of stabiliteit handhaven. In hun theorie is een van de belangrijkste
manieren daartoe het gebruik van feedback; het serieus nemen of negeren van informatie over
het functioneren van het systeem ( informatie over de output ).
Het geheel is meer dan de som der delen.
De systeembenadering is vooral een evenwichtstheorie die meer verduidelijkt hoe systemen
zich handhaven dan hoe ze veranderen.
De sociometrische benadering
Richt zich vooral op de sociale aspecten van het groepsgebeuren, met name op de emotionele
kanten van de interpersoonlijke relaties tussen de groepsleden. Sociogram.
Benaderingen uit de algemene psychologie
Cognitieve dissonantietheorie; stelt dat ieder tot een samenhangend en consistent beeld van
de werkelijkheid wil komen. Je probeert de fysieke en sociale omgeving zo te interpreteren
dat de diverse waarnemingen daarvan consistent zijn met elkaar.
Sociale vergelijkingstheorie; ieder heeft over zaken en personen een aantal meningen en
opvattingen. We streven naar consonante samenhang en om hiervoor bevestiging te vinden.
Naarmate een bepaalde mening gedeeld wordt met meer anderen, is ieder meer overtuigd van
,de juistheid van die mening; krijgt de schijn van objectiviteit en algemene geldigheid. Zo
creëren groepen een sociale werkelijkheid.
Cognitief conflict en conformiteit; hoe komen indrukken tot stand? Hoe gaan mensen om
met situaties in een groep waarin ze een cognitief conflict ervaren? (situatie die door een
groepsmeerderheid anders wordt beoordeeld dan door een enkeling)
De veldtheorie
Ontleent haar naam aan de stelling dat gedrag plaatsvindt binnen een veld van elkaar
beïnvloedende krachten. Dit veld bestaat uit een aantal krachten die van invloed zijn op het
gedrag van de groep en van de leden van de groep.
De psychoanalytische benadering
Bruikbaar voor het verkrijgen van dieper inzicht in groepsprocessen.
Manifeste niveau: direct zichtbaar gedrag.
Latente niveau: verwijst naar wat er zich net onder de oppervlakte afspeelt, de verborgen
onderstroom.
Hoofdthema’s in de groepsdynamica:
- Interactie: groepen kleiner dan 20 personen, hun groepsgedrag wordt aangeduid met
de term interactie.
- Interpersoonlijke attractie: gevoelens van sympathie en antipathie kunnen in sterke
mate de interactie bepalen. Hoe gevoelens van sympathie en antipathie in groepen tot
stand komen, wordt in de groepsdynamica bestudeerd onder de term interpersoonlijke
attractie.
Persoonswaarneming, stereotypering, communicatie, groepsnormen en conformiteit,
besluitvorming, leiderschap, groepsontwikkeling, feedback.
, Hoofdstuk 3
Definitie van de groep en soorten groepen
Wat kenmerkt een groep?
Groepsdynamica is de studie van groepen mensen in een directe contactsituatie (face-to-face
relationship). Een groep is als een verzameling individuen die in een bepaalde context meer
interactie met elkaar hebben dan met anderen daarbuiten. Interactie en context zijn bepalende
hoofdelementen (Sprott).
Een groep wordt ook wel gedefinieerd als een aantal mensen dat zichzelf als een eenheid
waarneemt en die de macht heeft om gezamenlijk tegenover de omgeving te handelen.
Groepsbewustzijn.
Het ontstaan van normen, gedeelde gedragsregels, is het moment om van een groep te kunnen
spreken.
Gemeenschappelijk nagestreefd doel.
Groepsaspecten
Motivatie: mensen worden lid van een groep vanuit een bepaald belang of persoonlijke
behoefte.
Doelstelling: gemeenschappelijk doel bereiken, levert een positieve ervaring op.
Structuur: rollen, normen en statusaspecten.
Interdependentie: de wederzijdse betrokkenheid van de groepsleden op elkaar (groepsleden
hoeven niet gelijk aan elkaar te zijn).
Interactie: wanneer een bepaalde activiteit van iemand wordt gestimuleerd door de activiteit
van iemand anders, ongeacht wat deze activiteiten inhouden. Wederkerige beïnvloeding.
We kunnen spreken van een groep zodra twee of meer personen met elkaar in interactie staan,
waarbij elke persoon van invloed is op en beïnvloed wordt door elke andere persoon in de
groep.
Hare komt tot vijf kenmerken om van een groep te kunnen spreken: interactie, gezamenlijk
doel, normen, rollen en een netwerk van interpersoonlijke attracties.
Groepstypen
Primaire en secundaire groepen: primaire groepen worden gekenmerkt door persoonlijke,
intieme relaties in directe contactsituaties en door spontaan gedrag. In een secundaire groep
daarentegen zijn de relaties koel, onpersoonlijk, rationeel en formeel. In een primaire groep is
de sociale afstand tussen de groepsleden erg klein, in een secundaire groep juist erg groot.
(Taalgebruik: je of u).
Primaire groep: het gaat er om wie je bent.
Secundaire groep: het gaat er om wat je bent (positie, status).
Psychegroup en sociogroup: in een psychegroup is er psychologische participatie =
persoonlijke aard; van een sociogroup ben je alleen in naam lid = meer zakelijk.
Informele en formele groepen: als doel, rollen en normen vaag en impliciet blijven, spreken
we van een informele groep = vriendengroep. Werk- taakgroepen zijn formele groepen,
onvrijwillige factoren (organisatiestructuur).
Lidmaatschapsgroepen en referentiegroepen: een lidmaatschapsgroep is een groep waartoe
je formeel behoort, meestal alleen nominaal (alleen in naam). Referentiegroep: een groep
waarin het individu echt als persoon participeert, betrokken is bij een groepsdoel, naleven van
groepsnormen. Iemand kan zich identificeren met bijv. de referentiegroep; hij wil graag zo
zijn.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Loesvh1988. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 53022 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen