Artikel 10a Wet Vpb ~ winstdrainage renteaftrekbeperking
1. Is er een belastingplichtige voor de Wet Vpb?
- Art. 1 jo 2 Wet Vpb: indien in NL gevestigd en naar NL recht opgericht.
2. Heeft de belastingplichtige een schuld aan een verbonden lichaam of verbonden
natuurlijk persoon?
- Verbonden lichaam is 33,33% of een samenwerkende groep
- Rechtens dan wel in feite direct of indirect (HR Credit Suisse bij feitelijk van derde)
3. Is er een besmette rechtshandeling?
- Winstuitdeling (dividenduitkering)
- Kapitaalstorting
- Verwerving/uitbereiding belang
4. Is er een verband tussen de schuld en de besmette rechtshandeling?
- Zowel indirect als direct
- Ook indien de schuld is aangegaan na het verrichten van de rechtshandeling
5. Is er sprake van tegenbewijs?
- Indien er in overwegende mate zakelijke grondslagen liggen aan zowel de rechtshandeling als
de schuld
- Indien er sprake is van een naar Nederlandse maatstaven reële heffing, van minimaal 10%.
- Behoudens in het geval de inspecteur bewijst dat er geen zakelijke overwegingen aan de
schuld of rechtshandeling ten grondslag liggen.
Art. 12aa Wet Vpb ~ hybride mismatches
1. Is er sprake van een hybride element waaruit een aftrek zonder betrekking heffing of
dubbele aftrek volgt?
- Verschillen in toerekening financieel instrument (art. 13 lid 17 gaat voor! en redelijke termijn)
- Betaling aan hybride lichaam (Omgekeerde hybride lichaam, dan belastingplichtig art. 2 lid 3)
- Verschillen in toerekening vaste inrichting
- Buiten beschouwing gelaten vaste inrichting (art. 15e lid 9 gaat voor!)
- Betaling door hybride lichaam
- Veronderstelde betaling
- Dubbele aftrek
2. Is er sprake van een gelieerde verhouding?
- Er is gelieerdheid bij een belang van 25%
3. Is er sprake van dubbel in aanmerking genomen inkomen?
- Indien het lichaam eigen activiteiten heeft waarmee er inkomen wordt gegenereerd kan er
sprake zijn van dubbel in aanmerking genomen inkomen
- Er dient te worden gekeken naar welk bedrag er in aftrek moet worden beperkt
4. Hoe dient de mismatch te geneutraliseerd worden?
- De primaire regel is dat de aftrek dient te worden geweigerd
- De secundaire regel is dat de betaling in de heffing wordt betrokken
, Artikel 13 Wet Vpb ~ deelnemingsvrijstelling
1. Is er sprake van een belastingplichtige voor de Wet Vpb?
- Art. 1 jo 2 Wet Vpb: indien in NL gevestigd en naar NL recht opgericht.
2. Is er sprake van een deelneming?
- Kwantitatieve toets: minimaal een belang van 5%
- Kwalitatieve toets: bezit in de vorm van aandelen, deelgerechtigdheid of vergelijkbare band
- Meesleepregeling: naast aandelen ook nog andere vermogensbestanddelen
- Meetrekregeling: minder dan 5% maar in concern minimaal 5% door andere vennootschap
- Aflopende deelneming: bij minder dan 5% nog steeds 3 jaar de deelnemingsvrijstelling
- Beleggingsdeelneming: een niet-kwalificerende beleggingsdeelneming geen recht op DNV
- Oogmerktoets: oogmerk van belastingplichtige om deelneming te houden
- Onderworpenheidstoets: een naar Nederlandse maatstaven reële heffing, minimaal 10%
effectieve heffing, maar let op stelselafwijkingen, die dienen te worden gecorrigeerd
- Bezittingentoets: de bezittingen dienen minder dan 50% uit laagbelaste vrije beleggingen te
bestaan
- Indien de toetsen niet slagen, is er sprake van een niet-kwalificerende beleggingsdeelneming
en is de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing
3. Is er sprake van voordelen uit hoofde van een deelneming?
- Reguliere voordelen
- Vervreemdingsvoordelen
- Overige voordelen (bijvoorbeeld schadevergoeding bij een perfecte overeenkomst)
4. Welke methode is van toepassing ter voorkoming van economische dubbele heffing?
- Deelnemingsvrijstelling bij een deelneming en een kwalificerende beleggingsdeelneming
- Deelnemingsverrekening bij een niet-kwalificerende beleggingsdeelneming
Art. 13ab Wet Vpb ~ CFC maatregelen
1. Is er sprake van een belastingplichtige voor de Wet Vpb?
- Art. 1 jo 2 Wet Vpb: indien in NL gevestigd en naar NL recht opgericht
2. Heeft de belastingplichtige een belang in een gecontroleerd lichaam?
- Een gecontroleerd lichaam is 50% of meer mits lichaam is gevestigd op een staat van de lijst
3. Geniet het gecontroleerde lichaam een besmet voordeel?
- Een besmet voordeel is bijvoorbeeld rente, royalty of dividend
4. Is het besmette voordeel positief en aan het einde van het jaar onuitgekeerd?
- Het besmette voordeel dient positief te zijn en aan het einde van het jaar niet uitgekeerd te zijn
5. Zijn er uitzonderingen aan de orde waardoor geen CFC van toepassing?
- Indien de voordelen doorgaans hoofdzakelijk (70%) bestaan uit andere dan besmette voordelen
- Indien er sprake is van een financiële onderneming
- Indien er wezenlijke economische activiteit is bij het lichaam
- De substance voorwaarden kunnen helpen maar inspecteur kan altijd nog aannemelijk
maken dat er alleen aan de voorwaarden is voldaan om onder de CFC uit te komen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper daniquemerkx. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,16. Je zit daarna nergens aan vast.