Samenvatting Inleiding Onderzoek – Premaster Orthopedagogiek – SPO/ RUG Groningen - 2019
Samenvatting Inleiding onderzoek
Inhoudsopgave
Samenvatting Onderzoeksmethoden – P. Scheepers, H. Tobi, H. Boeije................................................2
Hoofdstuk 1, Sociaalwetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke integriteit.........................2
Hoofdstuk 2, Het onderzoeksplan......................................................................................................5
Samenvatting Statistiek in de praktijk – David S. Moore en George P. McCabe...................................10
Hoofdstuk 1, Kijken naar gegevens – verdelingen............................................................................10
Hoofdstuk 2, Kijken naar gegevens – relaties...................................................................................17
Hoofdstuk 3, Gegevens verwerven...................................................................................................22
Hoofdstuk 4, Kansberekening: de studie van het toeval...................................................................27
Hoofdstuk 5, Steekproefverdelingen................................................................................................28
Samenvattingen syllabussen.................................................................................................................29
Syllabus 1, Meten.............................................................................................................................29
Syllabus 2, Schatten met onzekerheid..............................................................................................30
Syllabus 3, Samenhang.....................................................................................................................31
Formuleblad.........................................................................................................................................35
1
,Samenvatting Inleiding Onderzoek – Premaster Orthopedagogiek – SPO/ RUG Groningen - 2019
Samenvatting Onderzoeksmethoden – P. Scheepers, H. Tobi, H. Boeije.
Hoofdstuk 1, Sociaalwetenschappelijk onderzoek en
wetenschappelijke integriteit
1.1. Inleiding en leerdoelen
In de sociale wetenschappen gaan we veelal uit van de aanname dat mensen sociale wezens zijn. Sociale
wezens zijn wezens die harmonieus of conflictieus samenleven met andere mensen.
1.2. Sociaalwetenschappelijk onderzoek
Wetenschap= een systematisch geheel van kennis die van theoretisch aard is (het gaat om een samenhangend
geheel van uitspraken, waarmee wordt geprobeerd om allerlei sociale verschijnselen te beschrijven, te
verklaren of te voorspellen).
Onderzoeksplan= een plan dat een aantal stappen bevat die elke onderzoeker, veelal in overleg met andere
onderzoekers, voorafgaande aan de uitvoering van het onderzoek moeten maken.
- Doel: Tot een resultaat komen dat als een bijdrage aan het systematische geheel van kennis kan
worden beschouwd.
Onderzoeksontwerp= Hoe je als onderzoeker te werk gaat om uiteindelijk heldere antwoorden te krijgen op de
probleemstelling van het onderzoek.
Waarnemingen hebben met elkaar gemeen dat ze zintuiglijk en dus empirisch waarneembaar zijn.
1.2.1. Benaderingen in de sociale wetenschappen
Er zijn 2 benaderingen in de sociale wetenschappen te onderscheiden:
1. Empirisch-analytische benadering
2. Empirisch-interpretatieve benadering
1.2.2. Fundamenteel en praktijkgericht onderzoek
We onderscheiden 2 typen wetenschappelijk onderzoek:
1. Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek: Heeft als doel een bijdrage te leveren aan de
wetenschappelijke kennis.
2. Praktijkgericht onderzoek: heeft als doel de oplossingen te leveren van praktijkproblemen die bestaan
bij aanwijsbare personen, groepen of organisaties buiten de wetenschap.
1.2.3. Theorievorming en theorietoetsing
Explorerend onderzoek= Als je gedwongen wordt om met je onderzoek de sociale werkelijkheid te verkennen/
exploreren.
Toetsend onderzoek= Wanneer je een vraagstelling hebt waarover al theoretische inzichten zijn verworven, en
je die inzichten kunt gebruiken om daaruit specifieke hypothesen af te leiden en specifieke uitspraken kunt
doen over wat je verwacht aan te treffen in de sociale werkelijkheid.
Wetenschappelijke definities moeten voldoen aan:
- Transparantie (transparant kenbaar maken hoe men de vraagstellingen en abstracte begrippen
daadwerkelijk waarneembaar denken te maken).
- Validiteit en betrouwbaarheid.
1.2.4. Probleemstellingen en onderzoeksontwerpen
Methodenleer= het geheel van onderzoeksmethoden waarover de sociale wetenschappen inmiddels
beschikken. Het is een leer, omdat er een innerlijke samenhang is en omdat men zich in die methoden kan
verdiepen en ze aan anderen kan overdragen.
Methodologie= de wetenschap van de sociaalwetenschappelijke methoden.
1.3. Wetenschap is communicatie over onderzoek
Onderzoekers communiceren binnen hun vakgebied (disciplinair) en met collega’s uit andere vakgebieden
(multidisciplinair).
2
,Samenvatting Inleiding Onderzoek – Premaster Orthopedagogiek – SPO/ RUG Groningen - 2019
Valorisatie= Hiermee tonen wetenschappers aan dat hun wetenschappelijke inzichten ook van belang zijn voor
de maatschappij.
1.3.1. Communicatiemodel
Zender-boodschap-ontvangermodel (Lasswell): Wie zegt wat tegen wie, hoe en met welk effect?. Dit model
heeft richting gegeven aan de studie van de massacommunicatie, waarin zender en ontvanger van de
boodschap in eerste instantie goed te onderscheiden zijn. Velen vonden dat in dit model weinig aandacht was
voor de ontvanger en voor de context van de communicatie. Later is er gesteld dat communicatie altijd
tweerichtingsverkeer is, ook al kunnen de intensiteit en de directheid van de terugkoppeling (feedback)
wisselen.
- Directe terugkoppeling= De oorspronkelijke boodschap wordt becommentarieerd, aangepast en
veranderd.
- Indirecte terugkoppeling= Bestaat uit het feit dat de ontvanger wegklikt van de website waarop de
onderzoekers de resultaat van hun onderzoek uit de doeken doen.
Communicatie= Wie zegt Wat tegen Wie, Hoe, met welk Effect, met welke Terugkoppeling en in welke
Context?
1.3.2. Functies van communicatie
McQuail onderscheid 4 functies van de boodschap:
1. Boodschap als bron van informatie.
2. Boodschap als vermaak.
3. Boodschap als middel om de persoonlijke identiteit te versterken.
4. Boodschap als voertuig voor sociale integratie en interactie.
Uses and gratifications theory= Dankbaar gebruik maken van de boodschap (boodschap als bron van
informatie en boodschap als vermaak).
Selectieprocessen= Processen waarin mensen uit het informatieaanbod de boodschappen selecteren die zij
kunnen gebruiken en destilleren daaruit eerder datgene wat hun eigen opvattingen en gedrag ondersteunt dan
wat hen in het ongelijk stelt.
Onderzoek in de media
Populairwetenschappelijke boeken, radio, televisie, dvd, film, kranten, tijdschriften en internet zijn de dragers
van wetenschappelijke informatie, gericht op een breed publiek.
1.4. De onderzoeker als professional: wetenschappelijke integriteit
Wetenschappelijke schandalen zijn de aanleiding om regels op te stellen voor hoe je je als onderzoek moet
gedragen tegenover de mensen die meedoen met je onderzoek. Centraal daarin staan de mensenrechten
(rechten waarvan we nu in Europa vinden dat ieder mens die zou moeten hebben).
Als gevolg van de aandacht in de media en in het parlement werd in 1974 de ‘National Commission for the
Protection fo Human Subjects of Biomedical and Behavioral Research’ in het leven geroepen. Dit leidde tot het
Belmond report, waarin 3 fundamentele ethische principes staan:
1. Respect voor personen (draait om de autonomie van mensen en het recht op zelfbeschikking).
2. Goed doen (risico’s voor deelnemers minimaliseren)
3. Gerechtigheid (vergewissen van eerlijke, redelijke en niet-exploiterende procedures)
In Nederland kennen we sinds 1998 de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen en de daaruit
vloeiende lokale Medisch-Ethische Toetsingscommissies en de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek.
In deze wet wordt uitgeroepen terughoudend te zijn met onderzoek onder kinderen jonger dan 18 jaar.
1.5. Wetenschappelijke integriteit en onderzoeksontwerpen
Om een studie te kunnen herhalen/repliceren, dien je als onderzoeker heel precies te weten hoe het
oorspronkelijke onderzoeksontwerp in elkaar heeft gestoken.
Wetenschappers behandelen elkaar als critical friends: door met andere wetenschappers te spreken, proberen
zij hun onderzoekswerk bloot te stellen aan constructieve commentaren om het zodoende beter te maken.
Peer review= een proces waarbij wetenschappelijk onderzoekers zich, als het ware, blootstellen aan collega-
onderzoekers maar ook aan andere leden van de samenleving.
3
, Samenvatting Inleiding Onderzoek – Premaster Orthopedagogiek – SPO/ RUG Groningen - 2019
1.5.1. 6 principes van wetenschappelijke integriteit
Er zijn 6 principes voor wetenschappelijke integriteit:
1. Eerlijk, openhartig en zorgvuldig (gericht op waarheidsvinding).
2. Betrouwbaar(in de nauwgezette uitvoering van het onderzoek, in de rapportages daarover en in de
overdracht van kennis in onderwijs en publicaties). Daardoor is het onderzoek traceerbaar,
controleerbaar en toetsbaar.
3. Controleerbaar.
4. Onpartijdig/objectief.
5. Onafhankelijk.
6. Verantwoordelijkheid.
1.5.2. Ethische toetsing van onderzoek
In 2016 heeft het Discipline overleg Sociale Wetenschappen (DSW) een regeling getroffen over ethische
toetsing van sociaalwetenschappelijk onderzoek, die het voorstelt als ‘work in progress’. Voor de onderzoekers
betekent dit dat zij zich bewust moeten zijn van ethische vraagstukken die samenhangen met de methodologie,
zij alle ethische kwesties in beschouwing moeten nemen, zij alle mogelijke schade moeten evalueren die
voortkomt uit het onderzoek en dat zij alle onderzoeksbevindingen moeten publiceren en daarover moeten
communiceren.
4