Hoorcollege 1: Ontzorgen en normaliseren – Marije Kesselring – 9 september 2019
1. Hervormingen in de jeugdhulp
- Veel veranderingen in sociaal domein t.a.v. onderwijs, zorg, werk en jeugdhulp.
- In gang gezet door Wmo (2007) en Welzijn Nieuwe Stijl (2010) en verder vorm gekregen
sinds decentralisatie van overheidstaken naar gemeenten (2015).
- Onderdeel van die veranderingen: passend onderwijs, werken naar vermogen én de Transitie
Jeugdzorg.
Sinds januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van alle vormen
van jeugdhulp.
Aanleiding:
1. Jeugdhulp beleggen bij bestuurslaag die dichtst bij jeugdigen en hun opvoeders staat.
2. Éen financieringsstroom voor ondersteunings- en zorgaanbod.
3. Inhoudelijke overwegingen > transformatiedoelen:
a. Preventie en uitgaan van eigen mogelijkheden.
b. Demedicaliseren, ontzorgen, normaliseren.
c. Beroep op gespecialiseerde zorg verminderen.
d. Één gezin, één plan, één regisseur.
e. Meer ruimte voor professionals.
(Transitie =structuur) + (transformatie = inhoud) = nieuw stelsel en nieuwe werkwijzen.
Decentralisatie: uitvoering van en verantwoordelijkheid voor wetten en regels worden verplaatst van
hogere naar lagere bestuurslaag. = overheveling van taken van rijk en provincie naar gemeenten.
Transitie: veranderen van het ‘huidig stelsel’ (regels, wetten, financiële verhoudingen) om tot de
gewenste veranderingen te komen. = vernieuwing van de structuur.
Transformatie: realiseren van beoogde inhoudelijke effecten van de stelselwijziging. = vernieuwing
van de inhoud.
- Hoofdconclusie eerste evaluatie jeugdwet (2018): transformatie moet nog grotendeels vorm
krijgen.
- Risico: ondanks goede intenties verdwijnt de transformatie naar de achtergrond en
stelselvernieuwing wordt gerealiseerd zonder de gewenste inhoudelijke veranderingen.
o Om dit te voorkomen moet transformatieproces gevoed en ondersteund worden,
dat gebeurt ook.
Op veel plaatsen in het land zijn iniatieven gestart, bijv de academische werkplaatsen transformatie
jeugd.
- 12 werkplaatsen in Nederland gericht op kennisvorming die gemeenten en
praktijkorganisaties ondersteunt bij de transformatie.
- RMO rapport uit 2012 ‘ontzorgen en normaliseren’ > principes die raken aan de basis van de
hervormingen in de jeugdhulp en opmaat naar deel 2 van dit college. In dit rapport staat:
o Elk gezin heeft vragen over opvoeding.
o Meestal komen gezinnen daar uit, al dan niet met ondersteuning van sociale of
professionele omgeving.
o Soms is meer professionele ondersteuning niet nodig.
o Opvoedvragen groeien te snel uit tot opvoedproblemen.
, Hulpaanbond te zwaar, niet passend, biedt geen langdurige oplossing.
Jeugdhulp loopt tegen haar grenzen aan (wachtlijsten, kosten).
o Oplossing: eerstelijns gezinszorg versterken die ingericht zou moeten worden
volgens de principes ontzorgen en normaliseren.
Ontzorgen: versterken van de veerkracht en het activeren en benutten van sociale netwerken.
Normaliseren: tegengaan van onnodig problematiseren en etiketteren.
- Om jeugdhulp volgens deze 2 principes in te richten, moet geïnvesteerd worden in een
sterke sociaalpedagogische omgeving.
- Dat wordt al jaren erkend.
- Toch bleef focus van beleid op ingrijpen, mede gedreven door incidenten (gezinsdrama’s) en
het streven die te voorkomen.
- Veel minder focus op een – parallelle- versterking van pedagogische basisvoorzieningen
(speeltuin, buurtwerk, onderwijs, opvang) en het stimuleren van (mede)opvoeders om elkaar
onderling te steunen.
De jeugdhulp heeft vooral bestaat uit ; veiligheidsbeleid’ ipv gezinsbeleid.
Deze beweging is te verklaren vanuit een samenleving waarin afwijkend gedrag en risico’s steeds
minder geaccepteerd zijn:
- Ingrijpen vs. Afstand houden.
- Risicosignalering, actief opsporen van hulpvragen, doorverwijzen.
- Specialisten vs. generaliseren.
2. Achterliggende pedagogische discussies.
- Vormen afwijkingen een identiteit of een defect?
- Dat hangt af van de definitie van ‘afwijking’:
o Klinisch (medisch) model.
Afwijking is een stoornis en moet zoveel mogelijk verholpen worden met oog
op deelname aan de samenleving.
Sluit aan op ‘human vision’ > lijden van individu verlichten met de
mogelijkheden die we hebben.
o Acceptatie (of identiteits-) model.
Afwijking is identiteit en moet geaccepteerd worden in de samenleving, kind
en ouders moeten worden ondersteund.
Sluit aan bij ‘social vision’ > diversiteit hoort bij de samenleving.
Let op normalisation van solomon = het fixen van de afwijking (klinisch model). Dit is anders dan het
normaliseren van RMO, daar verwijst normaliseren naar het niet of onnodig labelen (acceptatie
model).
- Prenatale diagnostiek: opsoren van aangeboren of erfelijkwe afwijkingen bij het ongeboren
kind.
o Solomon (2012):
o ‘voorkomen dat er een bepaalde type mens geboren wordt, betekent een devaluatie
van dat type.’
o Voorstanders van prenatale screening en selectieve abortus (indien afwijking wordt
gevonden) zien Downsyndroom als iets dat moet worden genezen of geëlimineerd >
klinisch (medisch) model.
o Verschillende methoden voor prenataal onderzoek > vruchtwaterpunctie,
vlokkentest en recent ook de NIPT.
, Hoe nipt is de NIPT?
- Niet Invasieve Prenatale Test.
- Sinds 1 april 2014 in Nederland beschikbaar voor zwangere vrouwen met verhoogde kans op
trisomie 13 (Patau), 18 (Edwards) en 21 (Down).
- Via bloed van de moeder wordt DNA van ongeboren kind onderzocht.
- Betrouwbaarheid hoog, geen 100%:
o Indien uitslag afwijkend, bestaat kans dat kind toch geen trisomie heeft > vlokkentest
of vruchtwaterpunctie is nodig om uitslag te bevestigen.
o Indien uitslag niet-afwijkend, bestaat dat kind toch trisomie heeft > kan shierop is 1
op 1000 (vervolgtest wordt niet geadviseerd).
o Sinds 2017 kunnen alle vrouwen de NIPT doen.
Houding van pedagogen/professionals:
- Diversiteit hoort bij de samenleving.
o In je werk zul je ouders en kinderen tegenkomen die afwijken van ‘de norm’.
o Dat vraagt om open, nieuwsgierige en positieve basishouding.
- Niet bagatelliseren of problematiseren.
o Afwijking ja, ziekte nee.
- Erkenning van gevoelens van de ouders.
o Verdriet, woede, frustratie, maar ook blijdschap, dankbaarheid, trots.
- Denk na over eigen standpunten en eventuele (voor)oordelen.
o Verdiep en verwonder je en als je iets niet weet: vraag het ouders en kinderen zelf!.