Samenvatting CBI10306 week 6 – Weefselbehoud door celvernieuwing en celdood
College 6 – Weefselbehoud door cel vernieuwing/deling en celdood
De cel/organisme: een complexe, georganiseerde eenheid.
Balans tussen celdeling, celgroei en celdood = weefselbehoud.
Celcyclus.
Functie:
- Regeneratie (dmv signaaltransductie pathways van interne en externe signalen)
o Afhankelijk van omgevingsfactoren
- Ontwikkeling van een embryo
Cel vernieuwing dmv celdeling = celcyclus.
Celdeling: 1 moedercel à twee identieke dochtercellen.
Mitose: kerndeling en celdeling (cytokinese).
G1: groei van de cel zodat er 2 even grote dochtercellen
ontstaan.
S: DNA-replicatie
G2: checkpoint waar gekeken wordt of de DNA-replicatie
goed is gegaan.
Celcyclus – verschillende fases: Interfase: G1, G2, S fase samen.
- G0: cel in rust
- G1: cap 1, 11 uur G0: rust à spiercellen, zenuwcellen (delen niet meer).
- S: synthese, 8 uur
- G2: gap 2, 4 uur Constant cellen delen: hemopoetische stamcellen
- M: mitose, 1 uur (bloedcellen), darmcellen, huidcellen.
Checkpoints in de celcyclus:
Checkpoint: zorgen dat celcyclus goed verloopt.
Mitose: chromosomen in equatoriale vlak, verbonden
aan spindle.
Na G2: is replicatie goed verlopen? Beschadigde delen
gecorrigeerd en hersteld?
,G1: groei checkpoint.
- Interne check: DNA oke? à is de mitose goed verlopen? Zuster chromatiden goed gescheiden?
- Interne check: genoeg materialen om extra eiwitten te maken en om DNA te repliceren?
- Externe check: omgeving oke (pro-groei signalen)?
S à geen checkpoint. Vooral in M, G1 en G2 fase.
G2: DNA-synthese checkpoint.
- Check S fase: DNA replicatie goed?
- Voldoende eiwitten voor celdeling?; twee volwaardige dochtercellen ontstaan
M: mitose/metafase checkpoint.
- Wanneer? Eind van de metafase; voordat de zuster chromatiden uit elkaar worden getrokken
- Zijn de zuster chromatiden bevestigd aan de spindles?
- Eiwitcomplexen die hierbij een rol spelen:
o Cohesines
§ Cohesie: zorgen ervoor dat tijdens de replicatie (S fase) de twee zusterchromatiden bij
elkaar blijven liggen à DNA replicatie goed verlopen
o Condensines
§ Zusterchromatiden worden gecondenseerd, zorgt ervoor dat de zusterchromatiden uit
elkaar worden getrokken
Metafase: kinetochore microtubuli zijn gebonden aan de chromosomen, chromosomen liggen in equatoriaal vlak.
Cohesines houden tijdens begin van de mitose de chromatiden bij elkaar.
- Cohesine houden gedurende en na de replicatie in de S-fase de zusterchromatiden bij elkaar
- Bij de late mitose worden de cohesines afgebroken zodat de zusterchromatiden uit elkaar getrokken
kunnen worden
- Wanneer er iets mis is met de cohesines, dan ontstaat bijv. Down syndroom, een individu met een extra
chromosoom
, Condensines: condensatie van chromosomen:
- Condensines zijn eiwit structuren die bij de start van de Mitose één zusterchromatide laten condenseren
- De complex vorming van de condensines wordt getriggerd door de fosforylering van de condensines
door M-Ckd
Factoren in het cytoplasma regelen de celcyclus:
Cel gaat gelijk in mitose na injectie van cytoplasma van
m-fase cel. Bij cytoplasma van interfase cel niet.
Duur van de celcyclus is afhankelijk van celtype:
Celcyclus van gist duurt 1,5-3 uur.
Als model voor celcyclus is gist een geliefd model; het
gaat snel.
Eiwitten die hierbij een rol spelen is Paul Nurse.
- Cyclin dependent kinase (Cdks)
Cyklin dependent kinase (Cdk) en cyclin:
Cyclin: productie is cyclisch: productie gaat op en neer.
Cyclin Cdk complex: cyclin bindt aan Cdk.
Cyclische regulatie van Cdk activiteit door cyclines:
Cyclines: cyclisch geproduceerd.
Doordat er steeds meer cyclines zijn, ontstaan er meer
cycline Cdks complexen.
Concentratie blijft hetzelfde maar activiteit varieert.