100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
*Praktisch Europees recht samenvatting H1, 2, 3, 4, 6, 7|* €4,49
In winkelwagen

Samenvatting

*Praktisch Europees recht samenvatting H1, 2, 3, 4, 6, 7|*

9 beoordelingen
 372 keer bekeken  28 keer verkocht

Een duidelijke en overzichtelijke samenvatting van Praktisch Europees Recht. Samenvatting bevat relevante wetsartikelen en voorbeelden. Auteur Praktisch Europees recht: Huzen, Wormsbecher. ISBN 978 90 01 84610 7. Samenvatting betreffende hoofdstukken 1,2,3,4,6,7.

Laatste update van het document: 5 jaar geleden

Voorbeeld 4 van de 23  pagina's

  • Nee
  • H1,2,3,4,6,7
  • 31 oktober 2019
  • 31 oktober 2019
  • 23
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (4)

9  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: erinm • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: hhshmi • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: Rowan-schaffers • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: isabelw • 4 jaar geleden

Duidelijk, complete en fijne overzichtelijke samenvatting! Aanrader

review-writer-avatar

Door: isabellads • 4 jaar geleden

Sommige wetsartikelen kloppen niet

review-writer-avatar

Door: lotjeheidd • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: dercksmink • 4 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
sterre1999
Hoofdstuk 1 Europese Unie

1.1 Internationaal recht
Staatssoevereiniteit andere staten kunnen niet bepalen hoe Nederland zijn regelgeving vormgeeft; deze
macht ligt alleen bij de nationale overheid. De overheid heeft dus ultieme beslissingsbevoegdheid op het
grondgebied van de staat en is de enige die wet-en regelgeving kan opstellen.

Kan worden beperkt door vrijwillig over te dragen of onvrijwillig beperken:

- Soevereiniteit overdragen
Dit is het (gedeeltelijk) overdragen van de beslissingsbevoegdheid aan bijvoorbeeld een
internationale organisatie. Staatssoevereiniteit is belangrijk voor het functioneren van een staat,
daarom zullen staten hun beslissingsbevoegdheid alleen overdragen als dit het belang van het
land dient en bijdraagt aan het welzijn van inwoners.
- Soevereiniteit onvrijwillig beperken
Bijvoorbeeld als een staat wordt binnengevallen door een ander land en dat andere land de
macht overneemt. De overheersende staat neemt alle beslissingen.

1.1.2 Internationale organisaties
Twee soorten organisaties
1. Gouvernementele organisaties: Samenwerking tussen staten. Op te delen in:
Intergouvernementele organisaties:
- Landen geven geen soevereiniteit – ze houden zelf de zeggenschap
- Besluiten met eenparigheid van stemmen of niet bindende besluiten
- Vaak eenvoudige structuur
- Vaak beperkte bevoegdheden
- Uitvoering van besluiten door de landen zelf
- VB: ITU, WGO, WHO

Supranationale organisaties:
- Staten dragen wel soevereiniteit over > organisatie kan haar wil opleggen aan de lidstaten
- Meerderheidsbesluiten
- Complexere structuur
- Verregaande bevoegdheden
- EU is een supranationale organisatie > EU kan onder voorwaarden de wil opleggen

2. Non-gouvernementele organisaties: Rechtspersoon opgericht door personen (Amnesty
International, Rode Kruis)
- Zijn onafhankelijk van staten
- Opgericht door lidstaten door het sluiten van een verdrag
- Onderhandelingen
- Ondertekenen
- Ratificatie; landen verklaren dat ze zich binden aan het verdrag
- Geen stemrecht, maar adviserende rol
- Publiceren jaarlijks rapporten over stand van zaken


1.2 De EU en haar doelstellingen
Doelstellingen van de EU zijn Art. 2 en 3 VWEU
1. Vrede en welzijn
2. Vrijheid en veiligheid

,3. Interne markt
Nationale markten steeds meer integreren tot 1 markt waar alle bedrijven en personen dezelfde kansen en
mogelijkheden hebben. Een ruimte zonder economische grenzen en belemmeringen waar het
economische verkeer zich zo vrij mogelijk kan bewegen.
4. Monetaire unie
De euro die handel tussen de lidstaten bevordert.
5. Extern (mensenrechten)beleid

1.3 Interne markt
Appeltelers in Betuwe hebben door sprinkhaanplaag moeten investeren in dure bestrijdingsmiddelen.
Andere landen hadden geen last > prijs van de NL appels zijn hoger en worden minder snel gekocht.
Overheid kan dan op geïmporteerde appels belasting heffen of een subsidie geven aan de telers.
Door de regelgeving die tot doel heeft de interne markt te bewerkstelligen hebben lidstaten een beperkte
bandbreedte om maatregelen te stellen die de eigen economie stimuleren.
*Monetaire unie is optioneel en interne markt niet.

1.3.1 Onderdelen interne markt
Interne markt bestaat voornamelijk uit volgende 3 onderdelen
1. Vrij verkeer
Handelsstroom tussen lidstaten mag niet belemmerend worden. Importheffing van appels is ook een
belemmering van vrij verkeer en daarmee van interne markt.
Vrij verkeer bestaat uit; (1) vrij verkeer van diensten (2) vrij verkeer van personen en (3) kapitaal
2. Staatssteun
Overheid kan subsidies verstrekken aan nationale producenten > bedrijf kan goedkoper produceren. Nu
de appels goedkoper zijn door subsidie, worden ze beter verkocht. Het is niet zomaar toegestaan, het kan
namelijk de interne markt schaden en oneerlijke concurrentie veroorzaken.
3. Mededinging
Er mag geen kartelvorming zijn binnen de EU en er mag ook geen misbruik worden gemaakt van een
machtpositie, waardoor de interne markt verstoord.

1.3.2 Voordelen interne markt
1. Welvaartsniveau stijgt. Bedrijven kunnen makkelijk de grens over om handel te drijven. De afzet markt
is daardoor groter
2. Uitbreiding van keuzemogelijkheden. Eerst had de Nederlandse consument een beperkte keuze aan
koekjes. Door toenemen van handel staan in supermarkten ook koekjes van bedrijven uit andere lidstaten
> meer keuze voor de consument.
3. Prijsdalingen. Door de concurrentie.

1.3.3 Nadelen interne markt
1. Concurrentie voor bedrijven. NL moet concurreren met bv Bulgarije. Daar is het loonniveau lager dus ze
kunnen goedkoper produceren.
2. Het verplaatsen van productie naar lidstaten met een lager loonniveau. NL werknemers worden
ontslagen. Als er dan problemen komen is NL afhankelijk van andere landen voor productie van veel
goederen.

1.4 Beginselen
1. Loyale samenwerking Art. 4 lid 3 VEU
Lidstaten doen niets wat strijdig is met het verdrag en voeren trouw alle verplichtingen uit die
uit Europees recht voortvloeien.
NL mag geen wet aannemen die vrij verkeer van goederen belemmert.

, 2. Attributiebeginsel Art. 5 lid 2 VEU
De EU is alleen bevoegd als daar een grondslag voor bestaat in het verdrag.
Art 38 VWEU geeft EU de mogelijkheid om beleid op het gebied van landbouw te ontwikkelen
3. Subsidiariteitsbeginsel Art. 5 lid 3 VEU
De lidstaten bepalen zo veel mogelijk zelf. Pas als heet beter gezamenlijk geregeld kan
worden, is de EU bevoegd.
Het effect van regels tegen luchtverontreiniging is groter als de EU deze opstelt, dan als
alleen NL dit doet.
4. Evenredigheidsbeginsel/proportionaliteitsbeginsel Art. 5 lid 4 VEU
Voor het bereiken van een doel moet altijd het minst ingrijpende middel worden gekozen.
NL overheid mag een product niet verbieden, maar mag wel verplichten dat er een
waarschuwing op het etiket komt.
5. Gelijkheidsbeginsel Art. 18 VWEU
Discriminatie o.g.v. nationaliteit is verboden
De Nederlandse overheid mag personen uit andere lidstaten niet anders behandelen dan
Nederlanders.
Dit geldt voor goederen maar ook voor personen. Ongelijke gevallen moeten ongelijk
behandeld worden.

Primair recht:
- Bestaat uit verdragen (belangrijkste VEU, VWEU) en Handvest van de Grondrechten van de EU
- Tot stand door de lidstaten van de EU een verdrag sluiten
- Primair recht heeft bijvoorbeeld de volgende inhoud
* Bevoegdheden van de instellingen
* Rechtsbasis voor nadere regelgeving
* Procedures (bijvoorbeeld hoe de Europese Commissie wordt benoemd)
* Materiele bepalingen = rechten en plichten van burgers

Secundair recht:
- Richtlijnen, verordeningen, besluiten, adviezen, aanbevelingen
- Wordt gemaakt door de instellingen van de EU volgens de voorgeschreven wetgevingsprocedure
- Het secundaire recht is een uitwerking van het primaire recht
* Verhouding met het primaire recht?
- Wat is meer specifiek?
- Wat is hoger in hiërarchie?

Hoofdstuk 2 Instellingen van de Europese Unie
2.1 Europese Raad (De Europese Raad)
- Staatshoofden en regeringsleiders (art 15. VEU) & Art. 235-236 VWEU
- Vaste voorzitter, voorzitter Europese Commissie
- Hoogste instelling binnen EU
- Bepaalt de grote beleidslijnen en prioriteiten van de EU
- Heeft geen wetgevende taak (secundair recht) wel sluiten van verdragen (primair recht)
- Ze doen voorstellen

Hoger vertegenwoordiger is lid van Europese Commissie, maar ook bij de Europese Raad (als gaat over
buitenlandse zaken en veiligheid). Hoge vertegenwoordiger is ook 1 van de vicevoorzitters van Commissie.
(art. 17 lid 4 VEU). Voor de rest zijn Europese Raad en Europese Commissie gescheiden.
Beslissing in Europese Raad wordt genomen op basis van Unanimiteit alle lidstaten moeten instemmen
met een beslissing.

, 2.2 Europese Commissie
- Art 17 VEU & art. 244-250 VWEU
- 28 commissarissen, waaronder voorzitter en de Hoge Vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en
veiligheid
- Onafhankelijke positie
- Benoeming art 17 lid 7 VEU
- Directoraten Generaal > te vergelijken met een ministerie
- Stelt de begroting op en controleert of wordt nageleefd. Overige taken; Wetgevende taak,
controlerende taak, uitvoerende taak
- Vertegenwoordigen EU Internationaal
- Behartigen van de belangen van de EU

2.3 Raad van Europese Unie (De Raad)
- Art 16 VEU & art 237-243 VWEU
- Behartigd belangen van de lidstaten (nationale belangen)
- Elke lidstaat is in de Raad vertegenwoordigd met minister, samenstelling afhankelijk van het onderwerp
- De Raad Buitenlandse Zaken wordt voorgezeten door de Hoge Vertegenwoordiger, bij de andere
onderwerpen wisselt het voorzitterschap
- COREPER (advies en administratiefunctie)
- Medewetgever
- Belangrijke taak bij totstandkoming van wet als teveel nadelige gevolgen heeft zal Raad voorstel
amenderen; ministers moeten het dan wel meet elkaar eens worden over tekst van amendementen.
- Begrotingstaak
De Raad heeft telkens andere samenstelling (landbouw, onderwijs), maar handelt altijd onder zelfde
naam.

2.4 Europees Parlement
- Art 14 VEU & art 223-236
- Vertegenwoordigd belangen van burgers van de EU
- Gekozen door volksvertegenwoordigers 1x per 5 jaar
- Fracties
- Heeft recht om door de Raad voorgesteld commissarissen te weigeren en politieke controle Commissie
- Medewetgever
- Invloed op de begroting > EP kan amendementen indienen en moet samen met Raad begroting
goedkeuren
Nationale parlementen kunnen oranje/gele kaart trekken als ze vinden dat voorgestelde Europese
wetgeving niet in overeenstemming is met subsidiariteitsbeginsel. (het hoort niet thuis op Europees
niveau, maar eerder op landelijk, provinciaal of gemeentelijk niveau) Commissie is niet verplicht om iets
te doen met de bezwaren van nationale parlementen.
Oranje Als de helft vd nationale parlementen dit vindt moet Europese Commissie heroverwegen.
Geel Als Europese Commissie voorstel niet intrekt, moeten ze duidelijke redenen openbaar maken
waarom voorstel gehandhaafd blijft. Als commissie voorstel handhaaft > Raad en Commissie kunnen
besluiten alsnog voorstel niet langer in behandeling te nemen. Om voorstel naar prullenmand te
verwijzen is de Raad meerderheid van 55% van de leden van de Raad nodig. Europees Parlement kan
voorstel met gewone meerderheid afwijzen. Voor Commissie is oranje kaart moeilijker om alsnog eigen
gang te gaan.

2.5 Hof van Justitie
- Art 19 VEU & art 251-281 VWEU
- Behartigt niet belangen van burgers, Unie of lidstaten, maar onafhankelijk partij om Europese recht uit
te leggen en om geschillen op te lossen.
- Het Hof van Justitie van de Europese Unie omvat het Hof van Justitie en het Gerecht
- Hof van Justitie heeft 28 onafhankelijke rechters en 8 advocaten Generaal

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sterre1999. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52928 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  28x  verkocht
  • (9)
In winkelwagen
Toegevoegd