Week 1 Inleiding; kennismaking met begrippen, doel en nut beslag- en executierecht
Leerdoelen
- De student kan de begrippen uit hoofdstuk 1 in begrijpelijke taal uitleggen aan een
cliënt.
- De student weet wat de rechtsgevolgen zijn van het gebruiken van de mogelijkheden
uit het beslag- en executierecht.
1. Legitatie beslag
Je hebt eerst een executoriale titel nodig voordat je beslag mag leggen. LET OP : eerst
vonnis betekenen voordat je het ten uitvoer mag leggen + bevel tot betaling binnen 2 dagen.
Executoriale titel : vonnis of beschikking van een rechter, authentieke akten, proces-verbaal
van de terechtzitting, arbitraal vonnis. Het gaat om het grosse van een vonnis of beschikking,
hier moet wel ‘In naam des Konings’ boven staan. In zo’n executoriale titel staat dat je
ergens tot veroordeeld bent.
Uitzondering : recht op parate executie, bijv. pandhouder of hypotheekhouder.
Maar ook grossen van buitenlandse rechters leveren een executoriale titel op, mits daarvoor
een verdrag bestaat of dat de wet dat toestaat en dat er een verlof tot ten uitvoerlegging is
(exequatur):
- Europese Executoriale titel : je kunt de rechter in Nederland verzoeken om de uitspraak te
waarmerken als Europese Executoriale titel, hiermee kun je in een ander land
executiemaatregelen laten treffen door de gerechtsdeurwaarder. Het moet wel gaan om niet
betwiste vorderingen.
- Europees betalingsbevel : ziet toe op niet betwiste geld vorderingen. Je kunt dit door de
rechter vast laten stellen als bevel. Je kunt hiermee in het buitenland executiemaatregelen
laten treffen.
Hier is geen sprake van exequatur procedure.
- Geringe vorderingen : over vorderingen toto € 2000,-. Je hebt vrij snel een beslissing van
de rechter, ook hierbij is er geen sprake van een exequatur procedure.
- Certificaat (zie herschikking verordening Brussel I) : je kunt een certificaat verkrijgen door
middel van een formulier. Doordat je het certificaat betekent kun je in het buitenland
executiemiddelen laten treffen door een gerechtsdeurwaarder.
- De student kan in een situatie op het gebied van beslag- en executierecht de
beslagverboden toepassen.
2. Beslagverboden
In beginsel ben je vrij om te kiezen op welke vermogensbestanddelen je beslag legt, maar er
zijn een aantal uitzonderingen:
- Immuniteit : geen beslag mogelijk op goederen die bestemd zijn voor de uitoefening
van de openbare dienst (bijv. bankbeslag op gemeente waarbij uitkeringen of salaris
werd betaald). Dan worden belangen gekruist, art. 436 Rv.
- Beslagvrije voet : alleen bij periodieke betalingen (loon / uitkering). Je mag niet alles
in beslag nemen, 90% van het inkomen (beslagvrije voet) moet voor de beslagene
blijven. De overige 10% is van de beslaglegger.
- Bepaalde goederen : bijv. geen bed en beddengoed, kleding, gereedschappen van
, ambachtslieden etc. Art. 447 en 448 Rv.
- De student kan in een situatie op het gebied van beslag- en executierecht
constateren dat er nietigheden zijn en weten wat de rechtsgevolgen hiervan zijn.
Thuisopdrachten (te behandelen in week 2)
Opdracht 1
a. Noem de meest voorkomende executoriale titels en leg in eigen bewoordingen uit
wat deze titels precies inhouden.
Vonnissen en beschikkingen art. 430 lid 1 Rv
Dwangbevel die is van de ficus die telt dus niet mee
Proces-verbaal tijdens schikkingscomparitie art. 87 lid 3 Rv
Authentieke akten art. 430 lid 1 Rv
de grosse van een in Nederland gewezen rechterlijke uitspraak (vgl. art. 430 lid 1 Rv);
het arbitraal vonnis voorzien van een exequatur (vgl. art. 1062 Rv);
de uit het buitenland afkomstige rechterlijke of arbitrale uitspraak met exequatur
(vgl. art. 1075 en 1076 Rv);
de grosse van het proces-verbaal van een minnelijke schikking;
het dwangbevel van de fiscus (vgl. art. 12 jo. art. 14 lid 1 Invorderingswet);
de grosse van (andere) authentieke akten (vgl. art. 430 lid 1 Rv);
het bevelschrift (bijv. art. 485 lid 2 Rv);
het dwangbevel c.q. de schriftelijke kennisgeving op grond waarvan de officier van
justitie overgaat tot verhaal van bijvoorbeeld een geldboete (vgl. art. 574, 575 en 576
Sv alsmede art. 26 en 27 Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften);
het strafvonnis waarin een verdachte is veroordeeld tot schadevergoeding jegens de
benadeelde partij of het slachtoffer (art. 554 Sv);
het proces-verbaal van de verificatievergadering in geval van faillissement (vgl. art.
196 jo. art. 121 lid 4 Fw); en
het besluit tot terugvordering van kosten van bijstand (vgl. art. 60 lid 3
Participatiewet). Daarmee is geen limitatieve opsomming gegeven, zoals hierna zal
blijken.
b. Is een executoriale titel altijd direct voor executie vatbaar?
Artikel 3:296 lid 2 BW. Nee, sommige executoriale titels stekken niet tot betaling van
nog niet opeisbare vorderingen.
Art. 430 lid 3 Rv je kunt pas executeren als het betekent is als uitspraak niet
uitvoerbaar bij voorraad en er is een gewon rechtsmiddel tegenover gesteld dan
moet je de procedure afwachten art 350 Rv ( hoger beroep) jo art 145 Rv
Art 432 RV als er een derden betrokken is wachttijd van 8 dagen
c. Wat is de verjaringstermijn van een executoriale titel?
Artikel 3:324 lid 1 BW bepaalt dat de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van
rechtelijk of arbitrale uitspraak door verloop van twintig jaar verjaart.
d. Noem drie executiemiddelen en leg uit wat deze middelen inhouden.
Ontruiming art. 555 Rv je wordt je woning uitgezet en ontbinding van
huurovereenkomst (die is er niet meer). Als iemand niet meewerkt kan de
deurwaarder politiebegeleiding vragen. Dit is in beginsel een indirect middel,
omdat medewerking van de persoon nodig is. Daarna wordt het een direct
middel.
Beslag tot afgifte ofwel reële executie (art. 491 lid 1 Rv)
, Dwangsom art. 611a Rv bijv. Koopovereenkomst van een auto maar je
ontkentdat deze bestaat. Dan zegt de rechter dat je de auto moet leveren. De
dwangsom is een soort stok achter de deur (bij afgifte).
Verhaalsbeslag art. 439 Rv je hebt enerzijds beslag tot afgifte anderzijds
verhaalsbeslag en dan leg je beslag op een goed van iemand dat wordt
verkocht en met de opbrengst daarvan wordt de vordering voldaan. Je wilt je
verhalen opde opbrengst van de verkoop.
Lijfsdwang art. 585 Rv
Opdracht 2
Han de Klerk werkt als administratief medewerker bij Meeren bv. In zijn vrije tijd verdiept hij
zich in Franse wijn. Hij leest veel over de Franse wijn en hij bezoekt geregeld wijnproeverijen
in Frankrijk. Hij betrekt geregeld Franse wijn van een Franse wijnboer of van een
Nederlandse wijnimporteur ‘Vive la France bv’. Familie, vrienden en kennissen proeven van
de verschillende soorten wijn tijdens de wijnproeverijen die Han in zijn huis organiseert. Bij
deze proeverijen verkoopt Han veel wijn. Op een dag koopt Han voor € 50.000,00 wijn via de
Nederlandse wijnimporteur in de overtuiging dat hij deze wijn met veel winst zal kunnen
verkopen. Dat valt tegen: de wijn valt niet in de smaak. Han kan de rekening van Vive la
France bv niet betalen. Vive la France schakelt een advocaat in en geeft de advocaat
opdracht het bedrag van € 50.000,00 te incasseren. De rechter veroordeelt Han het bedrag
van € 50.000,00 te betalen. Vive la France vraagt de advocaat beslag te laten leggen op de
wijnvoorraad van Han, als Han niet voldoet aan het vonnis.
Geef gemotiveerd aan of de deurwaarder, gelet op het beslagverbod, beslag mag leggen op
de gehele wijnvoorraad van Han.
TENTAMEN!!!
Mag je beslagleggen op drank?
Ja want er is geen beslagverbod, want art 447 jo 448 Rv is niet van toepassing . Art 447
onder 3 RV om precies te zijn.
Week 3 Executoriaal verhaalsbeslag op goederen die geen registergoederen zijn
Leerdoelen
- De student kan de begrippen uit de literatuur van deze week toepassen en in
begrijpelijke taal uitleggen aan een cliënt.
- De student kan de theorie over de executoriale titel en het betekenen hiervan,
executoriaal beslag op goederen die geen registergoederen zijn, de insolventie van
een beslagen schuldenaar en het voeren van een executiegeschil in diverse
situaties terzake goederen die geen registergoederen zijn op het gebied van
beslag- en executierecht gebruiken.
- De student kan in een situatie waarin het gaat over goederen die geen
registergoederen zijn op het gebied van beslag- en executierecht analyseren wat
de rechtspositie van een cliënt is en wat diens verhaalsmogelijkheden zijn.
- De student kan een juridisch onderbouwd advies geven in een situatie waarin het
gaat over goederen die geen registergoederen zijn op het gebied van beslag- en
executierecht.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jongfleur. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.