100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Onderzoek en Statistiek €4,59   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Onderzoek en Statistiek

1 beoordeling
 91 keer bekeken  3 keer verkocht

In deze samenvatting heb ik de begrippen/formules mooi samengevat. Naast mijn eigen uitleg staan onderaan de samenvatting nog een aantal sites die goede uitleg bieden voor sommige begrippen/formules.

Voorbeeld 4 van de 23  pagina's

  • Nee
  • H1,h2,h3,h4,h5,h6,h7
  • 4 november 2019
  • 23
  • 2018/2019
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (14)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: ingebergsma • 3 jaar geleden

avatar-seller
ynekevanderveen

Beschikbare oefenvragen

Oefenvragen 34 Oefenvragen
€2,99 2 verkocht

Enkele voorbeelden uit deze set oefenvragen

1.

De houding van de onderzoeker moet aan de volgende eisen voldoen voor wetenschappelijk verantwoord onderzoek:

Antwoord: • Hij stelt zich objectief op en staat open voor elke uitkomst. • Zijn werkwijze en de onderzoeksresultaten zijn door anderen te controleren • Het onderzoek en de resultaten zijn herhaalbaar. • Hij werkt systematisch

2.

Doel onderzoek:

Antwoord: Kennis op te leveren waarop je een verantwoorde beslissing kunt baseren.

3.

Probleemstelling

Antwoord: De vraag waarop een onderzoek het antwoord beoogt te geven, de onderzoeksvraag is de probleemstelling van dat onderzoek.

4.

Punten waaraan een probleemstelling moet voldoen

Antwoord: • Altijd in vraagvorm, ontbreekt deze lijkt het meer op een onderwerp. • Probleemstelling met de wat van het onderzoek. • Open of gesloten vraag, wil je een genuanceerd beeld, wat meestal het geval is, dan formuleer je de vraag meer open. • Een probleemstelling moet concreet, scherp en ondubbelzinnig worden geformuleerd. • In het ideale geval is een probleemstelling zo geformuleerd dat iedereen die ermee aan het werk zou gaan tot een gelijke uitslag komt.

5.

In welke fase van het onderzoeksproces komt de statistiek aanbod?

Antwoord: Fase 5: Verwerken en analyseren van gegevens. - Als de gegevens binnen zijn komt de statistiek van pas.

6.

Welke variabele beïnvloed de andere variabele

Antwoord: De onafhankelijke beïnvloed

7.

Wat is een Dichotome schaal?

Antwoord: Als er slechts 2 categorieën zijn, man/vrouw, juist/onjuist, ja/nee

8.

Welke twee schalen zijn op toepasbaar op variabelen van kwalitatief meetniveau?

Antwoord: nominaal en ordinaal

9.

Wat zijn Discrete variabelen?

Antwoord: Als er tussen bepaalde meetwaarde geen andere meetwaarde ligt, zoals geslacht, aantal kinderen, opleiding.

10.

Omschrijf het begrip validiteit:

Antwoord: ook wel geldigheid genoemd gaat over de mate waarin een meting ook echt meet wat je bedoelt. Als iets niet betrouwbaar is, is het ook niet valide. Iets kan daarentegen wel betrouwbaar zijn maar niet valide. Validiteit is net als betrouwbaarheid een gradueel begrip.

Samenvatting onderzoek en statistiek
Hoofdstuk 1 Onderzoek: Goed begin

1.2 Wetenschappelijk, praktijkgericht en toegepast onderzoek

Zuiver wetenschappelijk onderzoek:
Wanneer een onderzoek in de eerste plaats ten dienste staat van de ontwikkeling van de
wetenschap.
Onderzoek wordt uitgevoerd door gespecialiseerde academici die zich richten op de theorievorming
van hun vakgebied.

Toegepast onderzoek:
Een onderzoek waar je in de praktijk wat aan hebt. Het gaat erom het hanteren van min of meer
bekende en beproefde methoden om over nieuw problemen kennis te verweren.

Praktijkgericht onderzoek:
De accent ligt meer op de bruikbaarheid: in je werk iets ermee kunnen doen, je handelen erop
baseren.

1.3 Eigenschappen van een goed onderzoek
Empirie:
Het gaat over onderzoek naar de ‘waarneembare werkelijkheid’

De houding van de onderzoeker moet aan de volgende eisen voldoen voor wetenschappelijk
verantwoord onderzoek:
 Hij stelt zich objectief op en staat open voor elke uitkomst.
 Zijn werkwijze en de onderzoeksresultaten zijn door anderen te controleren
 Het onderzoek en de resultaten zijn herhaalbaar.
 Hij werkt systematisch

Onderzoeksmethodologie:
Leer die zich bezighoudt met het leveren van regels en technieken om wetenschappelijk
verantwoord onderzoek te doen. Bovendien hebben ze ook een begrippenkader dat eraan bijdraagt
dat degenen die zich met onderzoek bezighouden min of meer dezelfde taal spreken. Dat verhoogt
waar de controleerbaarheid van onderzoeksresultaten.

1.4 Het doel van onderzoek

Doel onderzoek:
Kennis op te leveren waarop je een verantwoorde beslissing kunt baseren.

1.5 De basis van elk onderzoek; de probleemstelling

Probleemstelling:
Onderzoek moet leiden tot een conclusie, die een antwoord inhoudt op een vraag. De vraag waarop
een onderzoek het antwoord beoogt te geven, de onderzoeksvraag is de probleemstelling van dat
onderzoek.
 Altijd in vraagvorm, ontbreekt deze lijkt het meer op een onderwerp.
 Probleemstelling met de wat van het onderzoek.
 Open of gesloten vraag, wil je een genuanceerd beeld, wat meestal het geval is, dan
formuleer je de vraag meer open.

,  Een probleemstelling moet concreet, scherp en ondubbelzinnig worden geformuleerd.
 In het ideale geval is een probleemstelling zo geformuleerd dat iedereen die ermee aan het
werk zou gaan tot een gelijke uitslag komt.

Criteria:
 Onderzoek kan geen antwoord geven op een vraag waarin een oordeel besloten ligt.
 Een oordeel is een uitspraak van “goed” of “slecht”. Oordelen zijn altijd subjectief.
 Onderzoek helpt alleen feiten vast te stellen, meer niet.
 Vermijdt het liefst waarom en waardoor vragen.

1.6 Het onderzoeksproces in fasen

Fases van het onderzoekproces:
Fase 1: Verhelderen van de achtergrond en de doelstelling
- Literatuuronderzoek, Deskresearch, contact met opdrachtgever, wie heeft er een probleem?
Fase 2: Formuleren van een probleemstelling
- Scherp in woord brengen wat hij/zij door zijn/haar onderzoek te weten wil komen.
Fase 3: ontwikkelen van de onderzoeksopzet
- Het vooraf plannen en bedenken helpt om veel fouten te voorkomen (h5)
Fase 4: Verwerven van gegevens
- Data zien te verwerven.
Fase 5: Verwerken en analyseren van gegevens.
- Als de gegevens binnen zijn komt de statistiek van pas.
Fase 6: Interpreteren van gegevens; conclusie trekken.
- Welk antwoord kan hij geven op de probleemstelling
Fase 7: evaluatie en terugkoppeling naar het probleem.
- Is zijn doelstelling bereikt, zijn er nog verbeterpunten?, nieuwe onderzoeksvragen die naar
boven voor nieuw onderzoek.
Fase 8: rapporteren
- Onderzoekers houden resultaten en bevindingen niet voor zichzelf, zij rapporteren hun
ervaringen aan hun opdrachtgever, collages en anderen belanghebbende. Ook mislukt
onderzoek.

Het verloop van Fases is nooit van 1 tot 8 soms moet je van fase 6 terug naar 2 om de
probleemstelling aan te passen.

1.7 Kwantitatieve en Kwalitatieve invalshoek van onderzoek
Wanneer kwalitatief, wanneer kwantitatief?
Het hangt af van de probleemstelling
Kwantitatief:
N= nummer, hoe verlopen processen.
Meten en veel statistiek/ turven/ hoeveel, hoe vaak.
- Hoeveel vrienden heeft men, Hoelang bestaan vriendschappen al, Hoeveel tijd brengt me
door met vrienden.
Kwalitatief:
L= letter
Diepgaand interview, observaties. Niet nodig om veel mensen bij het onderzoek te betrekken.
Wat, welke en hoe vragen.
- Wat voor soort vrienden en vriendschappen zijn er te onderscheiden? Welke waarde hebben
vrienden in het leven?

,Hoofdstuk 2: Gegevens verwerven: meten

2.1 Onderzoeksobjecten, variabelen en meetwaarden

Hoe staan studenten tegenover de hoogte van het collegegeld?
Objecten: Studenten
Variabelen: hoogte van het collegegeld
Meetwaarde: “hoog”, “goed”

De kenmerken waarin de objecten van elkaar verschillen, heten variabelen. Uit die variabelen vloeien
weer meetgegevens voort, dit zijn concrete eigenschappen van de individuele objecten, die de
onderzoeksgegevens vormen.

Er is slechts 1 object, wel kunnen er meerdere variabelen zijn. Synoniem voor objecten is
onderzoekseenheid.

Onafhankelijke variabele: beïnvloed de afhankelijke variabele
Afhankelijke variabele: wordt beïnvloed

Gewicht en geslacht, geslacht beïnvloed het gewicht, maar niet andersom je wordt niet opeens een
man als je zwaarder dan 80kg weegt.

2.2 Metingen en meetinstrumenten
Onderzoek is er altijd op uit om overeenkomsten en verschillen van objecten in kaart te brengen. Een
onderzoeker wil van ieder object afzonderlijk weten welke waarde dat object heeft op een bepaalde
variabele. Lengte b.v heeft de onderzoeker een rolmaat nodig of duimstok.

Meetinstrumenten: weegschaal, liniaal, thermometer, vragenlijst, proefwerken, intelligentietest.

2.3 Variabelen operationaliseren
Definiëren: begrippen vaststellen, als je metingen wil verrichten, moet je variabelen en objecten
definiëren.

Operationele definitie:
Omschrijft een begrip door handelingen die je moet verrichten om te kijken of het begrip aan de
orde is. Op rationalisatie gaat over wat er moet gebeuren om te meten ( meetbaar maken)
Doel:
 Interpreteer baar
 Onderling vergelijkbaar
 Herhaalbaar

Inperking:
Op rationalisaties dragen een zekere willekeur in zich. Deze willekeur brengt meteen ook inperking
met zich mee. Zoals probleemgedrag op school, zou spijbelen alleen probleemgedrag zijn en zou een
jongeren een juf met een mes bedreigen geen probleemgedrag zijn volgens het onderzoek.

Indicatorvariabele:
Wanneer variabelen niet direct waarneembaar zijn gebruik je indicatorvariabelen.
Kleuters kunnen geen vragenlijst invullen of echt goed hun eigen mening geven. Dus deden de
onderzoekers het anders. Er werden 2 prentenboeken voorgelezen en om te kijken welke de kleuters

, het leukste vonden. Mochten ze over het prentenboek welke zij het leukste vonden een tekening
maken.

2.4 Meetniveaus en schaaltypen

Nominale schalen: ( woorden, namen, geen volgorde) kwalitatief meetniveau

Variabele: geslacht
Meetwaarde: 1. Man 2. Vrouw
Variabele: beroep
Meetwaarde: 1. Buiten 2. Binnen

Meten met een nominale schaal komt neer op het indelen van objecten. Je kunt ze dus niet bij elkaar
optellen.

Dichotome schaal: Als er slechts 2 categorieën zijn, man/vrouw, juist/onjuist, ja/nee

Ordinale schalen: ( woorden, wel volgorde) kwalitatief meetniveau
Niet rekenen met getallen, wel welke komt er het vaakst voor.
Basisschool, middelbare, mbo, hbo, wo

Intervalschalen ( geen natuurlijk nulpunt) kwantitatief meetniveau
Alleen verschillen, b.v tempratuur, tijd, jaartal

Ratioschaal ( wel natuurlijk nulpunt) kwantitatief meetniveau
Variabelen die je kunt meten op deze schaal: afstand, gewicht, tijdsduur en snelheid
Op deze schaal kun je delen.

Hoog meetniveau kun je altijd terugbrengen naar een laag meetniveau maar andersom niet.


2.5 discrete en continue variabelen

Continue variabelen: Tussen 2 variabelen liggen oneindig veel meetwaarden. Tussen 20 en 21 ligt
20,2 en 20,3 en tussen 20,2 en 20,3 ligt 20,25 enz.
Discrete variabelen: Als er tussen bepaalde meetwaarde geen andere meetwaarde ligt, zoals
geslacht, aantal kinderen, opleiding.

2.6 De kwaliteit van metingen en meetinstrumenten

Gevoeligheid: Hoe gevoelig worden gegevens gemeten=
Hoe gevoeliger gegevens worden gemeten, hoe kleiner verschillen vastgesteld kunnen worden.

Betrouwbaarheid: heeft te maken met de wisselvalligheid van meetwaarden, hoe minder wisselvallig
hoe betrouwbaarder. Het is een gradueel begrip: betrouwbaarheid van 100% bestaat niet. Je kunt
met bepaalde maatregelen een onderzoek zo betrouwbaar mogelijk maken.

Validiteit: ook wel geldigheid genoemd gaat over de mate waarin een meting ook echt meet wat je
bedoelt. Als iets niet betrouwbaar is, is het ook niet valide. Iets kan daarentegen wel betrouwbaar
zijn maar niet valide. Validiteit is net als betrouwbaarheid een gradueel begrip.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ynekevanderveen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,59. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67866 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,59  3x  verkocht
  • (1)
  Kopen