Volledige verkorte samenvatting van alle relevante tentamenstof voor het tentamen van het vak Openbare Financiën. Dus een samenvatting van het boek 'Overheidsfinanciën' van Flip de Kamp (9789001738785) en tevens de relevante hoofdstukken van het boek 'Economen Kunnen Niet Rekenen' van Ed Westerho...
[Meer zien]
Laatste update van het document: 2 maanden geleden
,Lecture 0: Beginselen van de macro- en de micro-
economie
Macro-economie = beschrijft de samenhang tussen variabelen op
nationaal niveau maakt inzichtelijk hoe overheidsfinanciën worden
beïnvloed door het verloop van de economie die wordt weer sterk door
het buitenland bepaald.
- Het is een economische
kringloop:
o Y = inkomen
o C = consumptie
o S = sparen
o I = investeren
o En bedrijven die
produceren weer
- Alles hangt met elkaar samen
productie = inkomen =
bestedingen
BBP = datgene wat we allemaal in Nederland produceren. BNP = wat de
ingezetene van Nederland produceren (dus ook Nederlanders die in het
buitenland wonen worden in het BNP meegenomen). Een indicator van de
materiële welvaart van een land.
- Groei van BBP is niet economische groei want moet nog
gecorrigeerd worden voor inflatie.
o BBP groeit in een jaar met 5%
o Prijzen stijgen met 2%
o Economische groei is de groei van het volume van het BBP
3%
- BBP meet niet alles:
o Niet huishoudelijk werk
o Niet aantasting milieu
o Niet klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit
o Niet inkomens- en vermogensverdeling.
o Niet absoluut en relatief inkomen
BBP meet nationaal inkomen basis heffing van belastingen en sociale
premies die zijn weer nodig om collectieve goederen te financieren,
zoals:
- Gezondheidszorg
- Pensioenen voor ouderen
- Infrastructuur
- Binnen- en buitenlandse veiligheid
Productiefunctie de productie in een land komt tot stand met behulp
van de inzet van productiefactoren:
- Land
- Arbeid
- Kapitaal
2
, -Technologie veruit belangrijkste oorzaak van economische groei
arbeidsbesparende technologische vooruitgang.
Economische groei treedt op wanneer:
- Een of meerdere productiefactoren in aantal groeien, of
- Een of meerdere productiefactoren productiever worden, of
- Beide.
Maynard Keynes model van de effectieve vraag de vraag naar
goederen en diensten bepaalt hoeveel er wordt geproduceerd macro-
economie.
- C+I+G+X-M:
o Particuliere Consumptie
o BedrijfsInvesteringen
o Overheidsconsumptie (Governmentconsumption)
o Export naar andere landen
o Import vanuit andere landen.
- Lagere economische groei wanneer:
o Particulieren minder gaan consumeren onzekerheid
o Bedrijven minder gaan investeren dreiging recessie
o Export terugvalt groei van de wereldhandel vertraagt
vanwege diplomatieke spanningen tussen landen.
- Gevolg van lagere economische groei:
o Productie, het nationaal inkomen en de bestedingen groeien
minder hard
o Werknemers worden de laan uitgestuurd en de werkeloosheid
neemt toe
o De overheid ontvangt minder belasting- en premieopbrengsten
dan verwacht en het financieringstekort loopt op.
- Volgens hem moet de overheid actief ingrijpen in een periode zoals
de Grote Depressie:
o Overheidsuitgaven verhogen hogere effectieve vraag
resulteert in een hogere productie.
o Belastingen en premies verlagen hogere consumptie brengt
de effectieve vraag omhoog.
o Rente verlagen meer consumptie en meer investeringen
brengen de effectieve vraag omhoog.
Stabilisatiefunctie van de overheid:
1. Procyclisch beleid
o Tijdens laagconjunctuur: verlaag de overheidsuitgaven,
verhoog belastingen en premies en voer een ruim monetair
beleid (lage rente).
o Tijdens hoogconjunctuur: verhoog de overheidsuitgaven,
verlaag belastingen en premies en voer een krap monetair
beleid (hoge rente).
2. Anticyclisch beleid
o Tijdens laagconjunctuur: uitgaven verhogen en belastingen verlagen
3
, o Tijdens hoogconjunctuur: uitgaven verlagen en belastingen verhogen
buffers creëren vraag afremmen
Micro-economie (de markt) = beschrijft het gedrag van mensen
maakt inzichtelijk hoe mensen kunnen reageren op beleid of
beleidsaanpassingen virtuele plek waar vraag en
aanbod elkaar ontmoeten.
- Optimaal overheidsbeleid pareto-optimaal:
niemand kan erop vooruitgaan zonder dat
iemand anders erop achteruitgaat.
- Als de markt goed functioneert is er geen
goede reden voor ingrijpen door de overheid.
- Consumentensurplus = het verschil tussen het nut dat
consumenten ontlenen aan de
geconsumeerde producten en de prijs die ze
ervoor moeten betalen.
- Producentensurplus = het verschil tussen
de prijs die ondernemers voor hun product
ontvangen en de kosten die ze moeten maken
om het product te maken.
Elasticiteit = procentuele verandering van
belastingopbrengsten bij één product verandering van
het tarief.
Markten werken in de regel goed, maar er kan sprake zijn van
marktfalen:
- Externe effecten en interne effecten
- Publieke goederen
- Adverse selectie op verzekeringsmarkten
- Monopolievorming
Wel reden tot overheidsingrijpen
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper gerjannevanasselt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,36. Je zit daarna nergens aan vast.