Geweld – Joke de Vries
Hoofdstuk 2 – Denkbeelden over geweld.
Denkbeeld 1: geweld is fysieke (inclusief seksuele) agressie.
Naast fysiek geweld bestaan er ook andere soorten van geweld, hier wordt alleen niet snel aan
gedacht (Denk aan vernedering, emotionele verwaarlozing, machtsmisbruik, etc.).
Denkbeeld 2: geweld veroorzaakt blijvende, onherroepelijke schade.
Het idee heerst dat geweld altijd schade achter blijft en dat je hier nooit meer bovenop kan komen.
Dat wonden en littekens altijd zichtbaar blijven
Denkbeeld 3: geweld vindt ver weg plaats.
De neiging bestaat om te denken dat geweld iets is wat anderen kan overkomen. We sluiten liever
onze ogen voor het bestaan van het geweld, en als het er toch is dan willen we het kunnen
verstoppen en zo ver mogelijke van ons weg kunnen plaatsen.
Denkbeeld 4: geweld wordt gepleegd door onbekende op straat.
Er wordt binnen huis meer geweld gepleegd dan op straat, bij vrouwen is in 57% van de gevallen de
dader een bekende. Bij mannen is dat is 38% van de gevallen, toch wordt er gedacht dat geweld
wordt gepleegd door vreemden.
Denkbeeld 5: mannen zijn daders en vrouwen zijn slachtoffers.
Het beeld dat bij huiselijk geweld vooral vrouwen de slachtoffers zijn, klopt niet. Mannen en vrouwen
gebruiken ongeveer even vaak fysiek geweld, de mannen zijn alleen sterker waardoor de kans groter
is dat de vrouw medische hulp nodig heeft en zo het geweld boven water komt. Vrouwen voelen zich
ook beter geholpen/gehoord bij aangiftes bij de politie.
Denkbeeld 6: geweld vindt vooral plaats in de lagere sociale klassen.
Het denkbeeld dat geweld zich primair bij één bepaalde sekse, in bepaalde groepen of milieus
afspeelt, vergroot de kans dat hulpverleners in de beter gesitueerde wijken bij hun cliënten minder
snel aan geweld zullen denken. Maar ook dat slachtoffers uit deze wijken geweld minder snel zullen
melden, uit schaamte dat het zich bij hen in het betere milieu voordoet.
Denkbeeld 7: geweld is een aandoening of ziekte.
Het idee bestaat dat mensen in principe goed zijn, behalve als er iets mis is (gegaan) met hen. Er is op
verschillende terreinen onderzocht of dit denkbeeld klopt, hieruit kwam naar voren dat er vooral
gekeken wordt naar:
Sociale factoren: sociale klasse en armoede, onderwijsniveau, ras, culturele achtergrond,
gezinssituatie en bevolkingsdichtheid;
Individuele factoren: biologische afwijkingen of psychodynamische, persoonlijkheids-
ontwikkelings- of gedragsstoornissen;
Invloeden: van televisie of computerspelletjes, van verslavingen, zoals drugs of alcohol, of
van jeugdbendes.
, Denkbeeld 8: door preventie en andere maatregelen kan er uiteindelijk een geweldloze wereld
ontstaan.
Een belangrijk uitgangspunt van het rapport van de WHO is dat geweld voorspelbaar is, en dus
voorkomen kan worden. Ondanks de schrikbarende getallen is er hoop volgens de makers van het
rapport. De WHO stelt dat geweld vaak ten onrechte wordt gezien als een onvermijdelijke (intrinsiek)
aspect van het mens-zijn: een aspect van leven waar we op kunnen reageren, in plaats van het te
voorkomen.
Stelling: Geweld is onderdeel van het leven.
Stel dat geweld inderdaad bij het leven hoort, dan is het niet zozeer zaak om mogelijke oorzakelijke
factoren te elimineren, maar om mensen te helpen zich meer bewust te worden van hun eigen
(onbewuste) gewelddadige kanten. Op die manier worden mensen zich bewust van hun
keuzemogelijkheid. Daarmee wordt geweld een zaak voor ieder individu en dus voor ons allen.
Hoofdstuk 4 – Definities van geweld.
Definitie van geweld volgens de WHO:
Het met opzet gebruik maken van fysieke macht of kracht, via dreiging of feitelijke, tegen zichzelf,
een ander persoon, of tegen een groep of gemeenschap, die verwonding, dood, psychische schade,
onderontwikkeling of verwaarlozing tot gevolg heeft, of zeer waarschijnlijk tot gevolg zal hebben.
Verschillende typen geweld:
Instrumentele en emotionele agressie
o Bij instrumentele agressie, is agressie een middel om iets anders te bereiken.
o Bij emotionele agressie, heeft agressie tot doel de ander te beschadigen.
Zinloos geweld
o Er wordt gesproken van zinloos geweld wanneer iemand ‘zomaar’ door andere wordt
aangevallen. Zinloos geweld wordt blijkbaar gezien als geweld dat zich onderscheidt
van geweld dat zin heeft of dat te begrijpen is.
Bewust of onbewust
o Veel geweld wordt met opzet gepleegd, maar vanuit onbewuste patronen.
Aangezien we allemaal voor een groot deel onbewust leven, zijn we vaker dader van
geweld dan we denken, vooral niet-fysiek geweld.
Mannelijk of vrouwelijk geweld
o Vrouwelijk geweld is onzichtbaar, impliciet. Hierdoor wordt het (te) laat of niet
herkend, omdat de gevolgen uit ontastbare, onzichtbare wonden bestaat. Vormen
van vrouwelijk geweld zijn:
o Emotioneel of psychisch geweld, zoals manipulatie, emotionele chantage,
betovering en verleiding.
o Verbaal geweld, in de vorm van het belachelijk maken van de ander, met
cynische en kleinerende opmerkingen.
o Lichamelijke en/of affectieve verwaarlozing of onthouden van zorg, aandacht
of contact, door de ander te negeren en zich terug te trekken in zichzelf, uit
de relatie te stappen, te ‘bevriezen’ of ‘verstenen’, waardoor er geen contact
meer mogelijk is.