100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Kennistoets 1.1 stage ouderen 65+ Geneeskunde alle literatuur €5,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Kennistoets 1.1 stage ouderen 65+ Geneeskunde alle literatuur

1 beoordeling
 46 keer bekeken  1 keer verkocht

Dit is een volledige samenvatting van alle literatuur van Geneeskunde uit leerjaar 2 G&T. Ik heb met dit tentamen een 8 gescoord. Alle literatuur is er uitgebreid in verwerkt. Het is zo uitgebreid, omdat echt alles erin verwerkt is inclusief afbeeldingen.

Voorbeeld 4 van de 66  pagina's

  • Ja
  • 15 november 2019
  • 66
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (44)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: persiianax • 4 jaar geleden

avatar-seller
janisahup
Samenvatting geneeskunde
Les 1.1

Schim van der Loeff - van Veen, R. (2017) Geriatrie. Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Hoofdstuk 3

Om de oorzaken bij ouderen te ontrafelen is het handig om op de hoogte te zijn van de aspecten die
ervoor zorgen dat oudere patiënten een andere presentatie van ziekten hebben. Hierbij geldt in de
regel dat hoe sneller het hoofdprobleem is gevonden, hoe minder risico op een neerwaartse spiraal,
hoe meer kans op behandeling en behoud van functies.

3.2 symptoomverandering bij:
Urineweginfectie
De patiënt heeft dan veel last van koorts, pijn bij plassen (jongeren), incontinentie (ouderen),
dorstprikkel verandert , andere pijnbeleving, baroreceptorreflex is minder fijngevoleig
waardoor licham minder effectief reageert op bloeddrukregulatie,
Delier -> heeft als doodsoorzaak urosepsis
Symptoomveranderingen:

• Symptoomverarming , met als voorbeeld dat een acuut myocardinfarct niet de acute
symptomen heeft die bij jongeren optreden en bij oudere patiënten ook stil kan
verlopen, met hooguit wat maagpijn of een licht drukgevoel op de borst.
• Symptoomverschuiving , waarvan bovenstaand geschetste urineweginfectie een
voorbeeld is. Of het geval dat een heel langzaam progressief vrijwel asymptomatisch
verloop plotseling zodanig ernstig kan versnellen dat er sprake is van een
levensbedreigende situatie (infectie met als gevolg hypo-, of hyperglykemie).
• Symptoomomkering , waarbij juist de tegenovergestelde symptomen optreden,
zoals dit het geval kan zijn bij hyperthyreoïdie, waarbij in plaats van gejaagdheid en
onrust ook apathie als uitingsvorm wordt gezien.
• Symptoomvermeerdering , welke ontstaat door een optelsom van symptomen die
voortkomen uit meerdere chronische ziekten en elkaar versterken.
• Wat ook nog voorkomt, zijn de symptomen die hetzelfde lijken, maar passen bij
verschillende aandoeningen. Cognitieve stoornissen en verminderde aandacht
kunnen zowel bij een delier, bij depressie als bij het dementieel syndroom
voorkomen. Pijn in de maagstreek kan te maken hebben met een myocardinfarct,
met angina pectoris, maar ook met gastro-intestinale aandoeningen.

3.3 Cascade breakdown
De ene aandoening kan leiden tot iets anders wat zorgt voor een neerwaartse spiraal. Een
kleine oorzaak kan dan grote gevolgen hebben.

3.4 geriatrische syndromen
Syndroom betekent samenloop. Meerdere factoren kunnen op verschillende manieren
bijdragen aan één symptoom.

3.5 verwevenheid op lichamelijk, psychisch en fysiek gebied
Geriatrisch syndroom = het samenkomen van meerdere aandoeningen of omstandigheden
tegelijkertijd.
VB zijn:vallen, delier, ondervoeding, dementie, incontinentie, depressie en duizeligheid

,Zorgen kunnen er toe leiden om de deur niet meer uit te gaan. Psychische problemen
kunnen ertoe leiden dat een oudere minder gemotiveerd is of vergeet voor zichzelf te zorgen,
om gezonde voeding te kopen, verantwoording en trouw te zijn.

Eenzaamheid kan als gevolg van verlies leiden tot verdriet, gebrek aan eetlust en
verminderend initiatief tot activiteiten.

Biopsychosociale model: Er ontstaat een wisselwerking van sustemen. Iemand die een
dierbare verliest zal nu een andere rol moeten vervullen of moet misschien in een andere
woonomgeving verder zien te leven.




m

Naast verwevenheid kan je ook meerdere chronische ziektes tegelijk hebben zowel
somatisch, psychisch.
3.6 multimorbiditeit
Multimorbiditeit is het tegelijkertijd voorkomen van ten minste drie chronische
aandoeningen bij een persoon, over een periode van ten minste één jaar. Multimorbiditeit
kan leiden tot een grote verscheidenheid aan functieproblemen. Bij multimorbiditeit is het de
kunst om uit te zoeken welke prioriteit er geldt bij problemen. ‘Treat first what kills first’,
geldt zeker ook bij oudere patiënten, echter bij hen is het extra van belang om bij de
afweging van de behandelingsopties de situationele context te betrekken.
3.7 herkenning van klachten
Doordat de pijn waarneming kan veranderen en de thermoregulatie verschilt van vroeger,
kan het zijn dat de oudere de symptomen van een acute ziekte minder goed herkent en er
geen acht op slaat.
3.8 uiting van klachten
Een oudere die te maken krijgt met uitingsproblemen zal niet in staat zijn om de
gezondheidsklachten te uiten. Uitingsproblemen kunnen zich voordoen als gevolg van
afasie, dysartrie, maar ook ontstaan als gevolg van stemmingsproblemen of cognitieve
stoornissen bij het dementieel syndroom of bij een delier.
3.9
De oudere’ bestaat niet. Er zijn grote onderlinge verschillen.
Organen maken een verandering door en de reserve vermindert om dingen te compenseren.
De reserves hebben invloed op het herstel.
De vetmassa neemt toe maar de skeletspiermassa vermindert en de hoeveelheid
bindweefsel neemt toe.

,Gevolg van afname van de spiermassa is dat de ruststofwisseling ook daalt. Rond je 60e
levensjaar daalt je lichaamsgewicht. Ook de lengte neemt in cm af, omdat het volume van
de tussenwervels afneemt als gevolg van de vermindering van de botdichtheid. De totale
lichaamsvocht neemt af met 10-14% al deze factoren beïnvloeden de gevoeligheid van
medicijnen bij ouderen.
3.10
Farmacokinetiek beschrijft de eigenschappen van het geneesmiddel die een weg aflegt
door het lichaam.
Hierbij zijn processen betrokken zoals de resorptie in de darm, de verdeling naar de weefsels
en organen, maar ook de snelheid waarmee de stoffen uit het lichaam worden geëlimineerd
via uitscheiding.
De farmacodynamiek bestudeert het effect en werkingsmechanisme van het medicijn op
het lichaam, en met name de interactie tussen het medicijn en de receptor op de plaats van
werking.

Farmacokinetiek betreft de gevolgen van aan het lichaam toegediende stoffen,
onderverdeeld per proces.

De vijf processen van de farmacokinetiek zijn:
- Absorptie = passieve diffusie, transport in de richting van een lagere concentratie van
een stof via de poriën van het celmembraan.)
- Metabolisme = de activiteit van de leverenzymen vermindert, de doorbloeding van de lever
loopt terug en het volume van de lever neemt af. Het metabolisme zal hierdoor trager
verlopen. Omdat de nieren alleen wateroplosbare stoffen kunnen uitscheiden, zullen de
lipofiele medicijnen eerst in de lever worden omgezet naar hydrofiel (metabole klaring), ook de
snelheid van dit werkingsmechanisme neemt af in vergelijking met de jongere jaren
- Distributie = verspreiding
- Excretie = vooral in de nieren, snelheid waarmee enzymatische omzetting plaatsvindt
- Interactie -> het grootste als therapeutische werking van medicijnen het kleinste is

Bij de farmacodynamiek gaat het om de invloed van een medicijn op het lichaam, door de
aard van het medicijn en het werkingsmechanisme ervan, en dan met name om de interactie
tussen het medicijn en de receptor op de plaats van werking.

H12
Mobiliteit stelt mensen in staat om te gaan en staan waar men wil. Ouderen die minder goed
kunnen voortbewegen hebben beduidend minder energie. De mate waarin een oudere fysiek
in staat is om zich zelfstandig voort te bewegen, is een belangrijke indicator voor de mate
van hulpbehoevendheid en toename van kwetsbaarheid.

Bij afgenomen bewegingscapaciteit gaat het om een afgenomen spierkracht, spiertonus,
verminderde elasticiteit van kapsels en ligamenten en gewrichten. De inspanningstolerantie
neemt af. Een optelsom van deze factoren leidt tot een toename van houdingsafwijkingen,
waardoor de frequentie van handelen, gaan en staan verder afneemt. Botweefsel dat niet
wordt belast, zal bovendien minder worden geprikkeld om afbraak van botweefsel te
herstellen. Botten worden hierdoor broos. Spiermassa neemt af, kraakbeen wordt minder
elastisch, of verdwijnt.

Verlaagde besturingsvaardigheid is dat wanneer je lichaam ouder wordt, minder snel
reageert op prikkels die van buiten- of van binnenuit worden gezonden. Het zenuwstelsel
verwerkt de prikkels langzamer. Het gevolg hiervan is dat het voor ouderen moeilijker is om
snel en doelmatig te reageren op invloeden van buiten- of binnen af.

, Verminderd bewegingsinitiatief is letterlijk een verminderd enthousiasme om zich te
bewegen. Ouderen kunnen zelfs weerstand bieden tegen fysieke bewegingsspelletjes. Dit
kan te maken hebben met afname van de neurotransmitter dopamine (speelt een rol bij
genot, blijdschap en welzijn). Daarnaast is er regelmatig sprake vam bewegingsangst.
Factoren die hierbij een rol spelen zijn gebrek aan zelfvertrouwen en weinig sociale steun.

Deze drie factoren zijn met elkaar verweven en vormen de basis van de problematiek bij
balans- en beweging. Als daarnaast nog sprake is van aandoeningen die de
bewegingsvrijheid beperken, kunnen de problemen logaritmisch verergeren.
Hierdoor wordt de kwaliteit van het leven van de oudere bedreigd. Er zijn vele aandoeningen
die de oudere hierbij parten kunnen spelen. Dat kan primair of secundair ontstaan. Primair
zijn dat chronische ziekten, zoals reumatische artritis en artrose en secundair kan dat de
angst zijn om te vallen of veel minder of niet meer bewegen vanwege pijn.

12.2.2
Osteoporose betekent: poreus bot of bot met gaten hierdoor is er een groter risico op
fracturen. Het voorstadium is osteopenie. Bij osteoporose neemt de botsterkte af, door
vermindering van de botdichtheid waarbij ook de botstructuur afneemt. 800.000 mensne
hebben osteoporose.

Orthostatische hypotensie is een daling van de bloeddruk na houdingsverandering waarbij
duizeligheid kan ontstaan en hierdoor valrisico.

Per jaar lopen 80.000 mensen een fractuur op door osteoporose. Na een fractuur is de kans
op een nog een fractuur nog groter geworden.

Compressiefracturen van de wervels (12.3.10)
Compressiefractuur van de wervels kan spontaan ontstaan bij al het maken van een kleine
beweging. De stevigheid van de botten is te gering geworden door de kracht van de spieren,
waardoor het wervellichaam wordt gecomprimeerd. Deze wervelinzakking kan per individu
een heel ander verloop hebben. Er kan sprake zijn van enige tot ernstige
bewegingsbeperking. Een wervelverzwakking kan geleidelijk of plotseling ontstaan. de
fractuurpijn hoort na twee weken geweken te zijn bij normaal verloop. De meeste fractuur zal
uit zichzelf genezen, zonder hulp van buitenaf.

Toenemende kyfose kan tot ademhalingsproblemen leiden, doordat de ribbenboog moeilijker
kan uitzetten. Er kan pijn ontstaan tijdens het zitten. Er ontstaat lengteverlies en hebben
mensen meerdere kussens in bed nodig om prettig te kunnen liggen.

Osteoporose leidt niet tot de dood maar heeft wel andere gevolgen zoals een heupfractuur.
Bloeddrukdaling kan leiden in veel gevallen tot duizeligheid, waardoor het valrisico toeneemt.

12. Osteoporose
Functie van de botten: steun, bescherming, voort te bewegen, opslagplaats van de
lichaamsmineralen; calcium, fosfaat en magnesium. Deze mineralen komen ze beschikbaar
via de bloedsomloop. De balans tussen vrijgeven en aanmaken van mineralen al calcium,
fosfaat en magnesium moet dus goed op elkaar afgestemd zijn. Bij de meeste ouderen
ontstaat osteoporose heel geleidelijk. Calciumtekort leidt tot een vermindering van de
botdichtheid. Naast calciumtekort is er een aantal beïnvloedende factoren.

Factoren die het risico op het krijgen van osteoporose vergroten:
- Gevorderde leeftijd
- Verminderde aanmaak van oestrogeen: vrouwen na de menopauze of na
hysterectomie

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper janisahup. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 48756 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49  1x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd