Samenvatting Strafrecht met mate 14e druk (19/20). Deze samenvatting is volledig ingericht op het blokboek van de Universiteit Maastricht Inleiding Strafrecht, leerjaar 1. Sinds 19/20 is dit lesboek uitgebracht en wordt het boek verkocht voor Inleiding Strafrecht. Als de zinnen niet kloppen als je ...
Strafrecht met mate 14e druk
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hoofdstuk 1 Karakter en plaats van het strafrecht
§ 1.1 Mensen straffen elkaar
Het overnemen van het recht tot straffen door de overheid dient immers juist om eigenrichting, in
de zin van het buiten de proporties van alledag voor eigen rechter spelen, tegen te gaan.
De auteurs van het boek benadrukken dat het onmogelijk is om in één zin een voor ieder
bevredigende karakteristiek van het strafrecht te geven. Sommige zeggen daarom dat daders vooral
‘mad’ en niet zozeer ‘bad’ zijn. Anderzijds voorkomt het strafrecht, door z’n eigenrichtingkerende
en vergeldingsdriftenkanaliserende functie, ernstige buitensporigheden van het particulieren en
maakt het zichzelf daarmee als maatschappelijk instituut onmisbaar.
Het formele recht schrijft de procedure voor waarlangs het materiële recht dient te worden
gehandhaafd. Zonder formeel recht mist het materiële recht z’n kracht.
§ 1.2 Verschillende invalshoeken op het strafrecht
§ 1.2.1 Het strafrechtelijke systeem, de maatschappij en de individuele burger
Het strafrecht beschikt over een uitgebreid repressief instrumentarium. Aan de ene kant staan
immers de meeste (met name lichte) overtredingen buiten de sfeer der morele waarden. Aan de
andere kant kan iemand met een misdrijf juist iets goeds willen doen, een nobel motief hebben. Aan
de andere kant zijn er misdrijven die niet veel met morele kwesties van doen hebben.
Vaststaat dat in geval van een ‘open’ delictsomschrijving het uiteindelijk de rechter moet zijn, die
door een waardeoordeel te vellen de reikwijdte van de wettekst ten aanzien van een concrete
gedraging bepaalt. Ook het woord schuld in de zin van onachtzaamheid is zo’n flexibel begrip.
Straf is van oudsher een als zodanig bedoeld, door de overheid toegebracht, leed op grond van
normschending en dus een uit vergelding geboren extra domper op de delinquent, zonder veel
perspectief te bieden voor herstel (zonder ‘reparatief’ of ‘restitutief’ te zijn). Het is dit
leedtoevoegende karakter van de straf, dat eeuwenlang tot ernstige bezinning op de rechtvaardiging
van de straf aanleiding heeft gegeven.
Deze straf is door Minister Modderman verklaard tot ‘ultimum remedium’. De gedachte kan het
misverstand wekken als zou alleen het ernstigste onrecht strafbaar zijn. Voor moeilijk
achterhaalbaar onrecht was men min of meer op het strafrechtelijke systeem aangewezen, voor
zover andere handhavingssystemen de benodigde opsporingsmogelijkheden missen.
In Hulsmans benadering (Handhaving van recht) ligt duidelijk een kritische notie besloten met
betrekking tot de rechtvaardigheid van de strafrechtelijke status quo: namelijk wat is nu strafbaar en
waarom wel of niet?
De algemene aanname is dat het bestaan van het strafrecht als zodanig dreigend en afschrikkend
genoeg is om generaal-preventief te werken. Kortom, het is moeilijk het strafrecht volgens strikt
objectieve maatstaven op zijn nut en zijn rechtvaardigheidsgehalte te benaderen. In dat opzicht is
van belang te onderkennen dat het strafrecht een grote symbolische waarde heeft en dat zijn
werkelijke effecten nogal speculatief zijn.
1
,Verschillende invalshoeken voor die elk een eigen visie in zich bergen op het genoemde
spanningsveld van maatschappelijke orde, recht en individu: de invalshoek
a) die primair uitgaat van het stafrechtelijke systeem als zodanig;
b) die primair uitgaat van de rechtspositie van de individuele burger als justitiabele;
c) die primair het maatschappelijk welzijn van de burger als uitgangspunt neemt.
Men kan zeggen dat elk van deze invalshoeken bepaalde waarden benadrukt, die in hun
gezamenlijkheid kunnen worden beschouwd als kenmerkend voor een beschaafd strafrecht dat een
rechtsstaat betaamt.
De repressieve kracht en macht van het strafrecht dient op een juridische behoorlijke wijze te zijn
genormeerd en moet bovendien met terughoudendheid en met mate worden gebruikt, aangezien een
overdaad en een overmacht van het stafrecht de deur openzet voor praktijken die alleen passen in
een politiestaat (Noord-Korea). Het strafrecht heeft dus naast zijn criminaliteitbestrijdende functie
een minstens even belangrijke rechtsbeschermende functie en moet tegelijkertijd zo min mogelijk
het welzijn van de mens schaden.
§ 1.2.2 Het primaat van de wet en van het wettelijk systeem
Het primaat van de strafwet is de langs democratische weg tot stand gebrachte weerspiegeling van
wat in de samenleving leeft.
Volgens de legistische zienswijze zal de rechter de wet zo strikt mogelijk naar de letter, de
bedoeling en het systeem van de wet moeten interpreteren en zal waar heem beleidsvrijheid (zoals
bij de straftoemeting) is gegeven, zich zoveel mogelijk moeten doen informeren over de
maatschappelijke en psychologische effecten van zijn beslissingen.
Toch brengt het streven om de rechtsorde en de sociale orde zoveel mogelijk op elkaar af te
stemmen met zich, dat door het toepassen van strafrecht notoir onrecht moet worden vermeden.
Ook in de legistische invalshoek is plaats voor de individubeschermende functie van het strafrecht
→ op positiefrechtelijke wijze opgenomen. Sterk legistisch denkenden zullen bijvoorbeeld hoge
eisen stellen aan strafuitsluitende reden.
Volgens Enschedé zijn opvatting moet het strafrecht worden gezien als een ‘stuursysteem’ dat
bevoegdheden verleent aan de gerechtelijke autoriteiten → instrumentele functie. Deze
bevoegdheden veroorloven de autoriteiten een jegens de burgers op een bepaalde repressieve wijze
op te treden en vormen een uitzondering op datgene wat in principe tussen burgers verboden is.
§ 1.2.3 De individuele rechtspositie van de burgers
De overheid heeft een machtspositie die verkeert ten opzichte van het individu. Het rechtskarakter
van het strafrecht kan ook worden verbonden aan de individubeschermende functie ervan. Deze
invalshoek valt weliswaar samen met de legistische, voor zover deze ervan uitgaat dat het
misdaadprobleem onoplosbaar is. Maar het verschil is de mate waarin de optimale individuele
vrijheid in de rechtsbeschermende zienswijze vooropstaat: het recht is primair betrokken op de
positie van het individu als zwakkere tegenover de overheid, en dient ter versterking van diens
rechtspositie.
Dienovereenkomstige normering van het overheidsoptreden verhoogt de kwaliteit van de
rechtsorde en vergroot de pluriforme leefbaarheid van de maatschappij → orde van het recht. De
2
, ‘gewetensfuntie’ van het recht wordt bevorderd door het beginsel: geen straf zonder schuld en geen
straf zonder wederrechtelijkheid.
Het strafrecht kan ook ‘in eigen vlees snijden’ → de stigmatiserende werking van het strafrecht.
Strafrecht moet een zo rationeel mogelijke conflictoplossing tussen daders en slachtoffers
bevorderen, liefst door bemiddeling (mediation) → herstelrecht of door middel van
schadevergoeding en liefst zonder gebruikmaking van repressie. Hulsman was ook een groot
voorstander van de gedragsbeïnvloeding als doel van het strafrecht.
Situaties van preventie van relatieve vrijwilligheid heten ‘drang’ in plaats van dwang. Ook hier is
een rechtspositie onontbeerlijk → strafrecht moet zich richten op decriminalisering. Voorts kan
naar zinvollere strafsoorten worden gestreefd dan alleen de klassieke vermogens- en
vrijheidsstraffen. Het zoveel mogelijk vermijden van schadelijke effecten van straffen door
daarvoor in de plaats alternatieve straffen of bestuurlijke sancties op te leggen is complementair aan
decriminalisering en wordt depenalisering genoemd.
§ 1.2.5 Het strafproces voor het slachtoffer
Er zijn ook vraagtekens te plaatsen bij de versterking van de rol van het slachtoffer in het
strafproces.
1. de vraag wie slachtoffer is en als zodanig mag meedoen → bewezenverklaring.
2. het stafproces van een twee- naar een driepartijenproces dreigt te worden vervormd.
Individuele justitiabele
Rechtspositie Welzijn
Recht en rechtssystemen Maatschappij
Rechtsorde
De eerste visie betreft het strafrecht van de gerechtelijke autoriteiten, de tweede visie ziet op het
strafrecht van de advocatuur en in de derde visie gaat het om het strafrecht van de gedragskundige
en van de hulpverlener.
§ 1.2.6 De optiek van dit boek
In elke samenleving is strafrecht onmisbaar. Strafrecht bestaat voor een groot deel bij de gratie van
zijn symbolisch afschrikkende werking, die mensen aanspoort zich van strafrechtelijk ontoelaatbare
gedragingen te onthouden. Wie die aansporing negeert riskeert daarom een sanctie, die evenwel
rechtvaardig dient te zijn. Daardoor zal de algemene maatschappelijke rechtvaardigheid worden
bevorderd.
In de ogen van het boek om dynamische mogelijkheden te scheppen over bepaalde veranderingen
en ontwikkelingen in recht en samenleving. Wettelijke bepalingen zijn enkel toelaatbaar als deze
ten gunste van de burger werken. In de afweging van de betrokken belangen wordt er meer gewicht
toe gekend aan de samenlevingsbeschermende functie van het strafrecht. Dit alles wordt gezien als
de noodzakelijke uitkomst van zowel de rechtsbeschermende als de welzijnsbevorderende functies
van het strafrecht.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sanderbeek. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.