Bestuursrecht 2019
Hoofdstuk 1 De plaats van het bestuursrecht in het recht
Het recht bestaat uit 5 rechtsgebieden
1. Bestuursrecht: beschrijft hoe de overheid haar bestuurstaak moet uitvoeren (lijkt
op staatsrecht) (zorgen van een goede gang van zaken in ons land)
2. Staatsrecht: beschrijft hoe wetten tot stand komen en wat de rol is van 1e en 2e
kamer (gehele plaatje van de overheid)
3. Strafrecht: beschrijft de activiteiten die strafbaar zijn
4. Burgerlijkrecht/privaatrecht/civielrecht: regelt de rechtsrelaties tussen personen
(van NP en RP)
5. Internationaal recht: regelt verhoudingen met andere landen en de positie van
ons land. Zoals de VN en de EU
Het recht kan je onderverdelen in:
1. Publiekrecht > geeft regels voor de juridische verhouding tussen personen
(burgers/bedrijven/instellingen) bijv. overheid die een bedrijf een vergunning geeft
2. Privaatrecht > ook wel het burgerlijk recht genoemd, regelt de juridische zaken
tussen personen (NP en RP personen/bedrijven/de overheid) zoals huur-,
koopovereenkomst
Hoofdstuk 2 Inleiding bestuursrecht
2.1/2.2 Bestuurstaak
Bestuursrecht geeft regels voor het uitoefenen van bevoegdheden van verschillende
overheidsorganen.
Overheidsorganen
- Gemeentebestuur (College van Burgemeester&Wethouders)
- Provinciaal bestuur (Gedeputeerde Staten)
- Landsbestuur (Regering)
Het bestuur behartigt het algemeen belang > het belang dat de burgers gezamenlijk hebben.
(Het bestuur zorgt ervoor dat het algemeen belang wat de burgers gezamenlijk hebben goed
wordt vervuld)
BV: het bestuur van een bedrijf of vereniging behartigt het belang van de particuliere
belangen van het eigen bedrijf of vereniging.
Het landbestuur staat voor algemeen belang dus dat de burgers van dit land een gezamenlijk
belang hebben. (Gezondheidszorg, onderwijs, milieu is van algemeen belang)
De politiek bepaalt wat van algemeen belang is en wat niet, staat in de wetten Wet
milieubeheer (WMB), de participatiewet, de zorgverzekeringswet en de wetgeving over de
studiefinanciering. Het bestuur is gebonden aan deze wetten.
LW
,Bestuursrecht 2019
2.3 Feitelijke handelingen en besluiten Besturen
Feitelijke handelingen: handelingen die voor iedereen zichtbaar
zijn en niet zijn gericht op een rechtsgevolg.
BV: blussen van een brand, plantsoen in orde houden, Feitelijke Besluiten
wegen aanleggen, vuilnis ophalen etc. handelingen
Besluiten: schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan betreffende een publiekrechtelijke
rechtshandeling . Het besturen bestaat voor het grootste deel uit besluiten nemen. (Het
sluiten van een koop/huur overeenkomst is ook een rechtshandeling, want jij bent nu
eigenaar van iets.)
BV: besluit nemen over een bestemmingsplan, uitkering, studiefinanciering etc. Ook is een
besluit als er een nieuwe wet komt of als er iets veranderd in het recht.
2.4 Groei van de bestuurstaak
18e eeuw nachtwakersstaat > de overheid zorgde er voor dat in steden branden geblust
werden, de openbare orde gehandhaafd werd en dat het verkopen op de markt ordelijk
ging. De overheid moest als een nachtwaker over de veiligheid van de burger waken.
19e eeuw de overheidstaak groeide verder uit > overheid ging zich intensiever bemoeien met
de aanleg en het onderhoud van wegen, rails en vaarwateren.
20e eeuw overheid kwam met wetten > verbod op kinderarbeid, bescherming voor zwangere
werknemers en arbeidstijden worden geregeld.
De overheid en de overheidstaak groeide en werd meer dan een nachtwakersstaat. Vanaf
1950 kwam er een stelsel sociale zekerheid, ruimtelijke ordening, gezondheidszorg, cultuur
en welzijn > verzorgingsstaat: de overheid heeft de taak om de burger op verschillende
terreinen een bestaansminimum te bieden als hij daar zelf niet voor kan zorgen.
Terugtredende overheid
De overheid probeert de laatste 30 jaar haar bemoeienis enigszins terug te brengen van
verzorgingsstaat naar participatiesamenleving
De verantwoordelijkheid wordt ook de laatste jaren meer bij de burgers neergelegd. Er zijn
dus strengere eisen gekomen om in aanmerking te komen voor een uitkering. En degene
met een uitkering worden aangemoedigd om een baan te vinden.
Sinds 2013 spreken we van een participatiesamenleving > van de burger wordt verwacht
dat deze zoveel mogelijk zelf doet voordat hij een beroep doet op de overheid.
2.5 Algemeen en bijzonder bestuursrecht
Algemeen bestuursrecht: regels die gelden voor alle verschillende bestuurstaken van de
overheid. Algemene wet bestuursrecht (AWB)
- Nieuw gaat voor oud
- Bijzonder voor algemeen
- Hoog voor laag
LW
,Bestuursrecht 2019
Bijzonder bestuursrecht: regels die gericht zijn op de inhoud van verschillende bestuurstaken
zoals vreemdelingenwet 2000, milieurecht, belastingrecht, ruimtelijke ordening etc.
Bestuursrecht
Algemeen Bijzonder
bestuursrecht bestuursrecht
Geldt voor alle geldt voor specifieke
bestuurstaken bestuurstaken
2.6 Bronnen van het bestuursrecht
Rechtsbronnen van het bestuursrecht
1. Internationale verdragen > EVRM (Europees verdrag tot bescherming van de rechten
van de mens en de fundamentele vrijheden) IVBPR (Internationaal verdrag inzake
burgerrechten en politieke rechten) VEU.
2. Wetten > grondwet, AWB en bijzonder bestuur wetten
3. Provinciale en gemeentelijke verordeningen > hierin staat bijvoorbeeld in welke
gevallen je een bouwvergunning moet aanvragen en hoe de gemeente zo een
aanvraag beoordeelt.
4. Jurisprudentie > uitspraken van bestuursrechters die eerder al gemaakt zijn in andere
zaken.
5. Gewoonte > iets wat wij beschouwen als een regel en recht maar wat niet feitelijk in
de wet staat. En het is wel geldig (bijvoorbeeld als het bestuur een toezegging doet
‘koopt u de grond maar want die vergunning voor uw bedrijf zal geen probleem
vormen’ deze toezegging kan niet zomaar ongedaan gemaakt worden >
vertrouwensbeginsel.
Hoofdstuk 3 Kernbegrippen in het bestuursrecht
Hoofdrolspelers in het bestuursrecht
- Bestuursorgaan
- Belanghebbende
3.2 Bestuursorgaan
Een bestuursorgaan voert een deel van de bestuurstaak van overheid uit. Ze beslissen onder
andere over de afgifte van vergunningen, belastingaanvragen en over het toekennen van
een uitkering.
LW
, Bestuursrecht 2019
1. Een orgaan van een rechtspersoon die krachten publiekrecht is ingesteld
Een rechtspersoon is een onderneming/instelling die een eigen Rechtspersonen
leven leidt in het recht. Hiervan heb je 2 soorten
Publiekrechtelijke
Privaatrechtelijke
rechtspersonen =
1. Privaatrechtelijke rechtspersonen > mensen of rechtspersonen
openbaar lichaam
bestaande bedrijven die bij notariskantoor
een oprichting B.V./ Stichting willen oprichten. opgericht door op grond van de wet
mensen/organisaties ontstaan
2. Publiekrechtelijke rechtspersonen > deze
worden niet door mensen opgericht maar door in het leven geroepen. De wet roept
een publiekrechtelijke rechtspersoon in het leven om een deel van de overheidstaak
uit te voeren. 3 voorbeelden Gemeente, provincie en het rijk. (< openbare lichamen)
Organen: de personen of instanties die namens de rechtspersoon handelen.
Bijv:
Organen van de gemeente zijn college van B&W en de gemeenteraad, de burgemeester.
Organen van de provincie zijn de commissaris van de koning, gedeputeerde staten en
provinciale staten.
Organen van het Rijk zijn o.a. de minister en de regering,
Alleen de organen van de publiekrechtelijke rechtspersoon zijn bestuursorganen. Art. 1:1
Awb omschrijving bestuursorgaan,
Wetgevende en rechtsprekende organen van de staat zijn geen bestuursorganen art. 1:1 lid
2 Awb
2. Een andere persoon of ander college met enig openbaar gezag bekleed.
Privaatrechtelijke rechtspersonen zoals BV’s en NV’s of stichtingen zijn geen
bestuursorganen. Sommige stichtingen of vennootschappen voeren wel overheidstaken uit
zoals: het CBR heeft op basis van de wet de bevoegdheid om te beslissen of een
examenkandidaat een rijbewijs krijg, en een garage de bevoegdheid om de APK Keuringen te
verrichten. Dit zijn wel bestuursorganen. Maar het zijn ‘andere personen of colleges met
openbaar gezag bekleed’ Ze voeren dus typische overheidstaken uit.
A en B Organen
Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn a-organen > de gemeente, provincie en het Rijk.
Rechtspersonen die een overheidstaak uitvoert.
Personen of colleges met openbaar gezag bekleed zijn b-organen > rechtspersonen die een
overheidstaak verrichten en daarvoor wettelijke bevoegdheden hebben (een typische
overheidstaak) (CBR, Garage die APK keuringen doet)
De AWB is voor de b-organen alleen van toepassing als ze met hun overheidstaak bezig zijn.
3.3 Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s)
- Staan niet onder het gezag van de minister.
- Voeren zelfstandig hun taak uit
LW