Werkcollege: week 1A introductie intellectueel eigendom en (slaafse) nabootsing
Doelen IE:
Bescherming voortbrengselen van de menselijk geest zoals creatieve prestaties,
technische uitvindingen, modellen, industriële vormgeving of
onderscheidingsteken.
Beloning voor de maker tijdelijke monopolie positie (auteursrecht)
Ratio van de bescherming verschilt per IE recht
Stimulerende werking op creativiteit en op innovatie (auteursrecht)
Exclusiviteit, monopolie
Regelt concurrentieverhoudingen
Verwarring onder consumenten voorkomen (merkenrecht)
Intellectueel Een verzamelnaam voor: octrooirecht, topografie recht, kwekersrecht,
eigendom tekeningen- en modellenrecht, merkenrecht, auteursrecht, naburige
rechten en databank recht (intellectuele creaties) muziek, merken,
vormgeving, uitvindingen, games, teksten en foto’s. Het IE valt onder het
privaatrecht en is onderdeel van het mededingingsrecht en het
handelsrecht.
Octrooirecht Een exclusief recht tot het industrieel maken of verkopen van een product
of het exploiteren van een uitvinding. Monopolie Monopolie max 20 jaar. Het moet
een nieuwe uitvinding zijn, anders geen octrooi.
Auteursrecht Het uitsluitend recht van de maker van een werk van letterkunde,
wetenschap of kunst, of van diens rechtverkrijgenden, om dit openbaar te
maken en te verveelvoudigen, behoudens de beperkingen, bij de wet
gesteld Art. 1 Auteurswet. Ontstaat op het moment dat je het maakt, dit
hoef je dus niet aan te vragen.
Merkenrecht Beschermd de merkhouder tegen gebruik (zonder toestemming) van het
merk. Een merk is een teken waarmee een bedrijf zijn producten of
dienstverlening onderscheidt van andere producten. Een merk is
beschermd als dit als zodanig is gedeponeerd. Het merk moet
geregistreerd bij het Benelux Merkenbureau.
Databankenrecht Het auteursrecht van de maker van een databank en het uitsluitende
extractierecht van de fabrikant van een databank.
Chipsrecht Het uitsluitend recht op een topografie van een halfgeleidingsproduct. Het
gaat over de bescherming van computerchips huishoudelijke apparaten,
auto’s, medische apparatuur, etc.
Naburige rechten Het uitsluitend exploitatierecht voor uitvoerend kunstenaars, producenten
van fonogrammen en omroeporganisaties.
Tekeningen en Geeft de houder van het recht om gedurende een bepaalde periode de
modellenrecht bevoegdheid om de tekening of het model als enige te exploiteren.
Kwekersrecht Het uitsluitend recht t.a.v. nieuwe kweekproducten.
Handelsnaamrecht Het recht op de naam waaronder een onderneming gedreven wordt.
Verschil tussen merken- en auteursrecht
, 1. Materiele eisen: waarop kun je IE recht aanvragen?
Bij Monopolieauteursrecht Monopolieop Monopolieeen Monopoliewerk, Monopoliebij Monopoliemerkenrecht Monopolieop Monopolieeen Monopolieteken.
2. Formele eisen: Hoe verkrijg je dat recht?
Bij Monopolieauteursrecht Monopolievan Monopolierechtswege, Monopoliebij Monopoliemerkenrecht Monopoliemoet Monopolieje Monopolieje Monopolieinschrijven.
3. Beschermingsduur: Hoe lang heb je IE recht?
Bij Monopolieauteursrecht Monopolie70 Monopoliejaar Monopoliena Monopoliede Monopoliedood Monopolievan Monopoliede Monopoliemaker, Monopoliemerkenrecht Monopoliekan Monopolieom Monopoliede Monopolie10
jaar Monopolieverlengd Monopolieworden. Monopolie
Wetten en verdragen die van toepassing zijn
1. Berner conventie 1886
Voor auteursrecht belangrijkste verdrag
Alleen voor internationale situaties, geen rechtstreekse werking voor onderdanen.
Assimilatie- of gelijkheidsbeginsel, art. 5 lid 1 BC
Formaliteiten verbod art. 5 lid 2 BC er mogen geen formele eisen gesteld
worden aan auteursrecht, het ontstaat van rechtswege.
2. UAC (Universele Auteursrecht conventie)
Veel landen aangesloten bij BC en UAC
Auteursrecht ontstaat niet automatisch
Als landen bij beide conventies zijn aangesloten gaan de meer beschermde
bepalingen voor BC voor
UAC laat wel formaliteiten toe. Ingevolge art III UAC mag niet meer verlangd
worden dat vanaf de eerste openbaarmaking alle exemplaren het ‘’ dragen, plus
het jaar van eerste openbaarmaking plus naam van de auteursrechthebbende.
Beschermingsduur art. IV UAC niet korter dan levensduur + 25 jaar. Langer
mag wel
3. VwEU
Verdrag betreffende de werking van de EU interne markt zonder binnen
grenzen.
Kartelrecht Art. 101 WvEU verbiedt belemmering van de mededeling.
Art. 102 WvEU verbiedt misbruik van machtspositie. IE rechten en
machtspositie?
Vrij verkeer van goederen art. 34 WvEU en art. 36 WvEU IE recht kan
beperking van art. 34 WVEU rechtvaardigen.
Spanning IE rechten en art. 34 en 36 VwEU, vrij verkeer van goederen.
4. Unieverdrag van Parijs tot bescherming van intellectuele
eigendomsrechten (uvP) industriële eigendommen
Art. 1: Aangesloten landen vormen een Unie (beheerd door WIPO) bind een
groot deel van de wereld.
Art. 2 en 3: Assimilatiebeginsel: gelijke behandeling van onderdanen en
buitenlanders.
Art. 4: Uniprioriteit/recht van voorrang: door aanvraag van een recht in één land
ontstaat er gedurende een bepaalde termijn een recht van voorrang in alle andere
landen.
5. Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de Intellectuele eigendom
(TRIPS-verdrag)
Geldt voor gehele IE
Art. 3: assimilatiebeginsel gelijke behandeling van onderdanen en buitenlanders.
6. WIPO
, 7. Auteurswet
Het auteursrecht is van toepassing op werken die voor het eerst in Nederland zijn
uitgegeven en op alle niet of niet voor het eerst in Nederland zijn uitgegeven
werken waarvan de maker Nederlands is of hier zijn gewonnen verblijfplaats
heeft (Art. 47 Aw)
Er is sprake van het territorialiteitsbeginsel: de werking van de Aw strekt zich
niet buiten NL. het geldt alleen voor de gevallen waarin de rechthebbende zijn
recht in NL wil handhaven of uitoefenen en de bescherming in NL effectief moet
zijn.
NL moet de auteursrechtelijke bescherming ook bieden aan landen die zijn
aangesloten bij BC, UAC en het TRIPs-Verdrag.
N.B. Nederlandse wetten gelden alleen maar in Nederland!! Wetboek 9
Stoffelijk- en onstoffelijkheid
Stoffelijk zaken
Eigendom: meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben. 5:1
BW
Zaken: zijn voor de menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten. Art. 3:2
BW
Het is absoluut het eigendomsrecht is oneindig en gaat niet verloren, tenzij
vernietiging.
Onstoffelijk absolute vermogensgoederen = IE
IE is niet stoffelijk, het is dus geen zaak en dus geen eigendom.
Art. 3: 6 BW rechten die overdraagbaar zijn of die ertoe strekken de
rechthebbende een stoffelijk voordeel (geld) te verschaffen, vermogensrecht te
zijn.
Deze onstoffelijke prestaties zijn wel vaak vastgelegd in stoffelijke voorwerpen.
Deze rechten zijn eindig= beperkt in de tijd.
Ongeoorloofde mededinging
Ongeoorloofde mededinging: Handelingen die strekken tot bevordering van de afzet
van een onderneming of vergroting van haar winsten en die in het normale
handelsverkeer ontoelaatbaar moeten worden geacht Ook wel aangeduid als oneerlijke,
onbehoorlijke of ontoelaatbare mededinging/ concurrentie
Uitgangspunt: Via Europees recht geldt een vrijheid van handel, beroep en bedrijf. Het
voeren van een monopolie positie is in strijd met de interne markt.
Er bestaan hier echter uitzonderingen op zoals de monopolie positie voortvloeiende uit
het IE recht (art. 34 en 36 VWEU).
Ongeoorloofde mededinging gebaseerd op art. 6:162 BW:
1. Inbreuk op een recht (bijv. auteurs-, merken-, octrooirecht)
2. Strijd met een rechtsplicht
3. Strijd met de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer betaamt.
Ongeoorloofde mededinging 2 en 3.
Imitatie mag, tenzij:
1. Schending van recht van een ander (IE)
2. Onrechtmatige daad (slaafse nabootsing: nodeloos verwarring wekken) art
6:162 BW.
, Als er geen IE recht op een werk rust, kan er toch sprake zijn van ongeoorloofde
mededinging en dus een inbreuk (onrechtmatige daad):
Parasiteren op bedrijfsactiviteiten/resultaten van een ander: profiteren en
nabootsen aanhaken, aanleunen, profiteren of nabootsen.
Slaafse nabootsing /parasiteren
Slaafse nabootsing is op zich niet onrechtmatig. Consumenten worden beschermd
tegen herkomstverwarring. Het is geen bescherming tegen het namaken van
producten.
Nabootsen is alleen geoorloofd, tenzij:
1. Het voor nodeloze verwarring zorgt;
2. Als er een weg ingeslagen had kunnen worden, zonder dat afbreuk wordt
gedaan aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid op bepaalde punten.
Als nagebootste producten onnodig verwarrend zijn, dan is dat onrechtmatig Art.
6:162 BW.
Verwarring
Vereisten voor de verwarring (mi Monopoliemoneda-arrest):
1. Alle omstandigheden van het geval moeten meegewogen worden.
2. Er kan niet worden uitgegaan dat voor de verwarringsvraag aan punten van
overeenstemming meer gewicht toekomt dan aan punten van verschil.
3. In hoeverre het publiek zich in het kader van een aankoopbeslissing zal laten leiden
door de wijze waarop de producten na aankoop zijn of worden waargenomen, hangt
ook af van de andere omstandigheden van het geval, zoals de vraag of het publiek
ook zal letten op onderdelen die bij gebruik niet zichtbaar zijn en op de verpakking
in de diverse producten.
4. De productverwarring als herkomstverwarring (eigenaar)zijn relevant voor de
verwarringsvraag.
Deugdelijkheid en bruikbaarheid
Een voorbeeld van deugdelijkheid en bruikbaarheid is de functionaliteit van een product,
omdat het soms niet op een andere wijze vormgegeven kan worden (Hyster MonopolieKarry MonopolieKrane-
arrest Monopolie en Monopolie Lego-arrest). Dit is dan een rechtvaardiging voor het verwarring wekkend
nabootsen van het product.