Probleem 6
Begrippen
-
Probleemstelling
Is Herrous een held of crimineel?
Brainstorm & discussie
Literatuur:
- Recht in context, Hoofdstuk 3, paragraaf 6, Hoofdstuk 4, paragraaf 3, Hoofdstuk 5,
paragraaf 3
- L.L. Fuller, ‘The Case of the Speluncean Explorers’, Harvard Law Review 1949/62, p.
616-645.
- J.H. Nieuwenhuis, Orestes in Veghel. Recht, literatuur en civilisatie, Amsterdam:
Balans 2004, p. 39-56.
Leerdoelen:
1. Welke rechtstheorieën zijn er? + kenmerken en vertegenwoordigers.
2. Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen de theorieën?
3. Hoe kunnen de theorieën in concrete gevallen worden toegepast? Tekst Fuller
, 1. Welke rechtstheorieën zijn er? + kenmerken en vertegenwoordigers.
Er zijn verschillende rechtstheorieën:
1. Rechtspositivisme (normatief): er is geen ander recht dan het tijd- en plaatsgebonden
geldende recht. Geen noodzakelijk verband tussen recht en rechtvaardigheid. Komt
vanuit opkomst moderne wetenschap; geloof in positief gegeven recht ging hand in hand
met geloof in positieve gegeven feiten (wetenschappelijk positivisme).
- Gelding is afhankelijk van de wijze van totstandkoming, moet uitgevaardigd zijn door
bevoegde wet- of regelgever. (Daarom ook wel formeel rechtspositivisme).
Bevoegde regelgever ontleent bevoegdheid ook weer aan andere rechtsregel.
o Hans Kelsen (Duitse rechtspositivist): Stufenbau; trapsgewijze opbouw
rechtsorde. Zo komen we bovenaan uit bij de Grondwet die tot bevoegde
grondwetgever tot stand is gebracht.
o Wat is fundament van de rechtsorde? Grundnorm: verklaart bestaan en
gelding van rechtsorde, puur hypothetisch. Ieder rechtssysteem moet een
beginpunt hebben.
- Betekenis van het recht is niet zozeer van belang, maar de structuur van het recht.
Kwestie:
Of een regel tot het geldende recht behoort; nadruk op de interne logische structuur van het
recht als systeem met relaties tussen juridische normen. Recht en rechtswetenschap los van
politieke, ethische en religieuze waarden/vraagstukken.
H.L.A. Hart (rechtspositivist): in Concept of Law; modern rechtssystemen kennen twee
soorten rechtsregels:
- Primaire rechtsregel: reguleren gedrag. Richten zich in vorm van verboden en
geboden, rechten en plichten. (Regels materiële recht)
- Secundaire rechtsregel: richten zich niet tot de justitiabelen, maar tot de
autoriteiten. Bestaan uit:
o Veranderingsregels: hoe primaire regels moeten worden veranderd.
o Toepassingsregels: volgens welke procedures de primaire regels toepassing
vinden. (Formeel recht/ procesrecht)
o Erkenningsregels: hoe primaire regels als regels van geldend recht worden
geïdentificeerd. Zijn ongeschreven regels en berusten op de uiteindelijke
erkenningsregel; een sociale regel die blijkt uit het gedrag van autoriteiten die
deze rechtsorde in stand houden en vormgeven.
Hart en Kelsen leggen beide nadruk op formele totstandkoming van rechtsregels.
- Hart: secundaire regels zijn het kenmerk van recht. Primaire gedragsregels komen
ook voor als sociale of morele regels, maar alleen een rechtssysteem omvat regels
over hoe autoriteiten met regels moeten omgaan
Net als bij Kelsen gaat het om vorm van de regels en hun samenhang formele kenmerken.
De kritiek op het rechtspositivisme
Door nadruk op de juiste totstandkoming van de regel grote kritiek. Uit Hitler zijn aanpak
bleek dat recht dat positiefrechtelijk gezien ‘recht’ is, heel goed tot het grootste onrecht kan
leiden. ‘Wet is wet, onafhankelijk van de inhoud’ i.c.m. ‘bevel is bevel’ kon tot
mensonterende excessen leiden.
, Rechter kreeg in Duitsland de mogelijkheid om ook handelingen te bestraffen die niet
expliciet strafbaar gesteld waren in de wet, maar tegen ‘das gesundes Empfindes des Volkes’
ingingen. Zo op legale wijze politieke tegenstanders ontdoen.
Gustav Radbruch: heeft tegenstelling tussen rechtspositivisme en natuurrecht weergeven
met ‘wettelijk onrecht’ en ‘bovenwettelijk recht’.
Na 1945 vraag hoe oorlogsmisdadigers moesten worden berecht, met wetten van toen of
die van nu. Vraag naar gelding van recht stond opnieuw centraal; Moet ieder rechtssysteem
dat aan de formele voorwaarden van juiste totstandkoming voldoet ook als geldend recht
worden beschouwd?
Rechtspositivisme als rechtsbron
De erkenning van de formele rechtsbronnen is niet los te zien van de achterliggende
rechtstheorie.
Wet en verdrag bieden meeste zekerheid voor een rechtspositivist.
Moderne rechtspositivisten kunnen er niet omheen dat de meeste moderne rechtsordes ook
andere rechtsbronnen erkennen zoals jurisprudentie en gewoonterecht.
Rechtsbronnen verschillen per rechtsorde en verschillen per periode, want erkenning van
het recht en zijn bronnen berust op de praktijk.
2. Het natuurrecht: nadruk op ideële moment, welke fundamentele waarden zijn leidend
voor hoe ons recht eruitziet? Wordt gekeken naar of recht wel rechtvaardig is; niet
zomaar toepassen. Verbondenheid tussen recht en rechtvaardigheid. Er is een hogere
macht dan positieve recht.
Dilemma rond de vraag welk recht voorgaat.
Paradox Socrates: vrijheid van spreken, maar als dit tegen de democratie ingaat gifbeker –
hoever gaat die vrijheid?
De verhouding tussen het natuurrecht en het positieve recht
Leidende gedachte natuurrecht: er zijn twee soorten recht
- Door mensen gemaakte plaats- en tijdgebonden recht (positieve recht). Als het niet
rechtvaardig is, mist het volgens natuurrecht gelding en is het dus geen ‘recht’. Recht
moet een minimumgehalte van rechtvaardigheid bezitten en beantwoorden aan het
natuurrecht.
- Met de natuur gegeven recht dat altijd en overal gelding heeft (natuurrecht). Het vult
het positieve recht aan en in geval van strijd gaat het voor. Burgers hoeven dan niet
gehoorzaam te zijn aan het positieve recht. (Vb: Antigone)
Er bestaan varianten binnen het natuurrecht.
- Natuurrechtsleer van het christelijk geloof
o Thomas van Aquino: combineerde christelijke gedachtegoed met de Griekse
filosofie. Hogere natuurrecht was voor hem het goddelijk recht.
- Rationele natuurrecht: als product van de menselijke rede
o Hugo de Groot: recht is noodzakelijk om mensen vreedzaam te laten leven;
recht moet natuurlijke rechten van individuen daarbij respecteren.
Bij alle juridische kwesties, over mensenrechten of de rechtvaardige oorlog, over abortus of
de doodstraf, worden natuurrechtelijke argumenten in de discussie gebruikt.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anneliekespanninga. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,16. Je zit daarna nergens aan vast.