Probleem 6 IPR
1. Wat is eigendom?
Goederenrechtelijke verhouding: de rechtsverhouding van een persoon tot een goed.
Onderscheid:
1. Goederenrechtelijke rechten:
a. Het eigendomsrecht (volledig recht op een zaak).
b. Alle beperkte rechten (3:8).
2. Andersoortige goederenrechtelijke verhoudingen.
a. Bezit: een feitelijke machtsverhouding die gepaard gaat met de suggestie van
een eigen recht (titel 3.5).
b. Bewind: een op bepaalde goederen liggend verband, dat met een beperkt
recht kan worden vergeleken (zonder werkelijk een beperkt recht te zijn).
c. Gemeenschap: situatie waarin een of meer goederen toebehoren aan twee of
meer deelgenoten gezamenlijk (titel 3.7).
d. Verhaalsrecht op goederen (titel 3.10). Is zelf geen goederenrechtelijk recht.
Het is de voor een crediteur aan zijn vorderingsrecht verbonden mogelijkheid
om zich, bij niet-nakoming door zijn debiteur, door middel van executie van
diens goederen te verhalen. De schuldeiser dient daartoe beslag te leggen op
de te executeren goederen. Vanwege het verband met beslag en executie (en
dus met pand en hypotheek) wordt het verhaalsrecht meestal in het kader
van het goederenrecht behandeld.
Goederenrechtelijk effect: wanneer een bepaald feit gevolgen heeft voor de
goederenrechtelijke rechtstoestand van een bepaald goed.
Kenmerken van goederenrechtelijke rechten:
1. Het recht rust op een zaak of een vermogensrecht (dus geen vorderingsrechten of
rechten op voortbrengselen van de geest.
2. Ze zijn absoluut (werken jegens eenieder) en exclusief (rechthebbende is als enige
gerechtigd). Consequenties:
a. Iedere derde is verplicht zich te onthouden van daden die de rechthebbende
in zijn genot, gebruik, beheer of beschikking storen.
b. De rechthebbende kan zijn recht uitoefenen ongeacht onder wie het
voorwerp van zijn recht zich bevindt (droit de suite van zijn rechtsvordering,
ook wel volgrecht of zaaksgevolg genoemd).
Dit zijn vorderingsrechten dus niet, rechten op voortbrengselen van de geest wel.
3. Kenmerken die samenhangen met het feit dat het bestaan van een beperkt recht op
een goed de rechthebbende op dat goed in zijn beschikkingsbevoegdheid beperkt
a. Indien een goed waarop een beperkt recht rust wordt overgedragen: het
beperkte recht blijft op het goed rusten (droit de suite – volgrecht,
zaaksgevolg – van het beperkte recht).
b. Indien op een goed waarop een beperkt recht rust een tweede beperkt recht
wordt gevestigd: het eerdere recht gaat voor het latere (prioriteitsregel).
Persoonlijke rechten (vorderingsrechten) zijn juist – ongeacht het moment
waarop zij zijn ontstaan – gelijk van rang (paritas creditorum, 3:277, zie echter
voor een bijzonder geval 3:298)
1
, c. Een (beperkt) recht op een goed ondervindt geen nadeel van een later beslag
of faillissement (maar wel van een eerder beslag of faillissement).
In verband met het absolute karakter gelden voor de overdracht en vestiging van een
goederenrechtelijk recht publicitaire eisen: Kenbaarheid voor derden (3:89; openbare
registers) en 3:90 (bezitsverschaffing).
Gesloten systeem van goederenrechtelijke rechten
1. Partijen zijn niet bevoegd naar eigen goeddunken nieuwe soorten
goederenrechtelijke rechten in het leven te roepen. Zij zijn gebonden aan de in de
wet genoemde typen.
2. Ook de inhoud van een in de wet genoemd goederenrechtelijk recht kan door
partijen niet vrijelijk worden bepaald:
a. Hun vrijheid is beperkt tot de aspecten die door de wet niet worden geregeld,
of ten aanzien waarvan de wet een afwijkende regeling toelaat.
b. Ook als de wet partijen vrijheid laat, dienen de door hen geregelde
bevoegdheden en verplichtingen voldoende verband te vertonen met het
betrokken recht. Ontbreekt dit verband, dan hebben hun afspraken geen
goederenrechtelijk effect, daar zij niet tot het bewuste recht zijn gaan
behoren. Wel zijn dan partijen verbintenisrechtelijk gebonden (er ontstaan
persoonlijke rechten).
In tegenstelling tot het goederenrecht heeft het verbintenissenrecht een open systeem.
Eigendom en vorderingsrecht zijn de grondvormen van het vermogensrecht.
Een vorderingsrecht is relatief; rechtsbetrekking tussen twee bepaalde personen.
Eigendomsrecht is absoluut; het kan jegens iedereen gehandhaafd worden. Gaat om
eigenaar tegenover rest van de wereld.
Aspecten van absolute karakter:
- Exclusiviteit: eigenaar hoeft niet te dulden dat een ander van de zaak gebruikmaakt.
- Gevolg (droit de suite): eigendomsrecht blijft op de zaak rusten, ook al raakt zij in
andere handen.
Persoonlijk recht: een aanspraak jegens een bepaalde persoon. Vorderingsrecht
bijvoorbeeld.
Zakelijk recht: een goederenrechtelijk recht op een zaak (stoffelijk object)(3:2). Eigendom is
ook een zakelijk recht.
Toch is een zakelijk rechter ook een rechtsbetrekking tussen de rechthebbende en andere
personen en geeft een persoonlijk recht vaak ook een recht op een zaak.
Zakelijke rechten zijn onderworpen aan twee beginselen:
- Individualiseringsprincipe
- Eenheidsbeginsel
Eigenaar: rechthebbende op een goed; degene tot wiens vermogen dit goed behoort
(eigenaar, crediteur, beperkt gerechtigde).
Eigendom (5:1): het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben.
Twee kenmerken van het eigendomsrecht:
1. Eigendom is per definitie een volledig recht.
2. Eigendom kan slechts bestaan op zaken, nooit op vermogensrechten.
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anneliekespanninga. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,16. Je zit daarna nergens aan vast.