1. (Wanneer) kun je worden beschermd tegen beschikkingsonbevoegdheid?
Als een goed wordt doorverkocht, terwijl eerste overeenkomst niet geldig was wegens
beschikkingsonbevoegdheid, kan laatste koper toch eigenaar van het goed worden.
=Derdenbeschermingsbepalingen:
1. Bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid van de vervreemder.
a. 3:86 voor goederen die door bezitsverschaffing zijn geleverd;
b. 3:88 voor gevallen waarin 3:86 n.v.t. is.
2. Bescherming tegen onvolledigheid en onjuistheid van de in de openbare registers
gepubliceerde gegevens: 3:23-27 (alleen bij verkrijging van registergoederen).
3. Bescherming ter zake van het ontstaan, bestaan of tenietgaan van een bepaalde
rechtsbetrekking ten aanzien waarvan de verkrijger derde is: 3:36 voor iedere
verkrijging.
Art. 3:88 biedt bescherming aan de verkrijger van een onroerende zaak, deze blijft echter
beperkt tot beschikkingsonbevoegdheid door een gebrek in de titel of in de levering van een
vroegere overdracht.
Art. 3:86 biedt bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid; de verkrijger ter goeder
trouw van roerende zaken wordt beschermd tegen beide gevallen van
beschikkingsonbevoegdheid, hoe ook ontstaan.
Bredere bescherming bij roerende goederen, omdat hier geen registers van bestaan.
Voor beroep op art. 3:86 moet behalve de beschikkingsbevoegdheid, worden voldaan aan
alle vereisten; overdraagbaarheid, geldige titel en levering door bezitsverschaffing.
Vereisten voor beroep op art. 3:86:
1. Overdracht van een roerende zaak (niet-registergoed), toonvordering of
ordervordering;
2. De levering geschiedt door bezitsverschaffing (3:90, 91 en 93). Een verkrijger aan wie
is geleverd d.m.v. een akte zonder bezitsverschaffing (3:95) wordt niet door dit
artikel beschermd;
3. Aan alle wettelijke overdrachtsvereisten behalve beschikkingsbevoegdheid wordt
voldaan (geldige titel, goederenrechtelijke overeenkomst, formaliteiten);
4. De overdracht geschiedt anders dan om niet (tegen contraprestatie); bij verkrijging
om niet lijdt derde geen schade, ontgaat hem slechts voordeel.
5. De verkrijger is ter goeder trouw (3:11). Iemand is niet ter goeder trouw:
- Wanneer hij de feiten of het recht (objectieve) waarop zijn goede trouw betrekking
moet hebben kende.
- Wanneer hij de feiten of het recht weliswaar niet kende, maar hij deze feiten of het
recht in de gegeven omstandigheden wel behoorde te kennen. Dit tweede element
berust op de gedachte dat van een ieder een zeker onderzoek mag worden gevergd.
Het zal van de omstandigheden afhangen hoe ver dit onderzoek moet gaan. In dit
kader zijn onder meer van belang:
a. De mate waarin aanleiding voor twijfel bestond;
b. Het gewicht van de verrichte handeling;
c. De eventuele druk waaronder de handeling werd verricht.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anneliekespanninga. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,16. Je zit daarna nergens aan vast.