Samenvatting/uittreksel van hoofdstuk 10 van het boek Samenlevingen: inleiding in de sociologie (8e druk). Bevat 8 pagina's met duidelijke afbeeldingen en begrippen zijn duidelijk aangegeven. Titel van hoofdstuk: De verzorgingsstaat.
Samenvatting sociologie hoofdstuk 10
Behoeftigheid is een relatief begrip. Het verschilt per samenleving hoe mensen denken over hygiëne
en waar analfabetisme heerst is dit geen probleem, want alles wordt mondeling gedaan.
Verzorgingsarrangementen veranderen constant. Vroeger was iedereen afhankelijk van zijn familie
op vele gebieden. Nu niet meer. Als je ziek bent ga je naar het ziekenhuis. Op kleine schaal kan het
nog wel voorkomen. Een voorbeeld is het verzorgen van een kind.
Verzorgingsarrangementen= omvat ook informeel geregelde verzorging. Dus bijvoorbeeld het
verzorgen van een kind.
Verzorgingsinstellingen= dit zijn plaatsen waar je formele zorg kan krijgen. Voorbeelden zijn
bejaardentehuizen, ziekenhuis of een revalidatiecentrum.
Verzorgingsstaat= een stelsel waarin de overheid zich garant stelt voor noodzakelijk geachte
materiële en immateriële voorzieningen voor alle burgers. Het heeft vier functies: verzorgen,
verheffen, verzekeren en verbinden.
10.1 Ontstaan en ontwikkeling van verzorgingsstaten
10.1.1 Voorwaarden voor het ontstaan van verzorgingsstaten
In deze sub-paragraaf staat de vraag: “hoe is de opkomst van de verzorgingsstaat te verklaren”
centraal.
Vroeger waren de formeel geregelde verzorgingsinstellingen gericht op het helpen van
mensen in noodsituaties. Wanneer ze dus geen familie of vrienden meer hadden die voor
hen kon zorgen. De mensen werden dus alleen geholpen als het echt niet anders kon. Alleen
bij epidemieën greep de overheid op grote schaal in.
In de loop van de tweede helft van de negentiende eeuw begon de ontwikkeling naar
moderne verzorgingsstaten. Denk aan het maken van sociale wetten.
In de twintigste eeuw breidt de overheidszorg zich stukje bij beetje uit.
Pas na de tweede wereldoorlog wordt de zorg van de overheid pas echt groot en kan er
gesproken worden van een verzorgingsstaat.
Maar waarom ontstond deze ‘collectieve actie’? De problemen die er mee bestreden werden waren
individuele problemen. Het antwoord hierop zijn de externe effecten. Als iemand ziek wordt hebben
anderen daar last van.
Externe effecten= de indirecte gevolgen die iemands tegenslagen en gebreken hebben voor
anderen die niet onmiddellijk zijn getroffen.
, Een probleem wat bij collectieve actie opspeelt is het dilemma van de collectieve actie.
Iedereen heeft belang bij de actie, maar tegelijk verhindert ieders directe eigenbelang
dat deze tot stand komt. Om dit te doorbreken kwam het idee van verwachtingen
manipuleren. Bijvoorbeeld het in de gaten kunnen houden van elkaars inleggingen bij
het goede doel waardoor je door de verwachtingen zelf ook wel wat moet inleggen.
Economische veranderingen
Door de industrialisatie en de daarmee gepaard gaande verstedelijking kwamen
mensen losser van hun familie en buren te staan. Ze kregen meer contacten
buiten hun eigen kring en konden dus minder terugvallen op informele
verzorgingsrelaties. Ook werden de relaties tussen werknemer en werkgever
zakelijker en onpersoonlijker. Door de komst van de vele (arme) mensen werd
er gevreesd voor epidemieën. Door de economische groei was er ruimte om
wat aan die sociale kwestie te doen. Zorgpremie op de loonstrook bijvoorbeeld.
Politieke veranderingen
Een eis voor de opkomst van de verzorgingsstaat was de vorming van nationale
eenheidsstaten. Andersom ontstond er ook centralisering door de uitbreiding van de
overheidszorg. De twee wereldoorlogen gaven de verzorgingsstaat een duwtje in de rug.
Het bijzondere aan de maatregelen die in deze periode plaatsvonden, was dat ze
geen rekening hielden met klasse of geloof.
Affectieve veranderingen
Mensen waren minder loyaal doordat de lokale samenlevingsverbanden verdwenen of minder
belangrijk werden.
Cognitieve veranderingen
Beroepsgroepen krijgen een meer professioneel karakter. Sommige diensten worden
gemonopoliseerd en die bedrijven verdienen daardoor erkenning bij de overheid. Een goed
voorbeeld hiervan zijn artsen. Er zijn bijvoorbeeld interne regels en belangen.
10.1.2 Verzorgingsstaat en sociale ongelijkheid
De opkomst van verzorgingsinstellingen staan niet los van ontwikkelingen in de sociale ongelijkheid.
Voorwaarden voor de collectivisering zijn bijvoorbeeld de machtsverschuivingen.
Ook veranderde de gezinsverhoudingen door de invloed van de verzorgingsstaat. Kinderen moesten
bijvoorbeeld naar school en konden niet meer helpen met werken en vrouwen waren minder
afhankelijk van hun echtgenoot. De verzorgingsstaat heeft immers de verhouding tussen verzorger
en verzorgde verandert.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Amyy. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.