Geschiedenis van de psychologie
1. Introductie
Waarom geschiedenis?
We hebben alle kennis die we nu gebruiken te danken aan voorgangers uit
het verleden
Het is belangrijk om psychologische verworvenheden uit het verleden in hun
context te zien
Reflexiviteit: de manier waarop wij als mens naar onze “menselijke natuur”
kijken is nogal vaak gewijzigd belangrijk om inzicht te krijgen in deze
veranderingen
Hoe?
Verschillende benaderingen:
- Internalisme vs externalisme:
o Internalisme:
Strikt disciplinegericht
Alleen aandacht voor historische ontwikkelingen binnen het
vakgebied
o Externalisme:
Vooral aandacht voor externe factoren die de ontwikkelingen
in een vakgebied hebben beïnvloed
- Great Man Approach vs Zeitgeist Approach:
o Great Man Approach:
Geschiedschrijving gebaseerd op grote namen
o Zeitgeist Approach:
Geschiedschrijving gebaseerd op de omstandigheden van
een bepaalde tijd
- Presentisme vs historicisme:
o Presentisme:
Geschiedenis zien door een hedendaagse bril
Het nu wordt gezien als de beste situatie
o Historicisme:
Probeert verleden te reconstrueren
Recht doen aan het verleden
o Sophisticated presentism: compromis tussen beiden
Keuze van besproken personen in het boek gebaseerd op:
- Belangrijk voor de ontwikkeling van de psychologie
- Genoeg biografische informatie
- Samen een goede afspiegeling van de geschiedenis
- Extra aandacht voor rol van en denken over vrouwen
,OORSPRONG VAN DE GESCHIEDENIS (3 vragen per hoofdstuk)
2. Antieke grondslagen
Enkele begrippen:
Empirisme: belang van observatie en ervaringen bij het verwerven van kennis
Nativisme: eigenschappen zijn aangeboren
Rationalisme: vragen over de natuur, kennis en de waarheid kunnen
beantwoord worden door logica en redeneren
Idealisme: er zit iets fundamenteler achter onze dagelijkse sensorische
ervaringen
Overzicht van de belangrijkste presocratische filosofen + gedachtengoed:
Thales:
- 624 – 546 v.C.
- Natuurwetenschappelijke observaties: astronomie, meteorologie
- Noemde water als belangrijkste element in de kosmos
Pythagoras:
- 570 – 495 v.C.
- Mathematische regelmatigheden in de natuur
- Religieuze betekenis wordt gegeven aan het verband tussen wiskunde en
de natuur
Heraclitus:
- 535 – 470 v.C.
- Relatie tussen stabiliteit en verandering: “je kunt nooit 2x in dezelfde rivier
stappen”
- Eenheid van tegengestelde zaken vb. een weg omhoog is ook een weg
omlaag
- Meer aandacht voor menselijke geest ontstaat
Zeno:
- 490 – 430 v.C.
- Oneindigheid: een afstand kan ontelbare keren in twee worden opgedeeld
- Paradox van de schildpad
Protagoras:
- 490 – 420 v.C.
- Geen hypothetische of verheven vraagstukken
- Menselijke ervaring en gedrag: “ de mens is de maat der dingen”
- Controle en manipulatie van gedrag
- Het begint echt over psychologische ideeën te gaan vanaf hier
Hippocrates:
- 460 – 370 v.C.
- Geneeskunde: ziekte als natuurlijk verschijnsel
- Theorie der lichaamssappen (humoral theory): balans tussen bloed, gele
gal, zwarte gal en slijm als bron van temperament en stoornissen
- Pleidooi voor een gematigde, evenwichtige levensstijl
,3 belangrijkste Griekse filosofen:
Socrates:
- Dwong leerlingen tot eigen inzichten door de discussie met hen aan te
gaan (Socratische dialogen)
- Schreef zijn gedachten niet op : geschreven woorden kunnen de waarheid
slechts gedeeltelijk weergeven
- Ideeën:
o Menselijke geest is aangeboren: wat wij weten is al aanwezig van bij
de geboorte, we moeten het ons alleen maar herinneren door onze
verstandelijke vermogens te gebruiken
o “Mijn enige wijsheid is weten hoeveel ik niet weet”
o Geloofde in reïncarnatie: op deze manier wordt de kennis
overgedragen
- Leven:
o Vroeg heel weinig of niets voor zijn diensten
o Was sculpteur en nadien ook soldaat
o Vrouw: Xanthippe
o Ter dood veroordeeld en ook hier ging hij nog in discussie, maar
dronk het gif vrijwillig op
Plato:
- 424 – 347 v.C.
- Leerling van Socrates
- Schreef de ideeën van Socrates neer
- Ideeën:
o Menselijke geest is aangeboren: wat wij weten is al aanwezig van bij
de geboorte, we moeten het ons alleen maar herinneren door onze
verstandelijke vermogens te gebruiken
o Met onze verstandelijke vermogens hebben we toegang tot de
ideeënwereld waarin de essentie van alles in zijn ideale vorm
aanwezig is (idealisme) verstandelijk vermogen = bron van alle
kennis
o De zintuiglijke ervaring is slechts een vluchtige afdruk van de
tijdloze, ideale vorm
o “allegory of the cave” (p 35-36)
o De menselijke geest heeft 3 aparte basiscomponenten:
Moed
Mogelijkheid tot redeneren
Noden voor fysieke verzadiging
bij iedereen zijn deze componenten in verschillende mate
aanwezig. Per sociale klasse zien we één dominante
component:
Gewone massa: noden voor fysieke verzadiging
Soldaten: moed
Elite: mogelijkheid tot redeneren
, o Geloofde dat een oligarchie de beste regeringsvorm is
- Leven:
o “the Academy” opgericht: er waren veel opties mogelijk, maar zeker
ook wiskunde en astronomie
Aristoteles:
- 384 – 322 v.C.
- Leerling van Plato
- Ideeën:
o Waarde van de zintuiglijke ervaring:
de menselijke geest is een onbeschreven wastablet
de indrukken die onze ervaringen achterlaten op dit wastablet
vormen onze geest
o wetenschap moet bedreven worden door middel van nauwkeurige
en uitgebreide observatie pas daarna verstandelijke vermogens
nodig om deze ervaringen te ordenen in classificatiesystemen/
taxonomieën
o de rationele ziel / het verstandelijk vermogen is een kenmerk dat de
mens onderscheidt van alle andere levensvormen, maar is niet de
bron van alle kennis
andere organismen hebben:
vegatatieve ziel: zichzelf kunnen voeden en voortplanten
planten hebben enkel dit
sensitieve ziel:
locomotie: zichzelf kunnen voortbewegen
sensatie: reageren op stimuli in de omgeving
geheugen
verbeelding
dieren bezitten minstens de 2 eerste, mogelijk ook de
andere twee
o de menselijke ziel heeft een aangeboren set van categorieën waarin
herinneringen en ideeën worden ondergebracht:
substantie: wat iets is
kwantiteit: hoeveel er van iets is
kwaliteit: welke kleur, vorm,…
locatie
tijd
relatie: groter, kleiner, voor, na,…
activiteit
alles samen beschrijft de hele herinnering
o alle oorzaken van gebeurtenissen hebben 4 componenten:
materiële oorzaak: waaruit iets is gemaakt
formele oorzaak: idee of plan erachter
efficiënte oorzaak: acties die de gebeurtenis hebben
veroorzaakt
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper merelmarissen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,48. Je zit daarna nergens aan vast.