Taalontwikkeling hoorcolleges
Hoorcollege 1
1 Introduc*e
Leervraag!
1.1 Tentamen
1.2 Cogni/eve & Taalontwikkeling: leerdoelen
• De belangrijke concepten binnen de domeinen van cogni8eve ontwikkeling en
taalontwikkeling te benoemen en beschrijven.
• Het verloop van de normale cogni8eve ontwikkeling en taalontwikkeling te
herkennen en beschrijven.
• De cogni8eve ontwikkeling en taalontwikkeling te verklaren in termen van de
relevante theorieën.
• Kri8ekpunten te benoemen bij concepten en theorieën van de normale cogni8eve
ontwikkeling en taalontwikkeling.
• De rela8e tussen concepten en theorieën binnen de normale cogni8eve ontwikkeling
en taalontwikkeling en relevante concepten en theorieën in andere domeinen van de
normale ontwikkeling te beschrijven en onderbouwen.
1.3 Opbouw college
Wat is taal?
1. Inleiding
2. HockeC’s kenmerken
3. Hebben dieren taal?
4. Kri8sche/sensi8eve periode(s) binnen de taalontwikkeling
,Taalontwikkeling hoorcolleges
1.4 Leerdoelen college 1
& De belangrijkste eigenschappen van taal benoemen en beschrijven.
& De eigenschappen en verschillende standpunten t.a.v. de kri8sche/sensi8eve periode
voor taalontwikkeling beschrijven.
2 Wat is taal?
De manier waarop wij taal gebruiken verschilt enorm tussen baby en volwassenen, maar
wanneer je dat afzet tegen de communica8esystemen die je bij dieren ziet, dan verschillen
die toch weer veel meer van elkaar. Hoe komt dat nu eigenlijk?
Om te weten te komen hoe en waarom kinderen hun ontwikkeling doormaken, een bepaalde
ontwikkeling doormaken moeten we eerst duidelijk maken wat we nu specifiek met
mensentaal bedoelen en hoe mensentaal zich nu verhoudt tot andere
communica8esystemen in het dierenrijk.
Kindertaalverwerving:
Het is niet vanzelfsprekend dat kinderen, zonder enige vorm van expliciete instruc8e in staat
zijn om een complex communica8esysteem zich eigen te maken, zonder dat we ze specifieke
regels aanleren. Jonge kinderen beheersen de taal al voordat ze naar school gaan voor zo’n
95%. De gramma8cale regels, de morfologische regels, de regels als het gaat om uitspraak.
Kinderen weten zich dat eigen te maken, zonder expliciete instruc8e. Hoe doen ze dit? En in
hoeverre doen dieren dit?
® Taal: Een systeem waarmee een rela8e kan worden gelegd tussen signalen en
concepten (Fitch, 2011). à Heel algemeen.
2.1 Zes taaldimensies
® Pragma-ek = dat je je bewust bent in welke context een bepaalde ui8ng zich bevindt
en dat je die informa8e ook kunt gebruiken om taal op de juiste manier toe te passen.
o Bv dat je op een andere manier tegen je opa en oma praat dan tegen
lee[ijdsgenoten.
o Of bv betekenissen van dezelfde zinnen zijn a\ankelijk van de context waarin
je je bevindt.
,Taalontwikkeling hoorcolleges
® Seman-ek = de betekenis van woorden en combina8es van woorden. Ook hoe de
betekenis van woorden zich kan ontwikkelen over de 8jd. Is dus ook sterk verwant
aan vocabulaire/ woordenschat kennis.
® Syntaxis = de onderliggende structuur van zin(sdelen). En is eigenlijk wat we in
schooltaal gramma8ca noemen. Het hee[ vooral te maken met de manier waarop
zinnen of zinsdelen zijn gestructureerd, maar ook verschillende manipula8es die je
kunt uitvoeren, bv bepaalde zinsdelen die je aan het begin van een zin kunt plaatsen
om van een statement een vraag te maken. Dus alles met woordvolgorde, zinsdelen.
® Morfologie = de structuur en opbouw van woorden.
® Fonologie = onderliggende klankstructuur van een taal. Dus wat voor regels zijn er nu
wat maken dat we bepaalde woorden of zinnen op een bepaalde manier uitspreken.
Regels met betrekking tot intona8e of hoe we bepaalde klanken uitspreken.
o Bv hond spreken we uit als ‘hont’, maar in meervoud maken we er weer een
‘d’ van. Hoe zit dat nu?
® Fone-ek = hee[ te maken met de fysiologische en fysieke eigenschappen van taal.
Hoe werkt nu eigenlijk het menselijk gehoor en de spraakorganen? Wat zijn de fysieke
eigenschappen van een spraaksignaal? à Niet taal specifiek, maar algemener.
Clark, Herbert (1996). Using language.
Clark hee[ eigen defini8e van taal bedacht: Taal is meer dan communica8e. Het is een
manier om samen dingen te doen. Dus samen een gesprek te hebben, samen te werken,
cocrea8on, daarvoor is taal het middel om het te bereiken.
2.2 HockeC
Charles Hocke7 (1916-2000)
ð HockeC’s kenmerken relevant voor tentamen à Toegelicht in boek. à 4 besproken in
college, maar alles is tentamenstof!
Hee[ specifieke criteria of kenmerken van taal geformuleerd.
2.2.1 Hocket’s kenmerken (4 van de 16)
1. Crea-viteit (crea8vity)
a. Crea-viteit: goed in bedenken van nieuwe woorden. Nieuw bedachte
woorden zijn herleidbaar en intuï8ef weet je wat het betekent.
b. Mensen zijn goed in het bedenken van nieuwe woorden. Kinderen zeker
trouwens.
c. Wat je vaak ziet is dat de nieuw bedachte woorden vaak ook herleidbaar zijn.
Als je het woord nog nooit gehoord hebt, weet je vaak al wel intuï8ef wat het
betekent, omdat dat het combina8es zijn van al bestaande woorden.
2. Seman-citeit (seman8city)
a. Seman-citeit: woorden kunnen verwijzen naar objecten, ac8es en ideeën.
, Taalontwikkeling hoorcolleges
b. De Gibbon (aap) is ook in staat om in zijn communica8esysteem seman8citeit
te gebruiken, dus is in staat door de manier waarop hij schreeuwt aan te
geven wat voor soort gevaar er dreigt. Of er nu een leeuw aan komt of een
ander soort dier. Daar is hij toe in staat om onderscheid aan te geven en
soortgenoten kunnen dat dus ook herkennen.
3. Arbitrariteit (arbitrariness)
a. Arbitrariteit: arbitraire (= willekeurige) rela8e tussen betekenis woorden en
hoe woorden klinken.
b. Bijvoorbeeld een woord als huis. Hoe het klinkt zeg niet zoveel over hoe een
huis eruitziet bijvoorbeeld. Zo is het voor de meeste woorden in alle talen van
de wereld zo.
c. Uitzondering: onomatopeën (zoals ‘kwaken’, ‘sissen’, ‘pats’). Daarbij kun je op
basis van hoe het woord klinkt de betekenis herleiden.
4. Verplaatsing (displacement)
a. Verplaatsing: mensentaal gebruikt kan woorden om te verwijzen naar iets wat
niet bestaat (fic8e), maar ook dat het kan verwijzen naar iets buiten het hier
en nu. Dus bijvoorbeeld iets in het verleden of iets dat heel ergens anders
plaatsvindt.
b. Dit zien we ook bij bijen terug.
ChatGPT:
De "16 kenmerken van taal" zijn geïntroduceerd door de taalkundige Charles Hockett
als een manier om de universele kenmerken van menselijke taal te identificeren.
1. Vocal-audi-eve kanaal: Menselijke taal wordt meestal geproduceerd door middel
van geluiden die worden gegenereerd door het vocale apparaat en waargenomen
door het gehoor.
2. Arbitrairheid: Er is over het algemeen geen intrinsiek verband tussen een taalteken
(woord of zin) en de betekenis die het vertegenwoordigt. Bijvoorbeeld, er is geen
noodzakelijk verband tussen het woord "hond" en het dier dat het aanduidt.
3. Discre-e: Taal bestaat uit discrete eenheden, zoals fonemen, morfemen en woorden,
die kunnen worden gecombineerd om oneindig veel betekenissen te creëren.
4. Dualiteit van patroon: Taal hee[ een dubbele structuur, waarbij betekenisvolle
betekenissen worden uitgedrukt door middel van een beperkt aantal discrete
elementen (bijvoorbeeld fonemen), die op hun beurt worden gecombineerd om
complexe structuren te vormen (bijvoorbeeld woorden, zinnen).
5. Produc-viteit: Menselijke taal is crea8ef en kan oneindig veel nieuwe zinnen
produceren door bestaande woorden en gramma8cale structuren op nieuwe
manieren te combineren.
6. Seman-sch differen-eel: Taal kan sub8ele betekenisnuances overbrengen door
middel van verschillen in de combina8e en ordening van woorden.