Crisis- en rampenbeheersing
H1. Crises, calamiteiten en ander onheil
Risico = een conditie waarin de mogelijkheid bestaat van een nadelige afwijking van de
gewenste uitkomst (Vaughan, 1997).
We kunnen risico’s globaal definiëren als het gevaar voor schade of verlies. Het wordt
uitgedrukt in de bekende formule: risico = kans x effect (r = k x e).
De hoogte van het risico wordt dus door twee factoren bepaald. Bij activiteiten die wij
ontplooien, is het risico - dus de kans op negatieve effecten en de omvang van die effecten –
een belangrijk uitgangspunt. Dit geldt zowel op individueel niveau als op bedrijf of nationaal
niveau. De bovenstaande formule zegt echter niet over de manier waarop we risico’s
ervaren, of waarop risico’s ons gedrag beïnvloeden. Onze eigen keuze speelt een belangrijke
rol in de beleving van een risico.
Bij bedrijven die gevaarlijke activiteiten ontplooien wordt naar twee vormen van risico
gekeken. Voor het berekenen van deze risico’s wordt de QRA (quantitative risk assessment)
gebruikt.een QRA is een hulpmiddel om de kans op en de effecten van incidenten te bepalen
bij het gebruiken, bewerken, vervoeren en opslaan van gevaarlijke stoffen.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico en het groepsrisico.
Plaatsgebonden risico: de kans dat een denkbeeldig persoon loopt om op een bepaalde plek
dodelijk getroffen te worden door een ongeval.
Groepsrisico: de cumulatieve kans (per jaar) dat ten minste tien, honderd of duizend
personen overlijden als rechtstreeks gevolg van een calamiteit.
Voor bedrijven waar risicovolle activiteiten plaatsvinden, bijvoorbeeld in de chemische
industrie of luchtvaart, wordt op basis van plaatsgebonden risico een gebied berekend.
Om de burger in Nederland te informeren over risico’s maakt de overheid gebruik van
grafische weergaven via het internet. Op de website risicokaart.nl kan iedereen de risico’s in
zijn omgeving opzoeken.
Effectberekening
Een van de twee factoren uit de formule, het effect – laat zich redelijk berekenen. Al blijkt
men er in de praktijk soms ver naast te zitten, denk aan de vuurwerkramp in Nijmegen. Over
het algemeen wordt er gebruik gemaakt van eventueel door berekening ondersteunde
schattingen. Er wordt dan gebruik gemaakt van een maximaal of verwacht effect.
Kansberekening
Kansberekening is een stukje moeilijker. Het gaat hier vaak om de analyse van statische
gegevens, wat hier dus eigenlijk mee wordt gedaan is kijken naar het verleden. Op basis van
het verleden wordt er een voorspelling gedaan, dit geeft dus geen garantie voor de
toekomst. Bij kansberekening is het ook onmogelijk om menselijk gedrag te voorspellen.
,Terminologie: wat is een crisis, ramp of calamiteit?
Ernst Omschrijving Impact
1. Verstoring Een gebeurtenis met De situatie kan binnen het
negatieve consequenties die reguliere proces en met het
afwijkt van het normale bestaande systeem worden
proces, maar geen ernstig opgevangen
letsel of schade veroorzaakt
2. Incident Een gebeurtenis met De situatie vraagt speciale
negatieve consequenties die maatregelen en verstoort
afwijkt van het normale het reguliere proces voor
proces, mogelijk ernstig korte duur.
letsel of schade veroorzaakt,
maar op beperkte schaal en
zonder te escaleren.
3. Calamiteit of ramp Een gebeurtenis met De situatie vraagt om het
negatieve consequenties die toepassen van een specifiek
afwijkt van het normale proces of systeem en
proces, mogelijk ernstig ontregelt het bestaande
letsel of schade op grotere proces aanzienlijk.
schaal veroorzaakt, mogelijk
escaleert en mogelijk
bedreigend is voor het
proces of systeem.
4. Crisis Een calamiteit met daaruit De situatie vraagt om het
voortkomende bedreigingen toepassen van een specifiek
voor het proces of systeem. proces of systeem en
ontregelt het bestaande
proces aanzienlijk voor
langere tijd.
Definitie Crisismanagement:
Crisismanagement is het proces van plannen, organiseren, leiden en beheersen van de
inspanningen van mensen in een organisatie en het gebruik van andere bronnen in de
organisatie dat erop gericht is effecten van een crisis zo veel mogelijk te beperken.
, Crisismanagement en de veiligheidsketen
Risicobeheersing
Pro actie: Dit heeft betrekking op het wegnemen van de oorzaken van de crisis. Bijvoorbeeld
het vermijden van bepaalde activiteiten of het anders inrichten van de omgeving.
Preventie: Richt zich op het minimaliseren risico’s en vooral het beperken van de mogelijke
effecten. Hieronder kunnen bijvoorbeeld organisatorische maatregelen vallen zoals
voorschriften bij evenementen.
Crisisbeheersing
Preparatie: Niet alle risico’s kunnen worden uitgesloten. Preparatie is de voorbereiding op
situaties waarbij het toch misgaat. Hieronder valt bijvoorbeeld het plannen van rampen en
crises, maar ook het trainen daarvoor.
Respons: Dit is het daadwerkelijk optreden bij incidenten, calamiteiten, rampen en crises.
Hierbij komen de hulpdiensten daadwerkelijk in actie.
Nazorg: Deze fase heeft betrekking op de terugkeer naar de normale situatie. Bijvoorbeeld
het begeleiden van mensen die als gevolg van een crises situatie psychologische hulp nodig
hebben.
Crisisbeheersing is geen vrijblijvende activiteit. Crisisbeheersing wordt daarom geregeld bij
wet. Bijvoorbeeld de wet veiligheidsregio’s.
H2. Effecten van calamiteiten
Bepaling van effecten
Het effect van een ramp of crisis, is vaak het directe gevolg van een gebeurtenis. Toch is het
niet altijd zo eenvoudig. Immers, de gevolgen – de directe negatieve effecten – bepalen of
iets een calamiteit of crisis is, maar niet elke gebeurtenis met ernstige consequenties of
effecten is een crisis. In de rampenbestrijding wordt wel een categorie-indeling gebruikt bij
het vaststellen van de (potentiele) omvang van een ramp.
Slachtoffercategorie Omvang
0 0 - 5 slachtoffers
1 6 - 15
2 16 - 80
3 81- 50
4 151 – 1.000
5 > 1.000
Deze indeling is vooral operationeel ondersteunend bedoeld en wordt gebruikt om bij het
bestrijden van een ramp een overzicht te krijgen van de omvang van de directe gevolgen.