100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Leer der openbare financiën alle hoorcolleges volledig uitgewerkt () - TLS €3,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Leer der openbare financiën alle hoorcolleges volledig uitgewerkt () - TLS

2 beoordelingen
 115 keer bekeken  9 keer verkocht

Alles slides van het vak Leer van de/der openbare financiën van het schooljaar met daaraan toegevoegd nog extra nuttige aantekeningen.

Laatste update van het document: 4 jaar geleden

Voorbeeld 4 van de 52  pagina's

  • Onbekend
  • 8 april 2020
  • 11 mei 2020
  • 52
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: lmaassen • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: timmermanslieke • 4 jaar geleden

avatar-seller
britt_heijligers
Leer der openbare financiën
Blok A: inleiding
Hoorcollege 1: De grote recessie

De grote recessie
 2007-2008: we dachten te weten hoe we de economie konden bijsturen, maar toen kwam de grote recessie
waarbij de aandelenmarkt in elkaar stortte, huizenprijzen gingen naar beneden, wereldhandel lag stil
 Vertrouwen viel weg waardoor de markt instortte
 Gevolg door eurocrisis
 Beleidsreacties
o De Europese bankenunie
o Monetair beleid
o Budgettair beleid : valt eigenlijk buiten de 3 functies van de overheid (allocatie, stabilisatie en
verdelingsfunctie zijn de 3 functies)

Wat vooraf ging
 Periode van Great Moderation: periode van optimisme
o Stabiele economische groei
o Uitblijven inflatie
o Dachten dat we de economie goed onder controle hadden
 Kapitaalmarkten werden wereldwijd gedereguleerd
o Kapitaal stroomt de hele wereld over
 Globalisering (al eeuwen gaande): over het geheel gezien is globalisering profijtelijk, maar niet iedereen
profiteert:
o Explosie van export en import
o Productiviteit wordt wereldwijd op een zo hoog mogelijk niveau gebracht, maar heeft tot gevolg dat
landen steeds meer met elkaar vervlecht raken
o Als het ergens fout gaat, dan komt dit via de handel ook terecht bij andere landen
o Voor Nederland is dit goed vanwege veel handel met andere landen
o Globalisering leidde ook tot een toenemende verwevenheid tussen landen, waardoor een crisis in
het ene land zich makkelijker kon verplaatsen naar een ander land
 De financiële sector groeide wereldwijd (aandeel banken en andere financiële instellingen gegroeid)

De grote recessie: van lokaal naar mondiaal probleem
Steeds meer mensen raken werkeloos en verloren hun baan. Amerikaanse markt voor subprime hypotheken:
mensen die zich het nog maar net/eigenlijk niet kunnen veroorloven om een hypotheek te krijgen. Er worden veel te
veel hypotheken uitgegeven door de Amerikaanse overheid omdat iedereen zich een huis moest kunnen
veroorloven. Mensen konden rente niet meer betalen en konden niet meer aflossen. Hypotheekbanken komen in
enorme problemen en door de onderlinge verstrengelingen kwamen grote banken ook in problemen. Lehman
Bothers (grote bank VS) ging failliet, de wereld was geschokt.

Van banken naar TBTF banken
 Opdrogen geldmarkten wereldwijd
 Wegvallen vertrouwen
o Verpakken hypotheken: risicofactor moeilijker te bepalen
o Banken wilde elkaar geen geld meer uitlenen
o Leverage rate (hefboom) was veel te hoog: banken financierden zich teveel met VV en hadden te
weinig buffers (EV) om financiële klappen op te vangen
 Financiële instellingen in probleemzone
 Ook de too big to fail (TBTF) banken in de problemen
o Banken waarvan de overheid er alles aan zal doen om deze niet failliet te laten gaan en daarom
kunnen deze banken grotere risico’s nemen
o Functie van maatschappelijke geldverstrekking/bewaring
o Waarvan economische schade niet te voorzien valt

,Vraaguitval
 Overheden begonnen reddingsacties om banken te redden
o Kapitaalinjecties, nationalisaties
 Consumptie viel terug
 Investeringen vielen terug
 Exporten vielen terug
 Door deze enorme vraaguitval daalde het bbp

Directe beleidsreactie
 Redding door overheden van banken
o Nationalisatie banken of financiële steun aan banken
o Belastinggeld
 Monetair: rol van de overheid
o Centrale banken verlagen de rente snel
o Door deze autoriteiten werd sterk gereageerd, omdat dit bij de Great Depression in de jaren dertig
van de vorige eeuw niet gebeurd was: autoriteiten bemoeiden zich toen nauwelijks met de crisis,
men als gevolg te weinig liquiditeiten en jarenlang een zwakke economie. Rente werd dus verlaagd
om voldoende liquiditeiten in de economie te behouden, maar het terugdraaien van zo’n
verlagingsmaatregel kan lastig zijn
o Deden dus het tegenovergestelde als in de jaren 30

Oorzaken
 Problemen subprime hypotheken
 Onderlinge verstrengeling banken
o Gebrekkige informatie over risico’s van onderlinge leningen
o Beloningssystemen banken: gericht op zoveel mogelijk risico
o Too big to fail banken ‘zullen toch gered worden als het fout gaat’
 Verstrengelingen banken en overheden in landen
o Gebrek aan risicodeling: elk land vangt alleen problemen voor een ‘eigen’ bank op
o Individuele eurolanden in problemen
 Te lage leverage ratio (verhouding VV/EV)
o Leverage ratios flink gestegen in de periode voorafgaand aan de crisis
o Des te groter de leverage ratio van een bank, des te hoger het rendement
o Des te groter de leverage ratio, des te groter het risico op een slecht resultaat en des te groter de
kans op faillissement
 Globalisering: problemen en crisissituaties verspreiden zich makkelijker naar andere landen

De eurocrisis
 In 2009, na de grote recessie, kreeg Europa te maken met de eurocrisis
o Slordige boekhouding bij overheid
o Uitspattende zeepbellen op onroerend-goedmarkten
o Steunverlening aan nationale banken
 Reactie: oprichting, EFSF, EFSM
o Landen waren genoodzaakt een beroep te doen op Europa
o European financial stability facility (EFSF): tijdelijk
o European Stability Mechanism (ESM): permanent
 Financiële markten vertrouwden niet langer de overheden van Griekenland, Spanje, Portugal, Ierland en
Cyprus
 Risicopremies in rente gingen steil omhoog
o Rente gingen van 4 à 5 procent, naar 15 procent
 September 2012: onbegrensde financiële steun vanuit de ECB

Beleidsreacties
 Oprichting Europese bankenunie
 Monetair beleid
o Verlaging rente centrale bank

, o Quantitative easing
 Budgettair beleid
o Balansverlenging bij overheden
o Groei van overheidsschulden

De Europese Bankenunie
 Grote recessie en eurocrisis legden de zwakheden van de Europese bankensector bloot
 Landen hebben besloten tot oprichting van een Europese Bankenunie, bestaande uit drie onderdelen:
o Single supervisory mechanism (SSM): een uniform toezicht op alle banken
 Betreft eurogebied, maar EU-landen buiten het eurogebied worden niet automatisch
buitengesloten
 Uitgevoerd door de ECB vanaf 4 november 2014, in samenwerking met nationale centrale
banken
 Direct onder ECB toezicht staan banken:
 Met bezittingen van meer dan 30 miljard of meer dan 20% van het land waarin ze
gevestigd zijn
 Die financiële steun ontvangen van de ESM (voorheen EFSF)
 Andere banken vallen in principe onder het toezicht van nationale centrale banken
 Stress tests
 Jaarlijks uitgevoerd op zo’n 150 systeembanken
 Bank moeten laten zien wat ze zouden doen als de aandelenmarkt bv. zou in storten
 Wat gebeurd er als het volledig misgaat binnen de economie
o Single resolution mechanism (SRM): als het misgaat met een bank, moet een overheid niet hier
volledig verantwoordelijk voor worden gesteld
 Uniform regime om probleembanken te hulp te schieten: als een bank in de problemen
komt, moet niet enkel een lidstaat dit alleen oplossen, maar samen hulp bieden
 Instituut betreft die landen die participeren in het SSM
 Eventuele financiële steun komt uit het Single Resolution Fund, een fonds dat wordt
gefinancierd door de banken zelf en dat zal worden opgebouwd in 8 jaar, beginnend in 2016
 In samenwerking van ECB met nationale banken
 Afwikkeling grote banken door Single Resolution Board die van kleine banken door nationale
autoriteiten
o Single deposit insurance mechanism: vertrouwen in system bewaren, gemeenschappelijk
garantiestelsel
 Sinds eind 2010 is het dekkingsniveau voor de gehele EU vastgelegd op 100.000 euro
 Onderhandelingen over een Europees stelsel liggen nu stil

Monetair beleid
 Verlaging rentes centrale banken
 Quantative easing
o Enkel de rentes verlagen was niet voldoende om de economie tot groei te laten komen
o Obligaties werden opgekocht door centrale banken, waardoor ook de rente op langere termijn naar
beneden gebracht kan worden; men hoopte dat dit consumptie en investeringen zou aantrekken
o Monetaire financiering van overheidstekorten is expliciet verboden in het verdrag van Maastricht en
daarom is hier veel discussie over
o Opkoopprogramma vorig jaar stopgezet

Beleidsreacties: institutioneel
 Oprichting Europese bankenunie
 Herkapitalisatie banken
o Leverage ratio is door de jaren heen flink gestegen
o Gericht op het feit dat banken een minimale verhouding van EV aan moeten houden
o In Nederland van minder dan 3 in 1900 naar meer dan 20 in 1990
o Gewenste percentage is discutabel
 Bazel lll Comité: je moet een EV van 3 procent hebben
 Admati en Hellwi (2013): 25 à 30 procent EV

, Budgettair beleid
 Balansverlening bij overheden omvang collectieve sector
o Bij balansverlenging nemen zowel de uitgaven als de (belasting)opbrengsten als percentage van het
bbp toe
o Extra uitgaven o.a. door het verstrekken van meer uitkeringen
 Overheidstekort: uitgaven – belastingopbrengsten
 Groei van overheidsschuld in eurozone
 Gemeenschappelijk fenomeen eurozone

Budgettair en monetair beleid
 Ondanks oploop overheidstekorten en schulden discussie
 Overheidstekort mag niet meer dan 3% van het BNP zijn
 Zou meer expansief budgettair beleid niet beter zijn geweest?
o De economische groei was waarschijnlijk eerder op gang gekomen bij het gelijk houden of het
verlagen van de belastingen, en meer overheidsuitgaven. Dit zou echter tot gevolg hebben gehad
dat overheidsschulden nog verder waren toegenomen
o Maar wel minder scherpe daling productie, consumptie en werkgelegenheid in eurozone
 Zou minder monetaire expansie niet beter zijn?
o Daling rentes doet discipline bij budgettair beleid verslappen, brengt Nederlandse pensioenfondsen
en spaarders in het algemeen in problemen en maakt wereld verslaafd aan goedkoop (bijna gratis)
spaargeld

‘’Never waste a good crisis’’: Milton Friedman
Lessen van de grote recessie en eurocrisis
 Heroverweging toezicht op financiële sector: van een nationaal naar een Europees niveau
 Heroverweging rol van monetair beleid: belangrijk vraagpunt is wanneer de rentes bij de centrale banken
weer moeten stijgen. Men wil de economie namelijk niet afknijpen, maar een lage rentepolitiek heeft ook
diverse nadelen
 Heroverweging rol van budgettair beleid
 Heroverweging van de EMU: hoe lang houdt de eurozone het vol?
 Financiële crises zijn er overal en altijd

Hoorcollege 2: Omvang en financiering van de overheid

Hoe hoog is, grofweg gemeten, de collectieve uitgavequote?
Hoe hoog is, grofweg gemeten, het begrotingstekort?
Hoe hoog is, grofweg gemeten, de schuldquote?

Uit de Miljoenennota 2019 blijkt dat de economie heel hard groeit. Investeringen in woningen en
bedrijfsinvesteringen zijn niet zo belangrijk. Consumptie huishoudens, overheidsbestedingen en uitvoer zijn vooral
van belang voor Nederland. Door de crisis veel hogere uitgaven dan ontvangsten. Sinds 2016 is dit weer andersom.
Jarenlang hebben we een begrotingstekort gehad, sinds 2016 weer een begrotingsoverschot. Schuld is optelling van
allerlei tekorten in het verleden. Een jaarlijks tekort wordt toegevoegd aan de schuld die je al had. Overheidsschuld
daalt in 2019 naar 49.6% van het bbp. Als er met de overheidsschuld niets gebeurd, maar het bpp stijgt, dan daalt de
overheidsschuldquote. EMU-grens: voorwaarde dat de schuldquote niet hoger mag zijn dan 60% van het bbp, daar
zitten we momenteel redelijk onder.

Omvang collectieve sector
De collectieve sector bestaat uit:
 Centrale overheid (rijksoverheid)
 Decentrale overheden (gemeente, provincies)
 Organisaties die sociale verzekeringen uitvoeren
 Gesubsidieerde onderwijs- en zorginstellingen
De omvang van de collectieve sector wordt vaak afgemeten aan de hand van de collectieve uitgavenquote: de
collectieve uitgaven als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Voor het EMU-saldo is het ook van

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper britt_heijligers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,99  9x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd