Biologie voor het MLO - Samenvatting H5 en H6
Algemeen:
1
© Lisanne Stouthart
,Biologie voor het MLO - Samenvatting H5 en H6
Les 1: Biomoleculen: Koolhydraten:
Lesboek:
H5.3 t/m H5.3.5 Maken vraag 7 t/m 17
Leerdoelen:
1. 5.3 - Koolhydraten:
Koolhydraten:
- Opgebouwd uit elementen: koolstof, waterstof en zuurstof
- Eenvoudigste molecuulformule = (CH2O)n
Kunnen eenvoudige moleculen zijn, zoals glucose en fructose (n=6)
Of zeer lange al dan niet vertakte polymeren, zoals cellulose en zetmeel (n>100)
Molecuulformule van een koolhydraat met 4 C-atomen (tetrose):
Molecuulformule = C4H8O4
Molecuulmodel van glucose, de belangrijkste brandstof van cellen:
Functies koolhydraten (bij organismen):
- Zeer uiteenlopende functies
- Energieleveranciers (glucose) (sleutelrol in de natuur)
- Reservevoedsel (zetmeel)
- Bescherming van het organisme (slijm)
- Stevigheid (cellulose in de celwand van planten)
- Onderlinge communicatie tussen cellen (koolhydraatmoleculen op de celmembranen)
Monosachariden:
Bouwstenen van koolhydraten, zijn enkelvoudige suikers.
Disachariden:
2 monosachariden aan elkaar gekoppeld.
Polysachariden:
Polymeren van monosachariden (dus veel monosachariden aan elkaar gekoppeld).
Verschil anorganisch en organische chemie:
- Organische moleculen bevatten koolstofatomen
- Anorganische stoffen: zout, aluminium, eierschalen, keukenzout
- Organische stoffen: peper, plastic, margarine, katoen, cellulose, suiker, vit C, aminozuur
Fossiele brandstoffen:
- Koolwaterstofverbinding
- Ontstaan uit resten van plantaardig en dierlijk leven in het geologisch verleden van de aarde
- Voorbeelden; diesel, benzine, kerosine, maar ook textiel, verven en geneesmiddelen
- (belangrijkste = steenkool, kerosine, aardgas)
2
© Lisanne Stouthart
, Biologie voor het MLO - Samenvatting H5 en H6
2. 5.3.1 - Monosachariden:
Monosachariden:
- Meest voorkomende monosachariden in de natuur met 3, 5 en 6 C-atomen
- Bekendste monosachariden heeft 6 C-atomen → de hexosen (glucose, galactose, fructose):
Molecuulformule van de 3 hexosen is C6H12O6
De moleculen zijn dus isomeren van elkaar.
Vorm:
- Komen voor in lineaire structuur (rechte keten)
- Komen voor in ringstructuur (opgevouwen vorm) (komt meeste vorm)
Vorming ringstructuur → zuurstofbrug gevormd tussen 1ste (C1) en 5de (C5) C-atoom van
de lineaire koolstofketen (hierdoor ontstaat een zesring)
- Overgang van lineaire structuur naar ringstructuur is omkeerbaar!
De overgang van de lineaire structuur naar de ringstructuur van glucose. De koolstofatomen zijn
genummerd C1 tot en met C6:
Glucose:
- Andere namen → dextrose of druivensuiker
- Komt voor in bloed, rijp fruit, honing en plantenbladeren en -sap
- Kan worden afgebroken tot CO2 en H2O; bij deze afbraak komt energie vrij
- Voor veel organismen is glucose de belangrijkste energieleverancier en daarom speelt glucose
- een sleutelrol in de levende natuur!
Dextro energy-tabletten zitten vol met het monosacharide glucose:
Soorten glucose:
- Hydroxylgroepen (OH-groepen) kunnen op diverse manieren aan C-atomen geplaatst worden
- a-glucose → wanneer de OH-groep aan het eerste C-atoom (C1) omlaag wijst
- b-glucose → wanneer de OH-groep aan het eerste C-atoom (C1) omhoog wijst
2 isomeren van glucose:
3
© Lisanne Stouthart