Maak studeren eenvoudig met deze uitgebreide en overzichtelijke samenvatting van alle voorgeschreven arresten voor Inleiding Privaatrecht. Van de klassieke grondleggers als Blaauboer/Berlips en Lindenbaum/Cohen tot moderne iconen zoals Haviltex en Nefalit/Karamus, alles wat je nodig hebt om je tent...
Blaauboer/Berlips (3 maart 1905, ECLI:NL:HR:1905:1)
Onderwerpen: Persoonlijke verbintenis, goederenrechtelijke werking
Rechtsregel: Bij verbintenissen die betrekking hebben op een goed gaat
alleen de actieve zijde (het vorderingsrecht) over op degene die dat goed
onder bijzondere titel verkrijgt. De passieve zijde (schuld) blijft verbonden
aan de oorspronkelijke verbintenispartij, omdat persoonlijke verbintenissen
het eigendomsrecht niet kunnen beperken.
Feiten: De gebroeders Berlips verkochten bouwpercelen en beloofden een
openbare weg aan te leggen op een stuk grond dat zij behielden. Toen de
verplichting na twintig jaar niet was nagekomen, eiste koper Blaauboer
schadevergoeding. Berlips stelde dat de verplichting over was gegaan op
de nieuwe eigenaren van de grond.
Rechtsvraag: Gaat een persoonlijke verbintenis met betrekking tot een
onroerend goed over op de nieuwe eigenaar bij overdracht van dat goed?
Overwegingen: De Hoge Raad oordeelde dat persoonlijke verbintenissen
niet van rechtswege overgaan op nieuwe eigenaars. Berlips bleef
gebonden aan de verplichting tot het aanleggen van de weg, ondanks de
verkoop van de grond.
Lindenbaum/Cohen (31 januari 1919, ECLI:NL:HR:1919:AG1776)
Onderwerpen: Onrechtmatige daad, onrechtmatigheid
Rechtsregel: Het begrip onrechtmatige daad omvat niet alleen strijd met
de wet, maar ook handelen of nalaten dat in strijd is met goede zeden, de
zorgvuldigheid of rechten van anderen, mits dit schade veroorzaakt.
Feiten: Cohen kocht een medewerker van concurrent Lindenbaum om om
vertrouwelijke informatie over offertes te verkrijgen. Cohen gebruikte deze
informatie om onder de prijzen van Lindenbaum te gaan zitten en
opdrachten binnen te halen. Lindenbaum eiste schadevergoeding.
Rechtsvraag: Vormt het gedrag van Cohen een onrechtmatige daad?
Overwegingen: De Hoge Raad stelde dat onrechtmatigheid niet beperkt is
tot strijd met de wet. Ook handelen tegen goede zeden of zorgvuldigheid
kan een onrechtmatige daad vormen. Cohen had onrechtmatig gehandeld
door de concurrentiepositie van Lindenbaum op onrechtmatige wijze te
ondermijnen.
Burgman/Aviolanda (11 mei 1951, ECLI:NL:HR:1951:AG1977)
Onderwerpen: Nietigheid, strijd met de openbare orde/goede zeden
Rechtsregel: Voor nietigheid op grond van art. 3:40 lid 1 BW is vereist dat
beide partijen wisten of konden weten dat de rechtshandeling een
ongeoorloofde inhoud of strekking had.
Feiten: Aviolanda, een vliegtuigonderdelenfabrikant, sloot een
overeenkomst met Burgman voor de levering van aluminium kammen.
Aviolanda beschikte echter niet over de vereiste vergunningen. Toen
Aviolanda niet leverde, eiste Burgman nakoming. Aviolanda verweerde
zich met een beroep op overmacht en stelde dat de overeenkomst nietig
was.
, Rechtsvraag: Wanneer is een overeenkomst nietig wegens strijd met de
openbare orde of goede zeden?
Overwegingen: De Hoge Raad stelde dat een overeenkomst alleen nietig is
als beide partijen wisten of hadden moeten weten dat de rechtshandeling
verboden was. Het Hof moest onderzoeken of Burgman op de hoogte was
van de vergunningseis. Indien dat niet zo was, kon de overeenkomst
mogelijk geldig blijven, maar zou nakoming onmogelijk zijn, wat recht op
ontbinding of schadevergoeding zou kunnen geven.
Baris/Riezenkamp (15 november 1957, ECLI:NL:HR:1957:AG2023)
Onderwerp: Dwaling, onderzoeksplicht en mededelingsplicht
Rechtsregel: Een koper heeft in beginsel een onderzoeksplicht, maar deze
kan vervallen door de mededelingsplicht van de verkoper. Of dit het geval
is, hangt af van de relevante omstandigheden.
Casus: Riezenkamp kocht van Baris materialen en gereedschappen voor
het maken van bromfietsmotoren. Baris gaf daarbij aan dat de kostprijs
van een motor 135 gulden was. Na de aankoop ontdekte Riezenkamp dat
de werkelijke kostprijs 230 gulden bedroeg. Hij weigerde daarom betaling,
waarop Baris ontbinding en schadevergoeding vorderde. Riezenkamp
beriep zich op dwaling en vorderde vernietiging van de overeenkomst.
Baris stelde dat de dwaling aan Riezenkamp te wijten was door
onvoldoende onderzoek (art. 6:228 lid 2 BW).
Rechtsvraag: Kan Riezenkamp met succes een beroep op dwaling doen of
kan Baris de overeenkomst ontbinden?
Overwegingen:De Hoge Raad oordeelde dat dwaling niet expliciet
verschoonbaar hoeft te zijn volgens de wet. Hoewel Riezenkamp een
onderzoeksplicht had, werd deze overschaduwd door de mededelingsplicht
van Baris. Riezenkamp mocht vertrouwen op de mededeling over de
kostprijs. Zijn beroep op dwaling was dus gerechtvaardigd en kon dienen
als verweer tegen de vordering van Baris.
Tandartsen (17 januari 1958, ECLI:NL:HR:1958:AG2051)
Onderwerp: Relativiteitsbeginsel, correctie Langemeijer
Rechtsregel: Wanneer een wettelijke norm niet strekt ter bescherming van
het belang van de gelaedeerde, kan toch een ongeschreven
zorgvuldigheidsnorm geschonden zijn die wél dat belang beschermt.
Casus: Dhr. Dorenbos oefende tandheelkunde uit zonder de vereiste
vergunning en werd daarvoor herhaaldelijk strafrechtelijk veroordeeld. Een
groep Tilburgse tandartsen vorderde een verbod op zijn praktijkvoering en
eiste een schadevergoeding van 1 gulden. Het hof wees hun vordering af,
omdat art. 436 Sr niet bedoeld was om tandartsen te beschermen, maar
patiënten.
Hoge Raad: De Hoge Raad bevestigde dat art. 436 Sr niet het belang van
de tandartsen beschermt, maar stelde dat Dorenbos ook een
ongeschreven zorgvuldigheidsnorm had geschonden. Het onbevoegd
uitoefenen van tandheelkunde veroorzaakte voorzienbare schade aan de
bevoegde tandartsen, wat onrechtmatig was jegens hen. De correctie
Langemeijer benadrukt dat schending van de wet een belangrijke factor
kan zijn bij het beoordelen van schending van een ongeschreven norm.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper liselorevanderwant. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,46. Je zit daarna nergens aan vast.