100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Ondernemingsrecht €9,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Ondernemingsrecht

 4 keer bekeken  0 keer verkocht

Duidelijke samenvatting van het vak praktisch Ondernemingsrecht. De onderdelen worden uitgewerkt in een makkelijk te lezen taalgebruik. Alle wetsartikel zijn opgenomen in de samenvatting! Een goede manier om te leren voor je tentamen!

Voorbeeld 4 van de 64  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 1 t/m 9
  • 8 januari 2025
  • 64
  • 2024/2025
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (5)
avatar-seller
juliakuyt1
Samenvatting ondernemingsrecht


Hoofdstuk 1
1.1 Het ondernemingsrecht binnen het Burgerlijk Wetboek
Het begrip onderneming is slechts een economisch begrip die verschillende definities kan hebben,
zoals te zien in artikel 1 van de wet op de Ondernemingsraden en artikel 2 van het Handelsregister.
Volgens dit boek omvat het Omgevingsrecht alle rechtsvormen die in de Nederlandse of Europese
wet geregeld zijn, ook indien zij geen winstgerichte onderneming drijven.
Een rechtssubject is drager van rechten en plichten, dit betekent simpelweg de mogelijkheid om
eigendom te hebben en schulden aan te gaan. Een rechtsobject is datgene waarop een rechtssubject
recht kan hebben (goederen). Rechtssubjecten kunnen onder verdeeld worden in natuurlijke
personen (Art. 1:1 lid 1 BW) en rechtspersonen (Art. 2:3 BW). Zowel rechtspersonen als natuurlijke
personen hebben een rechtspersoonlijkheid. Op het gebied van vermogensrecht worden
rechtspersonen en natuurlijke personen gelijk gesteld. Beide rechtssubjecten zijn bevoegd en vrij tot
het genot van burgerlijke rechten (rechtsbevoegd). Rechtssubjecten krijgen dus de mogelijkheid om
verandering te brengen aan hun rechten en plichten door het verrichten van handelingen en daden.
Naast rechtspersonen bestaan er in Nederland ook personenvennootschappen zoals de maatschap,
de vennootschap onder firma (Vof) en de eenmenszaak. Een rechtspersoon wordt
vermogensrechtelijk gelijkgesteld met een natuurlijk persoon, maar kan bv niet trouwen of stemmen,
het personen- en familierecht is dus niet van toepassing op een rechtspersoon. De andere boeken
van het Burgerlijk Wetboek kunnen wel gebruikt worden.
Het privaatrecht bestaat uit her personenrecht en het vermogensrecht. Voor personenrecht zijn boek
7A ((en WvK) personenvennootschappen), boek 2 (rechtspersonen) en boek 1 (personen- en
familierecht) van toepassing. En voor vermogensrecht boek 3 en 6 (verbintenissenrecht) en boek 3 en
5 (goederenrecht).
Alleen op papier kunnen rechtspersonen zelfstandig handelen. In de praktijk zijn functionarissen
nodig. De functionarissen worden binnen iedere rechtsvorm anders genoemd:
o Bestuurders -> bij rechtspersonen
o Vennoten -> bij personenvennootschappen
o Maten -> bij personenvennootschappen
o Commissarissen -> bij grote rechtspersonen
o Procuratiehouder -> bij rechtspersonen
o Eigenaar -> bij een eenmenszaak
1.2 Rechtsvormen in Nederland
In Nederland komen 6 privaatrechtelijke rechtspersonen voor:
1. De besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid (bv);
Is een rechtspersoon met een eigen kapitaal, dat is verkregen door het uitgeven van
aandelen. De bv is opgericht met een notariële akte met statuten en moet zijn ingeschreven
bij de KVK. De bv heeft een gesloten karakter, er kunnen enkel aandelen op naam worden
uitgegeven. Er worden dus niet vaak aandelen via de beurs verhandeld. Aandeelhouders
storten geld in de bv en kunnen daardoor stemmen en krijgen een deel van de winst. De bv
wordt gezien als een commercieel bedrijf, dit heeft invloed op de belastingen.
2. De naamloze vennootschap (nv);
Is ook een kapitaalvennootschap met beperkte aansprakelijkheid, maar wel met een verplicht
minimumoprichtingskapitaal. De nv wordt op dezelfde manier opgericht en moet ook
ingeschreven zijn bij de KVK. Aandelen kunnen op naam of toonder zijn en kunnen op de
beurs worden verhandeld. Ook dit is een commercieel bedrijf. Er bestaan geen stem- of
winstaandelen.
3. De vereniging (formeel en informeel);

,Samenvatting ondernemingsrecht


Is een rechtspersoon met leden die niet gericht is op het maken van winst en mag deze winst
ook niet uitkeren aan de leden. Een formele vereniging is met een notariële akte opgericht, is
verplicht ingeschreven bij de KVK en heeft volledige rechtsbevoegdheid. Een informele
vereniging is zonder notariële akte opgericht, inschrijving bij de KVK is optioneel en heeft
beperkte rechtsbevoegdheid. Een vereniging kan een onderneming drijven, dan is het een
commerciële vereniging.
4. De stichting;
Heeft in beginsel één orgaan en een ledenverbod. Niet gericht op winst en mag deze ook niet
uitkeren, tenzij deze uitkering van sociale aard is. Een stichting kan een onderneming drijven
en dus commercieel zijn. Het wordt opgericht door een notariële akte en is ingeschreven bij
een handelsregister.
5. De onderlinge waarborgmaatschappij (OWM);
Is hetzelfde als een coöperatie behalve het doel, dit is het sluiten van
verzekeringsovereenkomsten met haar leden. De OWM is een commerciële rechtsvorm.
6. De coöperatie.
Een verenigingsvorm waarbij een ledenorgaan verplicht is. Is gericht op winst en heeft als
doel te voorzien in stoffelijke behoeften van de leden door overeenkomsten met hen te
sluiten. De coöperatie wordt via een notariële akte opgericht met inschrijving bij de KVK. De
bestuurders zijn in beginsel niet aansprakelijk en wordt gezien als commercieel bedrijf.
Er zijn 3 soorten personenvennootschappen:
o De maatschap: een vennootschap waarin met gebruikmaking van een naam, beroep of een
bedrijf wordt uitgeoefend (beroep- of bedrijfshandelingen worden verricht). Er is een verschil
tussen een openbare en stille maatschap. De openbare is alleen voor beroepsuitoefening en
de stille is bedoeld voor bedrijfs- en beroepsuitoefening. De stille maatschap wordt niet meer
onder één naam gebruikt, de openbare wel. Beide maatschappen worden samengevoegd
onder 1 naam in de wet. Een maatschap wordt opgericht op basis van een overeenkomst
waarbij iedereen iets inbrengt, zo ontstaat er een gemeenschap en een gedeeld voordeel. De
maatschap dient zich in te schrijven in het Handelsregister. Deze rechtsvorm is vooral voor
mensen die grotendeels zelfstandig hun diensten verlenen en daarbij bepaalde faciliteiten
delen (kantoor). De maatschap dient dan als gemeenschappelijk bedrijf en factureert aan de
klanten. De maatschap kan enkel vertegenwoordigd worden als alle maten een volmacht
geven en alle maten zijn even aansprakelijk.
o De vennootschap onder firma: is gebaseerd op de maatschap, de Vof wordt hetzelfde
opgericht en moet ingeschreven worden bij de KVK. De Vof is een vennootschap voor
bedrijfsuitoefening, waarbij het bedrijf altijd onder één naam wordt uitgevoerd. Alle
vennoten zijn bevoegd tot vertegenwoordiging, aansprakelijk voor de verbintenissen. De vof
is het meest voorkomend.
o Commanditaire vennootschap: deze is gebaseerd op de vof, maar hierbij is sprake van een of
meer stille vennoten. Dit zijn vennoten die wel geld inbrengen maar niet werken bij het
vennootschap, ze krijgen wel winst. Alle vennoten, behalve de commanditaire (stille), zijn
bevoegd tot vertegenwoordiging en zijn aansprakelijk voor verbintenissen van de cv.
Een eenmenszaak is de meest bekende rechtsvorm, het is niet wettelijk geregeld en kent geen
formele oprichtingseisen, behalve de inschrijving bij de KVK. Het handelsregister is voor iedere
onderneming verplicht op grond van de Handelsregisterwet.
In Nederland komen 3 Europese rechtsvormen voor, deze supranationale rechtsvormen staan boven
de Nederlandse staat. Deze komen in de praktijk niet veel voor.
- Europees Economisch Samenwerkingsverband: wordt opgericht door twee of meer
natuurlijke- of rechtspersonen uit 2+ lidstaten, d.m.v. een overeenkomst, zonder
kapitaalinbreng. Beide rechtssubjecten mogen in Nederland een EESV besturen. Een EESV
heeft rechtspersoonlijkheid, maar alle leden blijven aansprakelijk voor schulden. Doelen zijn:

,Samenvatting ondernemingsrecht


werkzaamheden vergemakkelijken of resultaten verbeteren. Winst is geen doel, dit wordt in
geval beschouwd als winst van de leden.
- Societas Europaea: ook wel Europese naamloze vennootschap, deze staat los van nationale
regelgeving. Het is een rechtspersoon met een kapitaal in aandelen verdeeld. De SE mag wel
winst uitkeren en de rechtspersonen zijn niet aansprakelijk. Oprichting vindt plaats door 2
rechtspersonen met 2+ nationaliteiten die samen zorg dragen voor een aandelenkapitaal van
minstens 120.000. De SE kan van lidstaten veranderen zonder opheffing.
- Societas Cooperativa Europaea: Ook wel de coöperatieve vennootschap, het is een
combinatie van de nv en de coöperatie. Net zoals de SE is de SCE niet gebonden aan locatie.
Zij is een vennootschap met een in aandelen verdeeld kapitaal en coöperatieve elementen.
Het doel is het voorzien in behoeften van haar leden door het ontwikkelen van hun
economische en sociale activiteiten en overeenkomsten te sluiten. De SCE heeft een in
aandelen verdeeld kapitaal. Oprichting gebeurt door 2 rechtspersonen uit verschillende
lidstaten of 5 rechtssubjecten uit 2 andere lidstaten. Met een minimumkapitaal van 30.000.
1.3 Publiekrechtelijke rechtspersonen en kerkgenootschappen
Krachtens artikel 2:1 lid 1 BW zijn er verschillende publiekrechtelijke rechtspersonen (staat, provincie,
gemeente, waterschappen en andere bestuursorganen). Publiekrechtelijke rechtspersonen staan ook
gelijk aan een natuurlijk persoon, tenzij de wet anders beweert. Kerkgenootschappen zijn
organisaties die zich uitsluitend bezighouden met religie. Volgens artikel 2:2 BW bezitten zij ook
rechtspersoonlijkheid.
1.4 De belangrijkste aspecten bij het kiezen van de juiste rechtsvorm
Op basis van een aantal juridische, financiële, praktische en fiscale aspecten kan worden bepaald
welke rechtsvorm het beste past bij een bedrijf. Het is niet eenvoudig te zeggen welke rechtsvorm
een bepaalde organisatie is. De rechtsvorm die aan het hoofd van de groep staat wordt als
uitgangspunt genomen om de organisatie te typeren. Soms spelen ook andere aspecten een rol, zoals
de bekendheid van de rechtsvorm of de gebruikelijke/verplichte rechtsvorm binnen bv een branche.
1.5 Raakvlakken met het personen- en familierecht
Een rechtspersoon wordt binnen het vermogensrecht gelijkgesteld met een natuurlijk persoon en kan
daardoor in soortgelijke situaties terechtkomen. Toch zijn er weinig raakvlakken met het personen- en
familierecht, aangezien dit rechtsgebied meestal niet op rechtspersonen van toepassing is. Een
uitzondering is dat een stichting volgens artikel 1:302 lid 1 BW als voogd over een kind kan worden
aangesteld. Daarnaast zijn handelingsonbekwaamheid en handelingsonbevoegdheid relevante
raakvlakken.
Volgens artikel 3:32 lid 1 BW is iedere natuurlijke persoon in Nederland bevoegd om
rechtshandelingen te verrichten, tenzij de wet anders bepaalt. Handelingsonbekwamen mogen geen
rechtshandelingen zelfstandig uitvoeren; dergelijke handelingen kunnen worden vernietigd, of zijn
zelfs nietig bij eenzijdige ongerichte handelingen (zoals een testament). Handelingsonbekwaamheid
wordt ook wel "onbekwaamheid in abstracto" genoemd. De wet onderscheidt twee groepen
handelingsonbekwamen: minderjarigen en onder curatele gestelden. Hoewel zij rechtsbevoegd
blijven en rechtssubjecten zijn (artikel 1:1 lid 1 BW), kunnen zij hun rechten en plichten niet zelf
uitoefenen. Hiervoor is een curator of wettelijke vertegenwoordiger nodig.
Een rechtspersoon kan niet onder curatele worden gesteld; dit geldt alleen voor natuurlijke personen.
Dit kan echter wel gevolgen hebben voor ondernemingen, bijvoorbeeld wanneer een bestuurder
onder curatele wordt gesteld. Onder curatele gestelden zijn handelingsonbekwaam en kunnen geen
rechtshandelingen zelfstandig uitvoeren. Een curator neemt hun taken over. Dit biedt bescherming
aan de betrokkene, ook wel meerderjarigenbescherming genoemd.

, Samenvatting ondernemingsrecht


Bij rechtspersonen blijft de organisatie bestaan, ook als een bestuurder onder curatele staat. Volgens
artikel 2:134/244 lid 4 BW moeten de statuten van een nv of bv regelen wie de onderneming
bestuurt bij ontstentenis (permanent afwezig) of belet (tijdelijk afwezig).
Dit is ook verplicht voor verenigingen en stichtingen sinds de invoering van de Wet bestuur en
toezicht rechtspersonen in 2021 (artikel 2:44 respectievelijk 2:291 lid 5 BW). Al de rechtspersoon
langer dan een jaar geen bestuurders heeft en tevens verplichtingen verzaakt dan bestaat het risico
dat de rechtspersoon ontbonden wordt door de KVK op grond van artikel 2:19a BW.
Als een bestuurder enig bestuurder was, kan de ondercuratelestelling leiden tot bestuurderswissel of
statutaire beëindiging van het bestuurslidmaatschap. Voor ondernemingen zonder
rechtspersoonlijkheid, zoals eenmanszaken of maatschappen, heeft curatele grotere gevolgen. Een
eenmanszaak kan bijvoorbeeld alleen door de curator worden geleid, wat vaak resulteert in verkoop
of beëindiging van de onderneming. Voor personenvennootschappen, zoals een maatschap, betekent
curatele doorgaans ontbinding volgens artikel 7A:1683 sub 4 BW, tenzij anders is afgesproken in de
vennootschapsovereenkomst.
Minderjarigen zijn handelingsonbekwaam, tenzij zij toestemming krijgen van hun ouders of voogd.
Voor alledaagse handelingen wordt deze toestemming verondersteld (artikel 1:234 lid 3 BW), zodat
minderjarigen zelfstandig normale aankopen kunnen doen. Minderjarigen kunnen echter geen
rechtshandelingen verrichten zonder toestemming die niet bij hun leeftijd passen.
Handelingsonbekwamen, zoals minderjarigen, kunnen rechtshandelingen verrichten namens anderen
door middel van vertegenwoordiging, bijvoorbeeld via een volmacht (artikel 3:63 lid 1 BW). Dit maakt
bijvoorbeeld een minderjarige kassamedewerker bevoegd om namens een bedrijf
koopovereenkomsten te sluiten.
Minderjarigen van 16 of 17 jaar kunnen via handlichting bepaalde bevoegdheden van een
meerderjarige krijgen om zelfstandig te functioneren, bijvoorbeeld om een eigen onderneming te
starten (artikel 1:235 BW). De kantonrechter bepaalt welke bevoegdheden worden verleend, maar
handlichting is nooit mogelijk voor zaken als registergoederen of hypotheken.
Minderjarigen en onder curatele gestelden zijn handelingsonbekwaam, wat betekent dat zij
algemeen geen rechtshandelingen mogen verrichten. Bij handelingsonbevoegdheid is er sprake van
een specifieke beperking: bepaalde rechtshandelingen kunnen niet worden uitgevoerd
(onbevoegdheid in concreto). Twee algemene vormen van handelingsonbevoegdheid zijn bewind en
mentorschap.
Bij onderbewindstelling, geregeld in artikel 1:431 lid 1 BW, wordt een persoon handelingsonbevoegd
voor specifieke vermogensbestanddelen. De bewindvoerder beheert deze goederen en regelt
financiële zaken, zoals betalingen en postafhandeling. Deze maatregel geldt alleen voor financiële
zaken; persoonlijke beslissingen (bijvoorbeeld medische keuzes) blijven de verantwoordelijkheid van
de onder bewind gestelde.
Staat het privévermogen van een bestuurder van een rechtspersoon onder bewind, dan heeft dat
geen invloed op de rechtspersoon, aangezien een rechtspersoon met zijn vermogen losstaat van zijn
functionarissen. Staat het vermogen van een vennoot van een personenvennootschap onder
bewind, dan zal het beheer over diens aandeel in de vennootschap aan de bewindvoerder toekomen.
Bij de eigenaar van een eenmenszaak betekent onderbewindstelling meestal dat hij of zij de zaak niet
meer kan leiden, tenzij het bedrijf zelf niet onder het bewind valt (bijvoorbeeld wanneer alleen de
eigen privéwoning onder bewind is gesteld).
Mentorschap richt zich op immateriële, niet-vermogensrechtelijke beslissingen zoals verzorging,
behandeling en begeleiding (artikel 1:453 lid 1 BW). Het wordt door een rechter ingesteld wanneer
iemand door bijvoorbeeld hersenletsel, dementie of een verstandelijke beperking niet in staat is
hierover zelfstandig te beslissen. De mentor neemt deze beslissingen over, en de betrokkene is

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper juliakuyt1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 50990 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€9,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd