Samenvatting De Kleine Gids
AVG, Privacy en beroepsgeheim in het sociale domein
Deel 1, Algemene uitgangspunten
Info m.b.t. privacyregels die voor alle beroepsgroepen en sectoren gelden
Hoofdstuk 1 Overzicht van de wetten en regels over privacy
Met het sociale domein wordt in dit boek gedoeld op alle vormen van hulp en ondersteuning in het kader van de
jeugdwet, de Wmo 2015, de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en de participatie wet.
1.1 Privacy
Privacy: De bescherming van het privéleven, het recht om met rust gelaten te worden.
Privacyregels: Vragen van de overheid, instellingen & bedrijven om zich niet onnodig te mengen in het persoonlijk
leven van burgers
- Privacy regels vragen om zorgvuldige omgang met de persoonlijke info van burgers waarover overheid en
instellingen beschikken.
1.2 Internationale verdragen
Het recht op privacy is als internationaal recht voor het eerst vastgelegd in 1950 in de Universele verklaring van
de Rechten van de Mens.
- Art. 12 van dit verdrag beschermt het privéleven van burgers vooral tegen (onnodige) inmenging door de
overheid.
- Het VN-verdrag heeft slechts status van een aanbeveling Het recht op privacy is daarom in 1969 verder
uitgewerkt in 2 andere VN verdragen die wel enigszins juridisch afdwingbaar zijn
o Het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele rechten (IVESCR)
o Het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke rechten (IVPBR)
EVRM
Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden Een nationaal recht van privacy
bepaling.
- Beschermt het privéleven, gezinsleven, de woning en de briefwisseling
- Geeft duidelijk aan dat inmenging in het privéleven alleen om bepaalde redenen mogelijk is en dit alleen
mag gebeuren op basis van een wettelijke regeling. (veiligheid, strafbare feiten, beschermen
gezondheidsbelangen e.d)
- EVRM heeft een eigen rechten (Het Europese Hof in Straatsburg) tot wie ook burgers van de
verdragslanden zich kunnen wenden als ze menen dat hun overheid zich niet aan het verdrag houdt
EU
Binnen de Europese Unie gelden sinds 1995 privacybepalingen, vastgelegd in richtlijn 95/46/EG.
- Media 2018 is in alle landen van de EU de Nationale wetgeving vervangen voor de Algemene Verordening
Gegevensbescherming. AVG.
- Deze privacy verordening is rechtstreeks van toepassing in ons lang en in alle andere EU-landen.
- Vertegenwoordigers van de toezichthoudende autoriteiten van de EU-landen op het gebied van
bescherming van persoonsgegevens vormen samen de Artikel 29 werkgroep.
o Speelt een belangrijke rol in het ontwikkelen van Europees beleid op het terrein van Internationale
privacy.
1.3 Grondwet
Sinds 1983 bevat onze Grondwet een privacy bepaling.
- Artikel 10 Grondwet:
o Beschermt de persoonlijke levenssfeer van burgers.
o Geeft de wetgever de opdracht om de privacybescherming in de wetgeving nader uit te werken en
ook om daarin de rechten van burgers, op inzage en dergelijke te beschrijven.
, Is voor het eerst gebeurd in de Wet persoonsregistraties WPR in 2000 vervangen door
Wet bescherming persoonsgegevens.
Wet bescherming persoonsgegevens:
- Nationale wet, vervangen in mei 2018 door de AVG Ook wel Europese Privacy Verordening genoemd
1.4 Algemene Verordening Gegevensbescherming en Uitvoeringswet AVG
De AVG geeft het algemene kader voor de omgang met privacy in ons land.
- Beschrijft welke zorgvuldigheidseisen in acht genomen moeten worden en welke rechten burgers hebben
als hun gegevens worden verwerkt.
- Geeft extra regels voor bijzondere persoonsgegevens Dit zijn Bijzonder privacygevoelige gegevens
over o.a. (Geestelijke of lichamelijke) gezondheid, ras, nationaliteit en etniciteit, politieke gezindheid,
godsdienst of levensovertuiging, seksuele leven en over de toepassing van het strafrecht.
o Hiervoor gelden extra strenge regels
o Mogen alleen verwerkt worden als de wet dit uitdrukkelijk toestaat
Uitvoeringswet AVG
- Geld voor alle landen van de Europese Unie.
- Op een aantal punten laat de AVG de nationale wetgever de ruimte om zelf nadere voorschriften te geven
o NL Uitvoeringswet AVG
Beschrijft bijv. de taken en bevoegdheden van de nationale toezichthouder de Autoriteit
Persoonsgegevens en wordt het gebruik van bijzondere persoonsgegevens nader geregeld.
Kernbegrippen in de AVG:
- Persoonsgegeven
- Verwerken
- Betrokkene
Persoonsgegeven
Ieder begrip dat is te herleiden tot een individuele persoon
- Niet alleen vertrouwelijke gegevens, maar ieder gegeven dat is te herleiden tot.
Bijzondere persoonsgegevens
Persoonsgegevens die extra privacygevoelig zijn.
- Voor deze categorie geldt dat ze alleen mogen verwerkt als dit uitdrukkelijk in de wet staat.
Verwerken
Dit is de AVG verzamelterm voor alle handelingen die met persoonsgegevens kunnen worden verricht:
- Vastleggen, bewaren, verzamelen , bij elkaar voegen, verstrekken aan een ander, vernietigen
Betrokkene
De persoon op wie de persoonsgegevens betrekking hebben
- Als de naam en het adres van een jeugdige zijn opgenomen in de schooladministratie, is dezer jongere
betrokkenen in de zin van de AVG
Verantwoordelijke
De persoon die, of het orgaan dat, bepaalt welke persoonsgegevens worden verwerkt.
De verantwoordelijke is degene die vanwege zijn functie de eindverantwoordelijkheid draagt voor de
gegevensverwerking.
Rijkwijdte AVG
De AVG geeft regels voor de verwerking van persoonsgegevens in bijna alle sectoren, instellingen en bedrijven in
ons land.
- AVG geld niet voor het verwerken van persoonsgegevens voor privégebruik
, - AVG is niet van toepassing voor politie en justitie, deze hebben een eigen wetgeving.
1.4.1 Uitgangspunten AVG
De AVG geeft een aantal uitgangspunten die voor iedere verwerking van persoonsgegevens gelden.
Zo bepaalt de AVG onder andere dat:
- Persoonsgegevens alleen voor een gerechtvaardigd, duidelijk & concreet omschreven doel mogen worden
verwerkt
- Er niet meer persoonsgegevens mogen worden verwerkt dan voor dit doel noodzakelijk is.
- De gegevens die voor een bepaald doel zijn verkregen niet voor een ander doel mogen worden gebruikt
- Persoonsgegevens niet langer mogen worden bewaard dan noodzakelijk is voor dit doel
- Bijzondere persoonsgegevens niet mogen worden verwerkt, tenzij een wet dit uitdrukkelijk toestaat
- De persoonsgegevens die worden opgeslagen, goed beveiligd moeten worden
- Overheidsinstanties altijd en bedrijven en instellingen in bepaalde gevallen een functionaris voor
gegevensbescherming moeten hebben
- Een betrokkene uitvoering moet worden geïnformeerd door een instelling als zijn persoonsgegevens door
deze instelling worden vastgelegd en bewaard en dan ook moet worden gewezen op zijn rechten
- Datalekken door de verantwoordelijke moeten worden gemeld bij de autoriteit persoonsgegevens
- Een betrokkene het recht heeft om aan een instelling te vragen of er persoonsgegevens over hem zijn
opgeslagen en zo ja: aan wie deze gegevens zijn verstrekt
- Een betrokkene recht heeft op inzage in de gegevens die op hem betrekking hebben
- Een betrokkene in geval deze gegevens feitelijk onjuist of onvolledig zijn, de instelling kan verzoeken om
de gegevens te corrigeren, aan te vullen of te verwijderen
- Een betrokkene zich kan verzetten tegen de verwerking van zijn persoonsgegevens in verband met zijn
bijzondere persoonlijke omstandigheden
Meldplicht datalekken
Op Grond van de AVG zijn overheden en bedrijven verplicht om ernstige datalekken binnen 72 uur te melden bij
de Autoriteit Persoonsgegevens.
Datalek: Iedere gebeurtenis waardoor onbevoegden kennis kunnen krijgen van persoonsgegevens.
- Dient in veel gevallen gemeld te worden aan de betrokkenen, dat dient te gebeuren in alle gevallen waarin
het lek nadelige gevolgen kan hebben voor de privacy van die betrokkenen.
Functionaris voor Gegevensbescherming:
In sommige gevallen is een bedrijf of organisatie verplicht om een functionaris voor gegevensbescherming aan te
stellen Ondersteunt de verantwoordelijke door intern toezicht te houden op de verwerking van
persoonsgegevens binnen de organisatie en door de verantwoordelijke gevraagd en ongevraagd advies te geven op
het terrein van privacy.
1.4.2 Grondslagen voor de gegevensverwerking
Artikel 6 AVG somt de zogeheten grondslagen (voorwaarden) voor de verwerking van persoonsgegevens op.
Grondslag: De juridische basis voor gegevensverwerking
Verwerken van persoonsgegevens is alleen mogelijk o.b.v. 1 van de in artikel 6 genoemde grondslagen
De grondslagen zijn:
a. Ondubbelzinnige toestemming van de betrokkene
b. De gegevensverwerking is noodzakelijk voor een overeenkomst waarbij de betrokkene partij is
c. De gegevensverwerking is noodzakelijk vanwege een wettelijke verplichting van de verantwoordelijke
d. De gegevensverwerking is noodzakelijk te vrijwaring van een vitaal belang van de betrokkene
e. De gegevensverwerking is noodzakelijk voor de goede vervulling van een taak in het algemeen belang of
voor de uitoefening van het openbaar gezag dat bij wet aan de verantwoordelijke is opgedragen: of
f. De gegevensverwerking is noodzakelijk voor de behartiging van het gerechtvaardigd belang van de
verantwoordelijke of van een derde aan wie de gegevens worden verstrekt, tenzij het belang of de
fundamentele rechten en vrijheden van de betrokkene, in het bijzonder het recht op bescherming van de
persoonlijke levenssfeer prevaleert.