100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
WFT basis oefenvragen 2024 €4,99
In winkelwagen

Tentamen (uitwerkingen)

WFT basis oefenvragen 2024

14 beoordelingen
 785 keer bekeken  38 keer verkocht

Hierbij 40 meerkeuzevragen en een casus met vragen. Beide onderdelen bevatten de antwoorden en uitgebreide antwoordmotivering. Kortom, met deze oefenvragen bent u weer een hele stap dichter bij het behalen van uw WFT-basis!

Laatste update van het document: 3 jaar geleden

Voorbeeld 4 van de 12  pagina's

  • 9 september 2020
  • 4 januari 2021
  • 12
  • 2023/2024
  • Tentamen (uitwerkingen)
  • Vragen en antwoorden
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)

14  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: pepijngroenewegen • 4 maanden geleden

review-writer-avatar

Door: xsihaam • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: alexandralindhout • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: jendanoe • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: martijnmeijerink1999 • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: zuliiavanrijs • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: thomasbuur • 3 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
bryancuperus
Oefenvragen WFT-basis




Auteur: Bryan Cuperus

,1. Onder welke verzekeringscategorie valt een reisverzekering?
a) Schadeverzekering
b) Sommenverzekering
c) Persoonsverzekering

Antwoord A, er wordt pas geld uitgekeerd als de schade aantoonbaar is geleden


2. Welke 2 van onderstaande factoren geven een Nederlandse spaarder meer zekerheid?
a) Het toezicht van de AFM en DNB
b) Het depositogarantiestelsel
c) Door het overeenkomen van een vaste spaarrente

Antwoord A & B


3. Welke 2 van onderstaande verzekeringen worden als werknemersverzekeringen bestempeld?
a) Werkloosheidwet
b) Algemene ouderdomswet
c) Algemene nabestaanden wet
d) Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

Antwoord A & D, de andere 2 worden als volksverzekeringen bestempeld


4. Onder welke verzekeringscategorie(ën) valt een zorgverzekering?
a) Schadeverzekering
b) Sommenverzekering
c) Persoonsverzekering & schadeverzekering
d) Persoonsverzekering & sommenverzekering

Antwoord C, er wordt pas geld uitgekeerd als de schade aantoonbaar is geleden en het gaat over het
leven of de gezondheid van een mens.


5. Bij welke verzekeringscategorie(ën) geldt het indemniteitsbeginsel?
a) Schadeverzekering
b) Sommenverzekering
c) Zowel bij schadeverzekeringen als bij sommenverzekeringen
d) Niet bij schadeverzekeringen en niet bij sommenverzekeringen

Antwoord A, het indemniteitsbeginsel houdt in dat er nooit meer uitgekeerd mag worden dan de
daadwerkelijke schade was. Dit is alleen zo bij een schadeverzekering.

,6. Geldt het indemniteitsbeginsel voor een woonhuisverzekering?
a) Ja, het is een schadeverzekering
b) Ja, het is een sommenverzekering
c) Nee, het is een schadeverzekering

Antwoord A, het indemniteitsbeginsel geldt voor schadeverzekeringen, een woonhuisverzekering is
daar een voorbeeld van.


7. Wie houdt onder andere toezicht op de pensioenfondsen?
a) De werkgever
b) De leden van de ondernemingsraad
c) De AFM

Antwoord C, de AFM doet dit met DNB


8. Wat betekent het begrip onderbrengingsplicht als het gaat om pensioenen?
a) Een pensioenfonds moet dan een dekkingsgraad halen. Zodat de verplichtingen nagekomen
kunnen worden
b) Een werknemer moet dan verplicht deelnemen aan de pensioenregeling bij de werkgever
c) De werkgever moet de pensioenen dan bij een pensioenuitvoerder onderbrengen

Antwoord C, in het geval van onderbrengingsplicht moet de werkgever de pensioenen bij een
pensioenuitvoerder onderbrengen.


9. Welk van onderstaande antwoorden is niet een van de vier groepen pensioenfondsen?
a) Ondernemingspensioenfonds
b) Overheidspensioenfonds
c) Bedrijfstakpensioenfonds
d) Beroepspensioenfonds
e) Algemeen pensioenfonds

Antwoord B, de overige 4 zijn allen een van de vier groepen.


10. Wat zijn de vier groepen pensioenfondsen? (4 antwoorden aanklikken)
a) Algemeen pensioenfonds
b) Regulier pensioenfonds
c) Pensioenfonds gemeente
d) Bedrijfstakpensioenfonds
e) Ondernemingspensioenfonds
f) Justitieel pensioenfonds
g) Beroepspensioenfonds

Antwoord A, D, E & G, de vier groepen zijn: algemeen, bedrijfstak-, ondernemings- en
beroepspensioenfonds.

, Casus 1
Frank is een 22-jarige student uit Leiden. Hij studeert voor de opleiding tot ICT’er en heeft hierna nog
een baan met een 20-urige werkweek. Hierdoor heeft Frank erg weinig tijd om zijn verzekeringen op
orde te krijgen. Frank heeft een aantal van zijn verzekeringen op een rijtje gezet en komt naar uw
kantoor toe om hierover advies te vragen.

De verzekeringen van Frank:
• Inboedelverzekering met een maandpremie van €13
• Opstalverzekering met een maandpremie van €19
• Rechtsbijstandverzekering met een maandpremie van €9

Deze premies zijn inclusief assurantiebelasting


Vraag 1. Frank heeft gezien dat hij een opstalverzekering heeft, maar wat het nou eigenlijk inhoud
weet hij niet. Frank vraagt daarom aan u wat deze verzekering inhoudt en of hij deze verzekering
moet houden. Wat is hierop het best passende antwoord?
a) Een opstalverzekering dekt schade aan de opstal. De opstal van Frank bestaat uit zijn huis met de
bijbehorende schuur. Uiteraard is het voor Frank handig om een opstalverzekering te hebben voor
zijn huis en schuur.
b) Een opstalverzekering dekt schade aan de opstal. De opstal van Frank bestaat uit zijn huis met de
bijbehorende schuur. Maar omdat Frank nog studeert wijst u hem op het feit dat hij beter niet zulke
verzekeringen af kan sluiten
c) Een opstalverzekering dekt schade aan alles wat in het huis van Frank te vinden is. Uiteraard is het
voor Frank handig om een opstalverzekering te hebben, om de bezittingen in zijn huis af te dekken
tegen schade.
d) Een opstalverzekering dekt schade aan alles wat in het huis van Frank te vinden is. Maar omdat
Frank nog studeert wijst u hem op het feit dat hij beter niet zulke verzekeringen af kan sluiten

Antwoord A, voor iedereen die een huis heeft is een opstalverzekering aan te raden. Een
opstalverzekering dekt alle schade aan het huis (exclusief grond) van Frank en alles dat hier aard- en
nagelvast aan bevestigd is, zoals zijn schuur.


Vraag 2. Hoeveel assurantiebelasting betaalt Frank voor alle verzekeringspremies tezamen?
a) €2.32
b) €3,39
c) €7.12

Antwoord C, assurantiebelasting bedraagt 21%.
Frank betaalt €41 (€13 + €19 + €9) aan al zijn verzekeringen.
€41/1.21 = €33,88
€41 - €33.88 = €7.12

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper bryancuperus. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53249 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,99  38x  verkocht
  • (14)
In winkelwagen
Toegevoegd