100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Interventie Overgewicht (periode 1) - Toegepaste Psychologie - HOGESCHOOL LEIDEN - Een planmatige aanpak €4,48
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Interventie Overgewicht (periode 1) - Toegepaste Psychologie - HOGESCHOOL LEIDEN - Een planmatige aanpak

2 beoordelingen
 125 keer bekeken  2 keer verkocht

Samenvatting van alle toetsdoelen van Interventie Overgewicht (periode 1) (). Ik heb gebruik gemaakt van de presentaties van Hogeschool Leiden en heb dit aangevuld met belangrijke extra informatie uit het boek, om de toetsdoelen zo duidelijk en uitgebreid mogelijk te kunnen uitwerken. Zelf heb ik m...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 3 jaar geleden

Voorbeeld 5 van de 15  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9
  • 14 oktober 2020
  • 5 januari 2021
  • 15
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (10)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: esmaydasilva • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: joellevos • 4 jaar geleden

avatar-seller
joellevos
2020
INTERVENTIE OVERGEWICHT

- EEN PLANMATIGE AANPAK – J. Brug, P. Assema, L. Lechner
- PSYCHOLOGIE EEN INLEIDING – P.G. Zimbardo, R.L. Johnson, V. McCann

Deze samenvatting bestaat uit:
- Hoofdstukken 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9 (Brug) & Hoofdstuk 14 (Zimbardo)
- Toetsdoelen van HOGESCHOOL LEIDEN (Toegepaste Psychologie) per hoofdstuk
- Informatie uit de presentaties van HOGESCHOOL LEIDEN (Toegepaste Psychologie)


De toetsdoelen per hoofdstuk die in deze samenvatting worden behandeld

Hoofdstuk 1: Planmatige bevordering van gezond gedrag
1. Onderscheid maken tussen de begrippen primaire, secundaire en tertiaire preventie.
2. De fasen in het Model voor Planmatige Gezondheidsvoorlichting en Gedragsverandering herkennen.
Hoofdstuk 2: Analyse van gezondheidsproblemen
3. Kan kwantitatieve maten van de staat van de volksgezondheid herkennen en toepassen.
Hoofdstuk 3: Analyse van gedrag
4. Herkennen en onderscheid maken tussen de verschillende vormen van epidemiologisch onderzoek.
5. Onderscheid maken tussen de risicofactoren voor ziekten en aandoeningen.
6. De aanwijzingen voor een oorzakelijk verband tussen gedrag en gezondheid bij epidemiologisch
onderzoek herkennen.
7. Verstorende variabelen bij de interpretatie van epidemiologisch onderzoek herkennen.
Hoofdstuk 4: Determinanten van gedrag
8. De student herkent en past sociaalcognitieve gedragsverklaringstheorieën en -modellen toe in een
voorbeeld.
9. De student maakt onderscheid tussen micro-, meso- en macroniveau bij de indeling in niveaus van
omgevingen.
10. De student herkent en beschrijft (een selectie van) de persoonlijke determinanten en
omgevingsdeterminanten.
Hoofdstuk 5: Interventieontwikkeling
11. De student herkent determinanten uit een voorbeeld.
12. De student herkent methodieken en/of technieken uit een voorbeeld.
Hoofdstuk 6: Theorieën en methodieken van verandering
13. De student herkent en past gedragsveranderingsmodellen toe in een voorbeeld.
14. De student kan voorbeelden noemen van methodieken en/of technieken die passen bij
gedragsdeterminanten.
Hoofdstuk 7: Disseminatie en implementatie van interventies
15. De student herkent de elementen van effectieve innovatiestrategie in een bestaande interventie.
16. De student beschrijft welke kenmerken van innovaties de kans op het in gebruik nemen van een
interventie vergroten.
17. De student maakt onderscheid tussen 3 niveaus van verandering bij de verspreiding van een innovatie.
Hoofdstuk 9: Evaluatie van interventies ter bevordering van gezond gedrag
18. De student herkent proces- en/of effectevaluatie in een voorbeeld.
19. De student definieert de verschillende onderdelen van het RE-AIM raamwerk.
20. De student maakt onderscheid tussen type l-fout, type ll-fout en type lll-fout en herkent deze in een
voorbeeld.
Hoofdstuk 14 (Zimbardo): Stress, gezondheid en welzijn
21. De student kan uitleggen wat de relatie is tussen stress en gezondheid.
22. De student kan uitleggen welke rol stress kan spelen bij gezondheidsbevordering.
23. De student kan verschillende strategieën voor coping van elkaar onderscheiden.

,Gezondheidspsychologie = combineert gezondheid en ziekte met menselijk gedrag

Rol van de Toegepaste Psycholoog = bevorderen van gezond gedrag
Vb. Door het geven van voorlichting of het ontwikkelen van campagne.
➔ Reclamevormen

Hoofdstuk 1 – Planmatige bevordering van gezond gedrag
Wat is gezond?
- Mentaal sterk
- Balans in angst
- Fysiek gezond
- Zonder ziektes

Gezondheidsdefinities
- Wereldgezondheidsorganisatie (WHO 1948):
Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welzijn en
niet slechts de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijk gebreken.
- Positieve gezondheid (Huber, 2011):
Het vermogen om zich aan te passen en eigen regie te voeren in het licht van de fysieke,
emotionele en sociale uitdagingen van het leven.

Drie vormen van preventie
1. Primaire preventie = voorkomen van gezondheidsproblemen of aandoeningen
Vb. Stoppen met roken voorlichting (met als doel het voorkomen van hart- en vaatziekten)
Vb. Vaccinatie van griep (de griepprik) bij ouderen
2. Secundaire preventie = mensen in voorstadium of vroeg stadium van ziekte identificeren om
erger te voorkomen
Vb. Het regelmatig onderzoeken van baby’s in een risicogroep op het consultatiebureau
Vb. Genetic counseling
3. Tertiaire preventie = beheersen van handicap of ziekte om verdere invalidering te
voorkomen. Mensen zijn ziek
Vb. Het nemen van antibiotica bij een keelontsteking
Vb. Praatgroep o.l.v. psycholoog voor mensen waarbij kanker is geconstateerd

Vier vormen van populatiepreventie
1. Universele preventie = richt zich op de totale bevolking of grote groepen daarbinnen,
mensen die geen speciaal verhoogd risico hebben
➔ Als doel om bij alle mensen de gezondheid te verbeteren en de kans op ziekte te
verminderen (primair)
2. Selectieve preventie = richt zich op bevolkingsgroepen met een verhoogd risico
➔ Als doel om de gezondheid van specifieke risicogroepen te verbeteren (secundair)
3. Geïndiceerde preventie = richt zich op individuen die nog geen gediagnosticeerde ziekte
hebben, maar wel beginnende klachten of symptomen
➔ Als doel het ontstaan van ziekte of verdere gezondheidsschade te voorkomen (secundair)
4. Zorggerelateerde preventie = richt zich op individuen met een ziekte
➔ Als doel ziektelast te reduceren en complicaties of comorbiditeit te voorkomen (tertiair)

GVO = gezondheidsvoorlichting

Interventie = doelbewuste ingreep om een probleem op te lossen

, - Gezond gedrag bevorderen
- Ongezond gedrag ontmoedigen
- Primaire, secundaire en tertiaire preventie

Stapsgewijze ontwikkeling interventie
1. Wat is het probleem?
2. Welk gedrag speelt een rol bij dit probleem?
3. Hoe komt dit gedrag tot stand?
4. Hoe kan een interventie eruitzien?
5. Hoe zorg ik ervoor dat de interventie gebruikt wordt?
6. Hoe weet ik of de interventie werkt?

Fase 1. Analyse van gezondheidsproblemen (volksgezondheid)
- Het gezondheidsprobleem is:
o Het probleem
o Gevolgen/symptomen van het probleem
o Hoe het probleem tot uiting komt in cijfers
Fase 2. Analyse van gedrag
- Het risicogedrag is:
- Het risicogedrag komt voornamelijk voor bij:
- Andere risico’s (tijd, plaats)
Fase 3. Analyse van determinanten van gedrag
- Verschillende determinanten (met uitleg die van toepassing is)
Fase 4. Interventieontwikkeling
- Manier hoe en welke de doelgroep benaderd wordt
- Waar is de interventie uit opgebouwd? (inhoudelijke uitleg)
Fase 5. Interventie-implementatie en -disseminatie
- De manier waarop de interventie ingebracht is
o Met wie er samengewerkt is
o Strategieën om de doelgroep zo goed mogelijk te bereiken
Fase 6. Evaluatie
- Procesevaluatie
o Is de doelgroep bereikt?
o Is de interventie uitgevoerd zoals bedoeld? (onderbouwing)
- Effectevaluatie
o RE-AIM
o Effect

Fase 1: analyse van de gezondheidsproblemen
Belangrijke vraag: Wat is het probleem en hoe groot is dat probleem?

➔ CBS of google helpt

Ethiek = het systematisch denken over normen en waarden met betrekking tot menselijk handelen

Autonomie = behelst de individuele vrijheid om te leven zoals men dat wil

Hoofdstuk 2 – Analyse van gezondheidsproblemen
Kwantitatieve maten
- Algemene gezondheid

, o Levensverwachting = gemiddeld aantal jaren dat mensen leven, gebaseerd op
sterftecijfers
o Gezonde levensverwachting = gemiddeld aantal jaren dat mensen leven in goede
gezondheid, gemeten met enquêtes die bepaalde
indicatoren meten
o QALY (Quality-Adjusted Life-Years) = elk extra levensjaar in goede gezondheid
- Het optreden van aandoeningen
o Prevalentie = hoe vaak het voor komt
o Incidentie = aantal nieuwe gevallen die er (jaarlijks) bij komen
o Sterftecijfer = hoeveel mensen eraan overlijden
- Het belang van aandoeningen
o Verloren levensjaren = impact van sterfte
= aantal levensjaren dat verloren gaat door een aandoening
o Ziektejaren = impact van prevalentie
= aantal jaren geleefd met een aandoening
o DALY (Disability-Adjusted Life-Years) = ziektelast
= maat voor totale last die ontstaat door ziekte
(Verloren jaren en de jaren geleefd met ziekte)
▪ Combinatie van verloren levensjaren en ziektejaren

Hoge incidentie Lage incidentie
Hoge prevalentie Diabetes Ziektegevallen door
kernramp
Lage prevalentie Ernstige vormen van Zeldzame ziektes
kanker


Hoofdstuk 3 – Analyse van gedrag

Blue Zones → 9 geheimen om 100 jaar jong te wordens
1. Natuurlijke beweging
2. Dagelijks de pauzeknop indrukken
3. Minder eten (80% regel)
4. Minder vlees eten
5. Veel vezels (groente)
6. Geloofsgemeenschap
7. Geliefden
8. Het juiste sociale netwerk
9. Ja Ikigai, je levensdoel

Fase 2: analyse van gedrag
Belangrijke vraag: Wat doen mensen waardoor het probleem bereikt wordt?

Risicofactoren
- Een populatie kent risicofactoren om een probleem te hebben:
o Fysieke en sociaal-culturele factoren (de plek waar je woont, opvoeding)

, o Leefstijl en gedrag → veranderbaar (goed voor
primaire preventie)
o Persoonsgebonden factoren (erfelijkheid)
▪ Erfelijke factoren: hart- en vaatziekten,
kanker
▪ Verworven somatische factoren =
factoren die gedurende het leven zijn
ontstaan
▪ Verworven psychische factoren:
pychosociale stress en een gebrek aan ‘ervaren’ controle over het leven

Belangrijkste risicogedragingen RIVM
- Roken
- Overmatig alcoholgebruik
- Te weinig bewegen
- Ongezond eten
- Stress

Causaliteit = oorzaak - gevolg
- Onderzoek is nodig om de sterkte van het verband tussen gedrag en probleem (gezondheid)
te bepalen
o Is er een direct of een indirect verband?
o Is er een oorzakelijk verband? Of zijn er verstorende variabelen?
Vb. Samehang tussen gedrag en een gezondheidsprobleem wil niet automatisch zeggen dat het
gezondheidsprobleem door het gedrag wordt bepaald (oorzaak gevolg relatie).
➔ Aanwijzingen voor causaal verband (p.66-69)
- Analogie = als in eerder onderzoek een causaal verband tussen een bepaald gedrag en een
aandoening is geconstateerd, is de kans groter dat een gevonden relatie tussen dat gedrag
een gelijksoortige aandoening ook causaal is
- Biologische plausibiliteit = het gevonden verband sluit aan bij de huidige kennis en inzichten
over oorzaken van ongezondheid
- Consistentie = als een verband tussen gedrag en gezondheid in verschillende onderzoeken is
geconstateerd, en er zijn geen studies waarin dit verband niet werd gevonden, is dit ook een
aanwijzing dat het verband ‘echt’ is
- Dosis-effectrelatie = wanneer mensen die het meest zijn blootgesteld aan een bepaalde
risicofactor ook inderdaad meer kans op gezondheidsschade hebben dan mensen die minder
zijn blootgesteld, is dit ook een aanwijzing voor een oorzakelijk verband
- Sterkte van het verband = als een relatie tussen een gedrag en een gezondheidsprobleem
sterker is, ligt het meer voor de hand dat beide ook echt iets met elkaar te maken hebben
- Tijdsrelatie = een oorzaak moet voorafgaan aan een gevolg → als wordt getoond dat het
gezondheidsprobleem als bestond voor het gedrag, dan is er geen sprake van dat het gedrag
het gezondheidsprobleem heeft veroorzaakt
➔ Verstorende variabelen
- Soms lijkt er een heel duidelijk verband te zijn tussen gedrag en probleem, maar hebben we
gedacht aan de verstorende variabelen?
- Confounding variables → confundure – latijn → betekent zoiets als ‘’mixed-up’’

Confounder = verstorende achterliggende variabele, in relatie met risicofactor en uitkomst
Vb. Geslacht dat bepalend is voor de toetsuitslag

Mediator = tussenliggende (mediërende) variabele
Vb. Aantal keer leren/oefenen voor een toets

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper joellevos. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,48. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,48  2x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd