Dit is een samenvatting voor het tentamen Internationale Organisaties op de Radboud Universiteit Nijmegen. Het bestaat uit een samenvatting van alle hoorcolleges en voor sommige onderdelen aangevuld met stukken literatuur. De literatuur bestaat uit International Organizations Politics, Law, Practic...
Inhoud
HC 1........................................................................................................................................................1
HC 2........................................................................................................................................................5
HC 3........................................................................................................................................................8
HC 4......................................................................................................................................................11
HC 5......................................................................................................................................................15
HC 6......................................................................................................................................................16
HC 7......................................................................................................................................................19
HC 8......................................................................................................................................................25
HC 9......................................................................................................................................................29
HC 10....................................................................................................................................................31
HC 11....................................................................................................................................................34
HC 12....................................................................................................................................................37
HC 1
Global governance = alle internationale zaken die door staten onderling opgelost worden.
- Draagkracht van regels en actoren die samen het internationale regime vormen rondom een
issue. Hoe staten en non-staten wereldlijke problemen definiëren en behandelen zonder
wereldregering.
Global government = instituut
Global governance = macht uitoefening
Internationaal recht = formele regels en principes die relaties tussen staten en internationale
organisaties bestuurd.
Internationale organisatie Internationaal regime
Actor, rechtspersoon Gen actor op zichzelf
Is wetgever, valt onder internationaal recht Een geheel van impliciete en expliciete
principes, normen, regels en
besluitvormingsprocedures ´around which actor
´ expectations converge´
Kan beleidsterrein overschrijdend zijn Één beleidsterrein
Internationale organisatie: veel tastbaarder fenomeen omdat het om een actor gaat die ook een
rechtspersoon is (= legal entity). Kunnen handelen in het internationale systeem en hebben een
rechtspositie. Ze maken regels die kunnen worden vastgelegd in verdragen, dit is vervolgens
internationaal recht.
Internationaal regime: gaat over één thema, zitten meestal meer organisaties in. Het is een club van
verbanden die werkt op het gebied van principes, normen en regels. Zo krijg je samen gelijke
verwachtingen en dus samenwerking. Dit maakt de kans op conflict kleiner.
Denk aan handelsregime, mensenrechtenregime, etc.
Soorten NGO’s
1
, 1. Paraplu organisatie: een overkoepeld geheel over verschillende nationale organisaties. Je
houdt wel je eigen beslissingsrecht en autonomie. Nationale eenheden staan samen sterk om
gezamenlijke doelen te behalen.
2. Transnationale organisaties: ze hebben nationale afdelingen maar internationale beslissingen
zijn leidend.
a. Bijvoorbeeld Amnesty International
Multinationals: Hebben vaak toegang tot regeringsniveau. Bevindt zich erg in het publieke domein. Er
is een verschil tussen profit en non profit organisaties. De manier waarop ze invloed uitoefenen is
niet altijd even transparant.
De rol van NGO’s
1. Verzamelen en delen van informatie. Via informatie en expertise invloed proberen te hebben
op beleid
2. Ze zorgen voor netwerken en activiteiten waardoor je ook tussen andere actoren een
netwerk krijgt.
3. Beleid van staten uitvoeren als een soort onder aannemer. Onafhankelijkheid van deze
organisaties staat meer ter discussie.
IGO’s (bijvoorbeeld WTO en IMF)
Hoe nemen ze besluiten?
Supernationaal = in de organisatie worden beslissingen gemaakt en deze zijn bindend voor
de lidstaten. De lidstaten geven delen van hun autonomie uit handen aan de organisatie.
Intergouvernementeel = alles draait om de lidstaten en hun behoeften.
Drie factoren die de oprichting van IGOs’s hebben bevorderd.
1. Internationale interdependentie = probleem-conditie
a. Industriële revolutie, de toename van handel zorgde voor samenwerking en conflict
over o.a. tarieven en wisselkoersen. Eerste organisaties die toen kwamen waren vaak
uni’s die regeltjes opstelden.
2. Staten realiseren zich dat samenwerking nodig is = cognitieve-conditie.
a. Wordt vaak vervuld op het moment dat staten zien dat interdependentie problemen
met zich meebrengt die je alleen samen kunt oplossen. Geen hoger doel voor ogen,
gewoon om handel makkelijker te maken.
b. Staten willen zelf nog wel veel invloed houden in hun eigen belang.
3. Een hegemoniale staat is bereid een disproportioneel deel van de kosten te dragen voor de
oprichting van de organisatie = hegemoniale-conditie
Welke theorievorming zit hierin?
Liberalisme: het interdependentie element en samen bereid zijn de kosten te betalen in
verband met de voordelen die het oplevert
Realistisme: hegemoniale stabiliteitstheorie.
Lidmaatschap IGO’s
1. Universeel lidmaatschap
a. Bijvoorbeeld de Verenigde Naties.
2. Gelimiteerd lidmaatschap door een gemeenschappelijke taal, religie etc.
a. Bijvoorbeeld The Arab League.
Doel IGO’s
1. Specifiek doel
2. Algemeen belang, dus verschillende issues.
2
,Nationale rechtspersoonlijkheid = het recht van IGO’s om onder internationaal recht te handelen.
Hierdoor is het mogelijk voor IGO’s om zich als staat voor te doen.
MNC = Multinational corporation
Winstmakende economische firma’s die zich bevinden in twee of meer landen en zich
bemoeien met transnationale productie activiteiten en de handel over goederen en diensten
over nationale grenzen
Hebben specifieke belangen.
Thema’s
Veiligheid
o Congres van Wenen is geen organisatie. Er waren ongeschreven ‘gentlemen
agreements’ dat ze conflicten zouden bespreken zodat het niet weer tot een oorlog
zou komen. Dit is de voorloper van de Volkenbond en de Volkenbond is de voorloper
van de VN.
Handel
o WTO en GATT
Mensenrechten
o Dit onderwerp kwam pas op de agenda na de Tweede Wereldoorlog. Binnen de VN
vonden ze het tijd om specifieke rechten voor de mens vast te stellen.
o Vaststellen van mensenrechten betekent niet dat elke staat deze rechten ook
ratificeert. Het is een ideaal, maar niet afdwingbaar.
o 1948: Universele verklaring van de Rechten van de Mens
Ontwikkelingssamenwerking
o Begon met dekolonisatie waardoor staten zelfstandig werden maar merkten dat ze
nog afhankelijk bleven van hun voormalige moederland.
Milieu
o Erg laat op de agenda gekomen. Probleem is FREE RIDERS!!
Er zijn 3 krachten in de wereldpolitiek
1. De verbintenis staten maken met internationale organisaties
2. De keuze die staten maken omtrent het naleven of niet naleven van deze verbintenis
3. De handhaving van elke internationale organisatie.
Er zijn 2 momenten waarop staten expliciet toestemming geven in en rondom internationale
organisaties.
1. Het moment dat ze de organisatie toetreden
2. Het moment wanneer staten de kans zien om de regels te volgen of juist te overtreden.
In tijden van crisis zijn staten vaak gewillig om de regels niet te volgen.
Handhaving
IMF: kan zich weerhouden van het sluiten van een lening wanneer een staat niet voldoet aan
de eisen van de vorige lening
UN Security Council: kan militaire actie ondernemen tegen een staat die de internationale
veiligheid in gevaar brengt
WTO: kan handel sancties opleggen aan staten die hun verplichtingen overtreden.
Vaak is gezichtsverlies de grootste straf.
3
, De spanning tussen staatsverplichtingen en staatssoevereiniteit zijn de brandstof voor wereldpolitiek
rondom internationale organisaties.
Internationaal recht bestaat alleen omdat staten hier toestemming voor hebben gegeven.
Het is ook alleen maar geldig op staten die toestemming hebben gegeven.
Toestemming van staten is daardoor een cruciaal element voor internationale verplichtingen.
Staatssoevereiniteit maakt internationaal recht machtig omdat staten kunnen doen wat ze willen,
maar het ondermijnt het ook omdat ze er niet mee in hoeven te stemmen.
Eerste IGO was de Volkenbond (League of Nations)
Structuur
1. The Council: uitvoerende macht en bestond uit de winnaars van WO1
2. Assemblee: wetgevende macht
3. Secretariaat: de bureacratie
Onder de Volkenbond vallen ook:
1. Permanent Court of International Justice (PCIJ)
2. International Labor Organization (ILO)
Deze organisaties zorgden ervoor dat lidstaten zich aan hun verplichtingen hielden.
Drie basisprincipes van de Volkenbond
1. Het idee van collectieve veiligheid wordt omarmt. Internationale veiligheid gaat hand in hand
met nationale veiligheid
2. Het heeft een norm van vreedzame oplossingen door middel van niet gewelddadige
maatregelen, zoals bemiddeling, onderhandeling en berechting
3. Het was opgericht om internationale samenwerking op economisch en sociaal gebied te
bevorderen.
VN
Opgericht na WO2
Beginselen
1. Internationale vrede en veiligheid behouden
2. Vriendelijke relaties opbouwen tussen naties
3. Zich uitlaten over economische, sociale, culturele en humanitaire problemen
4. Respect voor mensenrechten bevorderen.
Structuur:
Algemene assemblee: soort wetgevende macht
De veiligheidsraad: behoudt internationale vrede en veiligheid
International Court of Justice: gerechtelijke macht
Economische en Sociale raad (ECOSOC): bevorderd de economische en sociale samenwerking
tussen lidstaten.
Trusteeship Council: bemiddeld de transitie van kolonie naar zelfstandige staat
Secretariaat: VN bureaucratie.
Basisprincipes VN:
1. Gelijke soevereiniteit van alle staten.
a. Elke staat heeft het recht om interne en externe relaties te bepalen
2. VN lidstaten accepteren vrijwillig de verantwoordelijkheid om verplichtingen na te komen
3. Vreedzame regeling van geschillen
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper isabelvanheumen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.