OMGEVINGSRECHT: Hoorcollege uitwerkingen (2020/2021)
Inhoudsopgave
Hoorcollege 1 (week 1a) – Inleiding omgevingsrecht....................................................................................... 2
Hoorcollege 2 (week 1b) – Algemene instrumenten ........................................................................................ 8
Hoorcollege 3 (week 2a) – Bestemmingsplan (Wro) ...................................................................................... 19
Hoorcollege 4 (week 2b) – Jurisprudentie Wro (ruimtelijke ordening)........................................................... 30
Hoorcollege 5 (week 3a) – Omgevingsplan (Ow) ........................................................................................... 36
Hoorcollege 6 (week 3b) – Omgevingsrecht op provinciaal en nationaal niveau ............................................ 48
Hoorcollege 7 (week 4a) – Gebiedsontwikkeling (grondbeleidsinstrumenten) .............................................. 61
Hoorcollege 8 (week 4b) – Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)............................................. 73
Hoorcollege 8 (week 5a) – Regulering activiteiten......................................................................................... 83
Hoorcollege 9 (week 5b) – Natuurbeschermingsrecht ................................................................................... 88
Hoorcollege 10 (week 6a) – Vragen bij jurisprudentie (casusbespreking) ...................................................... 96
Hoorcollege 12 (week 6b) – Omgevingsvergunning (Ow) ............................................................................ 105
Hoorcollege 13 (week 7a) – Handhaving ..................................................................................................... 118
Hoorcollege 14 (week 7b) – Oefenen (oude tentamens) ............................................................................. 130
Austin Ellinor
,OMGEVINGSRECHT: Hoorcollege uitwerkingen (2020)
Hoorcollege 1 (week 1a) – Inleiding omgevingsrecht
Casus “Wat is dit?” (de zaak Edelchemie)
Het is een afvalverwerkingsbedrijf. Dat is een inrichting waarvoor je een omgevingsvergunning
nodig hebt ogv de Wet Milieubeheer. Wat was hier het geval? De milieuvergunning was in
2005 verlopen en er was niet een nieuwe verleend. Sterker nog, bedrijf had wel een nieuwe
vergunning aangevraagd maar die was door het bevoegd gezag geweigerd omdat het bevoegd
gezag vond dat men onvoldoende had aangetoond hoe er vakkundig met de afvalstoffen
omgegaan moest worden.
Vraag: wat dan te doen met bedrijf dat sinds 2005 geen vergunning meer heeft? Ga je hier
dan handhaven of niet? Zonder vergunning, dan handel je in strijd met wettelijke
voorschriften (vergunningsplicht). Dit duurde uiteindelijk tot ongeveer 2012, voordat de maat
bij het bevoegd gezag echt vol was. Wat moet er dan daar gebeuren? Wat levert dit op?
Stel je nou eens voor dat je in kader van handhaving niet wilt dat de eigenaren van de
inrichting nog op dit terrein gaan komen (bijvoorbeeld omdat ze nog dossiers gaan halen of
aan het werk willen). Hoe grendel je zo’n terrein af, via nette besluitvorming?
Ø Noodverordening
o Hier in samenspraak met bevoegd gezag een noodverordening op los gelaten.
Aandachtspunten:
§ Welke wetten gelden?
o Wet Milieubeheer
o Wet Bodembescherming
§ Er was namelijk sprake van lekkage
o Waterwet
§ Lozing op wateroppervlakten
§ Wie bevoegd gezag?
o Noodverordening
§ Burgermeester (bestuursorgaan van gemeente)
o Wet Bodembescherming
§ Provincie
o Wet Milieubeheer
§ Dit hangt af van de soort inrichting!
§ Als je gaat zoeken in Wm wie bevoegd gezag is, dan kom je uit op een
toewijzing van bevoegdheden die afhangt van soort inrichting. Op
moment van starten van dit dossier was provincie het bevoegde gezag
(in 2012). Ergens in de loop van het traject (liep tot 2017) veranderde
het bevoegd gezag van provincie naar gemeente (College B&W).
§ Oplossing? Beslissing op bezwaar door beide besturen laten nemen.
Het zekere voor het onzekere nemen. In dit geval waren ze het ook eens
dus dat scheelt.
§ Wanneer moet wat gebeuren?
Austin Ellinor
, o Als overheid wanneer je gaat handhaving met bestuursrechtelijke
handhavingsinstrumenten, moet je de begunstigingstermijn zo stellen dat de
overtreder redelijkerwijs een einde kan maken aan de overtreding. Dat
betekent dat je moet kijken hoe lang het bijvoorbeeld duurt voordat
waterbassins leeg zijn en bodem gesaneerd is van lekkage etc.
o Vraag: wat als begunstigingstermijn wordt overschreden? Handhaven!
§ Wat zou je je kiezen: last onder bestuursdwang of last onder
dwangsom?
• Last onder bestuursdwang: weinig vertrouwen dat ze zelf goed
zouden doen en het duurde al erg lang.
• Nadeel? Kostenverhaal! Zie voorbeeld Moerdijk:
saneringskosten waren 70 miljoen maar failliete boedel en
verzekering betaalde maar 4 miljoen.
§ Verhouding met Awb?
o Handhavingsinstrumenten (H5)
o Voorbereidingseisen bij besluit (H3/H4)
§ Onder omstandigheden moet je mensen horen, etc.
§ Verhouding met andere rechtsgebieden?
o Strafrecht
§ Op voorzet van de besturen van provincie/gemeente is het OM er ook
achteraangegaan.
o Privaatrecht (wel beperkt)
§ Kostenverhaal
§ Wanneer kom je hieraan toe? Op het moment dat de kosten gemaakt
zijn. Dat zal behoorlijk lang na handhaving zijn. Dus dan moet je wel
beslag leggen, anders kunnen daders geld opmaken.
Aan wie leg je dan uiteindelijk de last op? Wie is de overtreder? De drijver van de inrichting!
Ø In casu is dat opgelegd aan de eigenaren maar ook aan de directeur (IJzerdraad-arrest)
Er waren een aantal lasten opgelegd voor de gehele inrichting, dus inclusief die kleine
loods aan de zijkant. Als bezwaar kregen zij dus terug dat die loods een apart bedrijf is,
namelijk een verfbedrijf. Het verweer was dat jullie 1 inrichting op het oog hebben,
terwijl er sprake is van 2 inrichtingen.
Ø Hoe ga je dat oplossen? Er moet sprake zijn van samenloop van zeggenschap,
activiteiten en eigenaren. In casu was de man eigenaar van de ene, de vrouw van de
andere. Op de website van het verfbedrijf stond bijvoorbeeld het emailadres van het
afvalwerkingsbedrijf.
Ø Waarom is het belangrijk om alle inrichtingen bij elkaar te pakken? Anders moet je
twee procedures volgen. En dan is er ook sprake van meerdere overtredingen. Maar
belangrijker: kostenverhaal. In casu zat er meer geld in het verfbedrijf dan in het
afvalverwerkingsbedrijf. Als je dat allemaal samen kan brengen, dan heb je meer kans
dat je kosten terugkrijgt.
Uitkomst: Meerdere uitspraken van de bestuursrechter.
In grotere lijnen heeft de bestuursrechter het overeind gehouden, behalve over het hek. Het
hek is erg snel door het bestuur eromheen gezet, zonder begunstigingstermijn (dus bij de
toepassing van bestuursdwang).
Austin Ellinor
, 3 soorten bestuursdwang:
o Met begunstigingstermijn
o Meteen optreden ogv besluit
o Direct optreden, later besluit
Dit is afhankelijk van de mate van spoed. Hier was ervoor gekozen om spoedeisende
bestuursdwang erop te zetten (dus zonder begunstigingstermijn) en daar was de rechter het
niet mee eens. Maar dit maakte verder niet zoveel uit voor het uiteindelijke resultaat.
Traject strafrecht: Er zijn behoorlijke celstraffen en boetes geëist. De rechter heeft ze niet
celstraffen gegeven maar wel geldboetes (tot 25k). Dus wel veroordelingen, maar viel allemaal
wel mee.
Kostenverhaal: Er is nauwelijks betaald door de inrichting. Dus uiteindelijk is het de overheid
die het grotendeels moet betalen (en dus niet de vervuiler).
Waarom dit voorbeeld? Omdat je toch met zo’n overzichtelijke kwestie als handhaven op
inrichting eigenlijk op het huidige milieurecht al verschillende wetten tegenkomt. Dat maakt
het natuurlijk niet makkelijker voor overheden (en bedrijven) omdat je telkens met
verschillende wetgeving, besluiten en procedures te maken krijgt. Er komen hier dus heel veel
aspecten aan bod.
Omgevingsrecht gaat over de fysieke leefomgeving
§ Ruimtelijke ordening
o Ruimte (gebouwde omgeving + landelijk gebied)
§ Milieuwetgeving
o Stroomgebieden van beken, rivieren en zeeën
o Natuur (gebieden, wilde flora en fauna)
o Samenstel van ecosystemen (water, bodem, lucht, organismen)
Van origine zijn dit afzonderlijke blokken, maar je ziet dat dit niet goed te handhaven is als
afzonderlijke blokken. Ze werken namelijk op elkaar in. In de Omgevingswet zijn deze in grote
lijnen bij elkaar gevoegd.
Waarom hebben we omgevingsrecht? Omdat de fysieke leefomgeving onder druk staat!
§ Er is te groot beslag op beschikbare ruimte en beschikbare watervoorraden.
§ De natuur raakt versnippert, verdroogt en ontvangt teveel voedingstoffen.
§ We moeten planten en diersoorten zien te beschermen.
§ Er is te groot beslag op vermogen van ecosystemen om afvalstoffen te verwerken en
natuurlijke hulpbronnen te reproduceren. Er is dus sprake van achteruitgang en
ontregeling van ecosystemen.
Vraag: Behoort klimaatverandering ook tot het omgevingsrecht?
Dit is lastig. Klimaat is natuurlijk onderdeel van leefmilieu, alleen is klimaat wel meer probleem
op wereldschaal. Kan je dit dan netjes vertalen naar ruimtelijke ordening of milieurecht?
Eigenlijk wel, als je denkt aan energieverspilling en energietransitie. Denk aan voorbeeld in
supermarkt, als je op afdeling zuivel zit. Dan moet je steeds die deurtjes van de
koelkast/koeling openen. Als je kijkt naar tien jaar geleden, toen hadden we die deurtjes niet.
Austin Ellinor
, Die deurtjes hebben we nu simpelweg omdat in de Wet Milieubeheer sinds een aantal jaren
een energieverspillingsbepaling is opgenomen. Daarmee wordt dus vanuit de wet verplichting
opgelegd, ook aan bijvoorbeeld de supermarkt, om maatregelingen te treffen ter besparing
van energie (en dus uiteindelijk ten goede aan het klimaat). Er zijn dus raakvlakken, maar het
is wel een eigen gebiedje (hier is ook een apart vak voor).
Reactie: juridische bescherming voor de fysieke leefomgeving
Artikel 21 Grondwet: zorg van de overheid
“De zorg van de overheid is gericht op de bewoonbaarheid van het land en de
bescherming en verbetering van het leefmilieu”
Wat voor soort grondrecht is dat? Een inspanningsverplichting! Die is als zodanig niet in rechte
afdwingbaar. Maar je ziet wel in rechte dat er mede een beroep op dit artikel wordt gedaan.
De wetgever heeft rechtsgebieden ontwikkeld voor het beheren van de ruimte (ruimtelijke
ordening), beheren van stroomgebieden, herstel van ecosystemen etc.
Milieurecht
Functioneel en meestomvattend rechtsgebied. Milieurecht strekt tot:
§ Bescherming van het milieu (samenstel van ecosystemen) tegen verontreinig,
aantasting en uitputting door maatschappelijke activiteiten
§ Bescherming van de mens tegen blootstelling aan voor gezondheid/welzijn schadelijke
stoffen, producten, stank, geluid en straling en calamiteiten ten gevolge van
maatschappelijke activiteiten
Vraag: mag je in Nederland vandaag nog een geitenhouderij beginnen?
Dit verschilt per provincie. Provincies mogen in kader van ruimtelijke ordening provinciale
verordeningen maken. Daar moeten gemeenten zich aan houden bij het opstellen van
bestemmingsplannen. Dit was aan de orde paar jaar geleden, in hoeverre geitenhouderijen
slecht zouden zijn voor de gezondheid. Er werden namelijk gevaarlijke deeltjes geproduceerd
voor de luchtwegen. Gevolg is dat provincies (oa Limburg en Brabant) in provinciale
verordening een verbod opnamen voor het nieuw vestigen van een geitenhouderij. Dat
verbod werkt rechtstreeks tot gemeenten het in bestemmingsplan opnemen. Waarom dit
voorbeeld? Je ziet dus dat overheden van verschillende bestuurslagen kunnen regels treffen
ter bescherming van de mens voor blootstellen aan gevaarlijke stoffen. Dat kan dus ook van
periode tot periode wisselen: stel dat op enig moment een geitenhouderij wordt ontwikkeld
waarbij die gevaarlijke deeltjes niet meer vrijkomen. Misschien dat provincies dan de regels
veranderen. Van tijd tot tijd komen er dus regels bij.
Veel verschillende wetgeving
Waarom? Als je kijkt naar de verscheidenheid van milieuvraagstukken, zie je dat niet alle
onderwerpen in het zelfde jaar relevant zijn geworden. Op verschillende punten in
geschiedenis werden bepaalde onderwerpen relevant en die hebben dan geleid tot wijziging
of aanpassing van regelgeving. Denk aan de Hinderwet 1975, die zag op het onderwerp hinder.
Als je denkt aan verontreiniging van bodem, water en lucht kom je bij de Wet
Bodembescherming, deze was opgesteld naar aanleiding van de bodemontreiniging in
Lekkerkerk (begin jaren ’80). Dus wanneer een milieuvraagstuk maatschappelijk relevant
Austin Ellinor