Uitgebreide en duidelijke samenvatting van de artikelen. Met deze samenvatting een 8.6 gehaald voor het tentamen. Voor 4.3 Forensische Orthopedagogiek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Up-to-date.
Probleem 1 Probleem 2 Probleem 3 Probleem 4
Assink (2015) Cichetti (2005) Brand (2009) Barendregt (2012)
Farrington (2015) Kerig (2015) De Jonge (2012) Brogan (2015)
Harder (2014) Lindauer (2020) Engels (2009) Lipsey (2009)
Jongman (2016) Polak (2015) Franken (2012) Mulder (2011)
Van der Laan (2016) Rodrigues (2010) Kepper (2014) Van der Put (2010)
Loeber (2011) Vink (2020) Klostermann (2006) Weijers (2008)
Odger (2008) Kosty (2016)
Kraanen (2011)
Monahan (2013)
Rombouts (2020)
Toker (2011)
Walters (2013)
, Probleem 1: Prevalentie en Ontwikkeling van Jeugdcriminaliteit
Leerdoelen:
1. Hoe heeft jeugdcriminaliteit zich de afgelopen jaren ontwikkelt in NL?
2. Hoe verloopt de ontwikkeling van antisociaal gedrag en welke paden en groepen
kunnen hierbij onderscheiden worden
3. Wat zijn risicofactoren voor het ontwikkelen van (ernstig) delinquent gedrag
Assink (2015)
Farrington (2015)
Harder (2014)
Jongman (2016)
Van der Laan (2016)
Loeber (2011)
Odger (2008)
, Risico factoren voor aanhoudend delinquent gedrag bij jongeren (Assink, 2015).
Inleiding
Een kleine groep jongeren lijkt aanhoudend delinquent gedrag te vertonen. Dit wordt de Life-
Course Persistent (LCP) groep genoemd. Zij begaan ernstige, frequente delicten. Dit heeft
negatieve gevolgen voor zowel de slachtoffer en de maatschappij als voor de dader zelf.
Ook bestaat er een groep die alleen tijdens de adolescentie delicten pleegt (Adolescence
Limited).
In dit artikel is een meta-analyse uitgevoerd naar de effecten van verschillende
risicodomeinen op de twee soorten types/ontwikkelingspaden.
Twee paden (o.b.v. timing en duur van delinquent gedrag)
Influential Developmental Taxonomy Theory (Moffitt, 1993):
Life Course Persistent (LCP). Ongeveer 5-8% van delinquent jongeren. Al vanaf
jonge leeftijd antisociaal gedrag. Blijft voortduren tot in de volwassenheid. Oorzaak:
interactie van omgevingsfactoren en individuele factoren.
Adolescent-Limited (AL). De meesten. Vaak niet agressieve delicten. Oorzaak: kind
wil als een volwassene behandeld worden zodat hij ook de voordelen die
volwassenen hebben, krijgt nadoen van LCP peers die deze voordelen behalen met
hun gedrag.
Op deze onderverdeling is veel kritiek, want:
Moet er niet ook een Childhood-Limited pad zijn? Aangezien sommige al in
kinderleeftijd beginnen en al stoppen als ze adolescent zijn.
Enkelen die pas in de adolescentie beginnen met delinquent gedrag stoppen niet
altijd als ze volwassen worden past dus niet in LCP of AL verdeling.
Beiden paden hebben dezelfde risicofactoren waarom dan toch een verschil?
Methode
Doel: wat zijn de effecten van de verschillende risicofactoren voor beide paden?
Onderzoeksvraag: Wat zorgt voor het verschil tussen LCP en AL?
Meta-analyse (1995-2014). Vooral Westerse landen.
55 studies met 1014 risicofactoren verdeeld over 14 domeinen.
Resultaten
Risico Domeinen met effect grootte (Cohens d):
, 1. Criminele Geschiedenis (0.758)
2. Agressie (0.561)
3. Alcohol/drugs (0.432) modereert met leeftijd (vooral adolescent)
4. Relatie (0.384) modereert met leeftijd (vooral jong kind).
5. Emotionele/sociale problemen (0.373)
6. Seksueel gedrag (0.408)
7. School/werk (0.295)
8. Overig (0.265)
9. Gezin (0.250)
o Statisch (niet veranderbaar): veel effect verschil AL - LCP
o Dynamisch (veranderbaar): geen effect verschil AL - LCP
10. Neurocognities (0.243)
11. Achtergrond (0.207)
12. Houding (0.200)
13. Fysieke gezondheid (0.25)
14. Buurt (0.180)
Conclusie
Wat zorgt voor het verschil tussen LCP en AL? Zegt dus niks over de sterkte van de
risicofactoren.
De grootste risicofactoren (grootste invloed van verschil tussen AL – LCP):
criminele geschiedenis en agressie . Dit zijn echter statische risicofactoren en daardoor
onveranderbaar.
Risicofactoren 3 t/m 7 toch ook effect (want dynamisch) zijn ook beter aan te
pakken met een interventie daarop focussen
Geen effect (dus maakt geen verschil tussen AL en LCP): Achtergrond, houding,
fysieke gezondheid, buurt.
Gezin lijkt weinig effect te hebben, maar let op onderzoeksvraag! Misschien heeft
familie invloed op zowel LCP en AL, dus legt geen verschil uit.
Neurocognitie lijkt weinig effect
Verschil gender en cultuur.
Modererend effect: gezin (dynamisch/effect), relatie en middelen (leeftijd), gezin
(effecten vader/broers/zussen hebben meer effect dan moeder). Effect agressie en
, neurocognitie (vrouwelijk). Effect risicofactoren groter bij officiële data dan
zelfrapportage.
Theorieën over de ontwikkeling van “Offending” (Farrington, 2015).
Inleiding
Definitie van offending volgens Farrington: veel voorkomende misdaden (stelen, geweld etc.)
In dit artikel worden veel verschillende theorieën over de ontwikkeling van offending
behaviour beschreven.
Allemaal Developmental Life Course (DLC): Theorieën individuele verschillen tussen
mensen
Lahey & Waldman: Developmental Propensity Theory
Doel van deze theorie: uitleg geven over de ontwikkeling van jeugdige delinquentie en
Conduct Disorder (CD).
Ze menen dat er geen bepaalde soorten zijn, maar dat mensen zich op een
spectrum/continuüm bevinden.
Kernbegrip: iedereen heeft antisociale neiging.
Interactie met de factoren hieronder bepaalt of antisociaal gedrag plaatsvindt.
De genetisch bepaalde factoren (laag cognitieve niveau + 3 dispositionele dimensies):
1. Laag cognitieve niveau
2. Weinig prosociaal (sympathie en empathie)
3. Daring (weinig inhibitie ze doen veel gewaagde dingen)
4. Negatieve emotionaliteit (snel gefrustreerd/verveeld) belangrijkste voorspeller.
Onderzoek naar de theorie: als deze factoren op zeven jarige leeftijd aanwezig zijn meer
zelf gerapporteerde delinquentie op 11-17 jarige leeftijd. Ook na correcties op andere
variabelen.
Moffitt
Volgens Moffitt zijn er twee categorieën aan delinquente mensen:
1. Life-Course-Persistent (LCP): van jonge leeftijd tot ver in de twintig inclusief
geweld.
a. Oorzaak: cognitieve achterstand, temparement, hyperactief, tiener ouder, laag
SES, lage hartslag allemaal i.c.m. omgevingsfactoren.
2. Adolescence-Limited (AL): ontstaat tijdens de adolescentie rebels daden, weinig
geweld.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Studentje010. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,98. Je zit daarna nergens aan vast.