Samenvatting REH
Hoofdstuk 1
Rechtsvorm: de vorm waarin de onderneming ondergebracht wordt.
Rechtspersoonlijkheid is een zelfstandig juridisch orgaan. Dat betekent dat een rechtspersoon, net
als een natuurlijk persoon, verplichtingen kan aangaan.
Eenmanszaak
Er is hier maar één eigenaar en heeft geen rechtspersoonlijkheid, wat betekent dat de
ondernemer zelf alle overeenkomsten sluit, alle schulden aangaat en alle risico’s loopt.
Er is één persoon aansprakelijk, maar er kunnen wel meerdere werknemers zijn.
De opstartvereisten van een eenmanszaak zijn aantrekkelijk, doordat het weinig tijd en
moeite koste. De eenmanszaak hoeft zich alleen bij de Kamer van Koophandel in te schrijven
in het Handelsregister.
Personenvennootschappen
Maatschap: is een overeenkomst, waarbij twee of meerdere personen zich verbinden om
iets in gemeenschap te brengen. De winstverdeling mogen de personen zelf bepalen. Een
maatschap kan alleen opgericht worden als beroep waar een heel specifieke kennis of
kundigheid voor nodig is. Degene die een verplichting aangaat, is daar in eerste instantie
zelf voor verantwoordelijk.
Een openbare maatschap is een samenwerking tussen verschillende personen met een
specifiek beroep onder een gemeenschappelijke naam.
Een stille maatschap is er geen sprake van een gemeenschappelijke naam.
Vennootschap onder firma
Een samenwerking tussen meerdere vennoten, hier gaat het om een bedrijf, met een
afgescheiden vermogen (geld en middelen zijn afgezonderd van het privévermogen), alle
vennoten zijn geheel aansprakelijk voor handelingen van een van de vennoten.
Commanditaire vennootschap: iemand die in het bedrijf wil investeren, maar niet
hoofdelijk en privé aansprakelijk.
Kapitaalvennootschappen
Vennootschappen die door oprichting tot stand komen en waarvan het kapitaal verdeeld is in
aandelen.
Bv (besloten vennootschap)
Er moet een akte van oprichting opgesteld worden bij de notaris. De directie is het
dagelijkse bestuur, die vertegenwoordigen de rechtspersoon naar buiten en gaan
verplichtingen aan. Bij een bv zijn aandeelhouders, één keer per jaar is de vergadering
van aandeelhouders. Bij een overdracht van de aandelen, moeten de aandelen eerst
aangeboden worden aan de andere aandeelhouders (aanbiedingsregeling). Of
goedkeuring gevraagd aan andere aandeelhouders (goedkeuringsregeling).
Er kan ook bepaald worden dat er een raad van commissarissen moet komen, die houdt
toezicht op het beleid van het bestuur van de bv en op de algemene gang van zaken.
Een bv is een rechtspersoon.
Als er sprake is van onbehoorlijk bestuur, zijn ze toch nog persoonlijk aansprakelijk
(privévermogen).
Nv (naamloze vennootschap) is een rechtspersoon, gefinancierd door aandeelhouders,
bestuurd door een directie en gecontroleerd door de raad van commissarissen.
Degene die de aandelen bij zich heeft is ook meteen de eigenaar van die aandelen, een
bedrijf weet dus niet altijd wie de eigen aandeelhouders zijn. De overdraagbaarheid van
aandelen is makkelijker dan bij de bv.
Het minimale startkapitaal is €45.000 en er is een bank- of accountantsverklaring nodig.
Overige rechtsvormen
, Stichting: een rechtspersoon. Wordt opgericht voor een bepaald sociaal of ideëel doel en
de winst mag alleen gebruikt worden voor het doel.
Vereniging: een rechtspersoon. Samenwerking om een gemeenschappelijk doel te
bereiken. Het doel mag niet zijn het behalen van winst en het bestaat uit leden
(sportvereniging).
Coöperatie: een rechtspersoon. Een vereniging van bedrijven.
Hoofdstuk 3
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling waarbij één of meer partijen jegens één of
meer andere partijen een verbintenis aangaan. Op het moment dat er een overeenkomst is, ontstaan
er rechten en verplichtingen.
Twee vereisten aan een overeenkomst: aanbod en aanvaarding.
Een aanbod kan in beginsel worden herroepen zo lang het nog niet is aanvaard. Als het wel aanvaard
wordt, kan het niet meer worden ingetrokken.
Het stellen van een termijn: een klant een bepaalde periode geven om te beslissen of ze een aanbod
willen aanvaarden.
Als het een mondeling aanbod is (zonder termijn) dan vervalt het als het niet direct wordt aanvaard.
Is er een schriftelijk aanbod (zonder termijn) gedaan, dan vervalt dat aanbod ‘na een redelijke tijd’.
Een aanbod met een termijn erin vervalt alleen als de termijn afloopt.
Er moet wel een wilsovereenstemming zijn, dus beide partijen moeten aanvaarden. Als dit er niet is,
is er geen overeenkomst.
Ook al is het aanbod aanvaard en er is wilsovereenstemming wil het niet zeggen dat er geen
mogelijkheden bestaan om iets te doen tegen de verplichtingen. Een voorbeeld hiervan is de
vernietiging van de overeenkomst. Hierbij worden de gevolgen van de overeenkomst ongedaan
gemaakt. Dit kan alleen ingeroepen worden door een aantal gevallen: als een handelingsonbekwame
(minderjarig persoon en een persoon onder curatele staat) een overeenkomst sluit of als er een
wilsgebrek is.
Indien een persoon niet in staat is om voor zichzelf te zorgen, is het mogelijk om hem onder curatele
te laten stellen. Dit is als iemand een geestelijk stoornis heeft, als iemand zijn geld verkwist of bij
drankmisbruik.
Een overeenkomst kan onder omstandigheden ook vernietigd worden, dan is er sprake geweest van
wilsgebrek: dat houdt in dat de ene contractspartij (de aanvaarder), onder invloed van de andere
contractspartij (de aanbieder), tot een aanvaarding is gekomen die onder normale omstandigheden
niet had plaatsgevonden.
De wil van die ene partij (zijn aanvaarding van een aanbod) is dan op een gebrekkige, onzuivere
manier gevormd. – wilsgebrek
Bedreiging, deze overeenkomst kan worden vernietigd. Iemand is gedwongen tot het
aangaan van deze overeenkomst, omdat hij is bedreigd.
Bedrog, deze overeenkomst kan worden vernietigd. Bedrog is aanwezig wanneer iemand een
ander opzettelijk onjuiste mededelingen doet of opzettelijk zaken verzwijgt.
Misbruik van omstandigheden
Dwaling: vóór aanvaarding is er een bepaalde situatie met betrekking tot het onderwerp van
de overeenkomst die anders is dan ten minste een van de contractspartijen veronderstelt.
Overeenkomsten die strijdig zijn met de openbare orde of de goede zeden zijn nietig. Bij nietigheid
heeft de overeenkomst voor de wet nooit bestaan.
Een rechter die een geschil over een overeenkomst voor zich krijgt, gaat ook het contract uitleggen,
hierin houdt hij rekening met:
De wet
De gewoonte
Sommige afspraken worden tussen contractspartijen niet meer gemaakt omdat ze
vanzelfsprekend zijn.