en uitgebreide en overzichtelijke samenvatting over de verplichte literatuurvan Bijeenkomst 1 van het vak Europees en internationaal van de Master Arbeidsrecht aan de EUR. Deze samenvatting bevat alles wat je moet weten voor het tentamen. Je kunt deze samenvatting ook in een bundel kopen. Deze bund...
AT Hoofdstuk 20 tot en met 20.4
Het Nederlandse arbeidsrecht en de Nederlandse arbeidsrechtpraktijk zijn
doordrenkt van internationale aspecten.
Doorwerking internationaal recht in de Nederlandse rechtsorde
In deze paragraaf wordt onder internationaal recht het volgende verstaan:
internationaal publiekrecht, zoals het recht afkomstig uit verdragen,
internationale rechtsbeginselen en besluiten van internationale organisaties.
Onder doorwerking van internationaal recht wordt hier verstaan de
mogelijkheid voor een partij in zijn juridische relatie jegens een andere partij,
een beroep te doen op bepalingen van internationaal recht. Hierbij
onderscheiden we drie onderwerpen:
- Allereerst de vraag naar de gelding van de betreffende internationale
norm;
o Hier wordt een onderscheid gemaakt tussen monisme en dualisme.
Bij dualisme zijn nationale en internationale normen strikt
gescheden en moeten de internationale normen eerst worden
omgezet in nationale normen. Bij monisme is dit onderscheid er
niet.
- Hierna moet worden gekeken naar de werking van de norm in het
specifieke geval.
o Hierbij wordt gedoeld op de mogelijkheid de internationale norm in
rechte in te roepen.
Rechtstreeks of indirect en horizontaal of verticaal.
Jacobs wijst er volgens de auteurs van AT terecht op
dat de rechtstreekse werking van internationaal recht
niet bestaat. Hiermee bedoeld hij dat een norm onder
bepaalde omstandigheden wel werking kan hebben,
maar bij andere omstandigheden weer niet.
- Tot slot moet worden gekeken of de internationale norm, bij botsing met
een nationale norm, voorrang heeft.
Het Nederlandse gematigd monistische regime
Nederland heeft een overwegend monistisch stelsel en dit is al in 1919 bepaald
door de HR. Inmiddels volgt dit (grotendeels) uit art. 93 en 94 Gw.
- Art. 93 Gw regels de werking van ‘een ieder verbindende bepalingen’
van verdragen en besluiten van volkenrechtelijke organisaties.
o Verbindende kracht na bekendmaking in Tractatenblad.
Dit is dus zo’n matiging: zonder voorafgaande bekendmaking
hebben deze bepalingen in principe geen gelding, in elk
geval niet jegens particulieren.
o Geen definitie van verdragen en besluiten in de Gw.
Een verdrag zal in ieder geval een meerzijdige
rechtshandeling moeten betreffen tussen volkenrechtelijke
rechtssubjecten die rechten en plichten schept of wijzigt en
die wordt beheerst door internationaal recht.
Een besluit van een volkenrechtelijke organisatie is een
eenzijdige handeling. Vaak zijn deze niet bindend, maar
hebben ze een aanbevelend karakter. Ze kunnen in dat
laatste geval niet doorwerken in de Nederlandse rechtsorde.
o Een ieder verbindende bepalingen zijn bepalingen die verbindende
kracht hebben jegens burgers. Het is aan de rechter te beslissen of
een bepaling wel of niet een ieder bindt.
Pagina 1 van 13
, Bijeenkomst 1 (Inleiding) | Anne Hoogendoorn
In het verleden benaderde de rechter de vraag of een
bepaling verbindende kracht had absoluut: een bepaling was
wel of niet een ieder verbindend.
Met het Rookverbod-arrest is de HR een andere weg
ingeslagen:
Allereerst moet worden gekeken of uit het verdrag
duidelijk wordt of rechtstreekse werking is beoogd.
Indien noch uit de tekst of
totstandkomingsgeschiedenis blijkt dat geen
rechtstreekse werking is beoogd, is de inhoud van de
bepaling beslissend.
Ook moet de bepaling dan onvoorwaardelijk en
voldoende nauwkeurig zijn om in de nationale
rechtsorde zonder meer als objectief recht te worden
toegepast.
Het enkele feit dat de verdragsbepaling de wetgever
tot nadere regelstelling verplicht, betekent niet dat de
bepaling geen verbindende kracht kan hebben
(Rookverbod, r.o. 3.5.2 en 3.5.3 => hiermee wijkt de
HR af van het criterium in het NS-arrest.
Tot slot moet de lidstaat een redelijke termijn gelaten
worden om de internationale bepaling na te komen.
- Als bepalingen een ieder verbinden, hebben zij krachtens art. 94 Gw
voorrang boven conflicterende bepalingen van de Nederlandse wetgeving.
o Ook met betrekking tot grondrechtelijke bepalingen. Wel een
beperking: als niet is voldaan aan de voorwaarden van art. 94 Gw
(zoals gewoonterecht) dan heeft die bepaling volgens de HR geen
voorrang.
o Dus alleen indien het een ieder bindend is en voortvloeit uit
verdrag of besluit van een volkenrechtelijke organisatie heeft de
bepaling voorrang.
o Als ze dit niet zijn, kunnen ze wel een indirecte werking hebben.
Zo kunnen deze bepalingen via uitlegging van open normen en via
conforme interpretatie de uitleg van nationale wetgeving kleuren.
Een aanvullende werking is ook mogelijk als ze niet ieder
verbindend zijn. Ze kunnen gewoon worden toegepast als er
geen andere strijdige bepalingen zijn.
Enkele belangrijke bronnen van internationaal recht en de doorwerking
daarvan
Naast de EU-wetgever, zijn er in feite drie hofleveranciers van internationale
normgeving op het gebied van sociaal recht: VN, IAO en de Raad van Europa.
- De VN (1945) zijn een intergouvernementele organisatie die opkomen
voor internationale vrede en veiligheid. Belangrijkste normgeving is
Universele Verklaring voor Rechten van de Mens, maar heeft geen directe
horizontale werking (omdat de Algemene Vergadering geen bevoegdheid
heeft bindende besluiten te nemen).
o Arbeidsrechtelijk gezien zijn ook de IVBPR, IVESCR en het Verdrag
inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van
vrouwen. Nederland heeft deze verdragen geratificeerd.
- De IAO (1946) is een specialized agency van de VN. Een van de oorzaken
van de oorlog werd gezocht bij de slechte arbeidsomstandigheden.
Dergelijke problemen wilde de IAO bestrijden door internationale
Pagina 2 van 13
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annehoogendoorn. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.