Leerjaar 1 Blok 3 Bestuurskunde Radboud Universiteit
Samenvatting Binnenlands Bestuur
Alle stof: hoorcolleges, artikelen en de stof uit de boeken ‘De
bestuurlijke kaart van Nederland’ – G.E. Breeman, W.J. van
Noort & M.R. Rutgers en ‘Lokaal bestuur’ – L. Schaap
Gemaakt in 2020
,Inhoud
Artikel: Administrative history: contents, meaning and usefulness – J. C. N. Raadschelders.............1
Artikel: 2.1 De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden (1588-1795) – Van Noort et al............2
Collegestof..........................................................................................................................................3
Collegestof..........................................................................................................................................4
Collegestof..........................................................................................................................................7
Lokaal Bestuur H2 toevoeging............................................................................................................9
Collegestof........................................................................................................................................10
Collegestof........................................................................................................................................13
H8 Lokaal Bestuur toevoeging: intergemeentelijke samenwerking..................................................16
H10 Lokaal Bestuur toevoeging: herindeling gemeenten.................................................................18
H6 Bestuurlijke Kaart toevoeging.....................................................................................................20
Artikel Bestuurskracht: wat moeten we ermee? – M. Boogers & L. Schaap.....................................20
Collegestof........................................................................................................................................20
Artikel Bewijzen van goede Dienstverlening – WRR.........................................................................23
Artikel Verbinding verbroken? – Eerste Kamer der Staten-Generaal...............................................24
Collegestof........................................................................................................................................25
Collegestof........................................................................................................................................26
Artikel Varieties of Participation in Complex Governance – A. Fung................................................29
Collegestof........................................................................................................................................30
Artikel The institutional framework – Prince & Lelieveldt................................................................32
Collegestof........................................................................................................................................32
Collegestof........................................................................................................................................33
Artikel Van uitvoerder tot medebeslisser – T. Verhelst....................................................................35
Collegestof........................................................................................................................................36
Hoorcollege 1: 500 jaar openbaar bestuur in Nederland
Artikel: Administrative history: contents, meaning and usefulness – J. C. N.
Raadschelders
3 concepten ontwikkelingen zodat je het veld kan analyseren:
- Structuur en organisatie
- Functioneren (het proces)
- Functionarissen in het openbaar bestuur
Bestuursgeschiedenis = studie van structuren en processen in en ideeën over de overheid zoals in
verleden plaats vond of gewenst zijn
In brede zin: wisselwerking bestuur en samenleving
Government: administratie en management van publieke instituties
1
,Waarom is het interessant? → Doorgronden, haalbaarheid, verruiming invloed andere landen,
innovaties, invloed koloniale systemen en inzicht betekenis menselijk gedrag.
Waarom nuttig? → Generalisatie, dan meer inzicht in de ontwikkeling:
- Verwerven van kennis om het begrip over het heden te kennen → het verleden is belangrijk
voor nu (toepassing op het heden)
- Praktische lessen uit kennis over ontwikkelingen
- Bijdragen aan oplossing huidige problemen (bron van legitimiteit) → rekening houden met dat
omstandigheden wel veranderen
- Invloed van de publieke opinie niet onderschatten
Artikel: 2.1 De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden (1588-1795) – Van Noort et
al.
1. Makelaarsstaat: Republiek 1555-1795
- 80 jarige oorlog, Gouden eeuw, drukpers, Gereformeerde kerk
- Opstand onder leiding van Willem van Oranje, Republiek ontstaat in 1648
o Statenbond = gewesten met een vergaande autonomie
o Raadspensionarissen: Johan de Witt en Johan van Oldebarnevelt, hoofd van ambtelijk
apparaat en politiek bestuurder
- Openbaar bestuur (bottom-up)
o Soevereine gewesten, lokaal en collegiaal (=gezamenlijke verantwoordelijkheid)
o Bestuur en recht in een hand
o Oligarchie
- Makelaarsstaat
o Overheid als spelhouder
o Overheid actief in een aantal sectoren
- Vooral politieke bestuurders en een beperkt aantal ambtenaren
o Sociaaleconomische status is bepalend → coöptatie
2. Nationalisatie: van statenbond naar eenheidsstaat 1795-1848
- Economische neergang, revoluties, industriële revolutie, wetenschappelijke vooruitgang
- Na patriotten en napoleon kwam het Koninkrijk Holland, hierna Koninkrijk der Nederlanden
en er kwam een scheiding kerk en staat
- Openbaar bestuur (top- down)
o Eenheidsstaat met centraal gezag
o Centralisatie, uniformisme, bureaucratisering
Scheiding recht en bestuur
Centraal gezag
Uniformering: gemeenten niet meer zelfstandig inrichten
Bureaucratie: burgerlijke stand ontstond
- Nachtwakerstaat
o Explosieve groei ambtenaren
o Beperkt kiesrecht
- Ministeriële verantwoording, provinciewet 1850 en gemeentewet 1851, er kwamen 3
overheidslagen: Huis van Thorbecke
3. Specialisatie van nachtwakerstaat naar verzorgingsstaat 1848-1980
- Industrialisatie, socialisme, depressie jaren 30, wereldoorlogen, reconstructie, internationale
samenwerking
- Sociale kwestie, verzuiling en ontzuiling, partijvorming, verstrengeling staat en maatschappij,
maatschappelijk middenveld groeide
2
, - Openbaar bestuur (top-down)
o Basis in de grondwet 1848: democratische rechtsstaat, constitutionele monarchie en
Huis van Thorbecke
o Verzorgingsstaat: overwicht Rijksoverheid en sociale grondrechten
o Bureaucratische spil: ambtelijk apparaat kreeg vorm en overheid neemt alle taken op
zich
o Algemeen kiesrecht
- Definitieve basisstructuur
4. Waarborgingsstaat naar voorwaarde scheppende staat 1980-nu (Waarborgingsstaat als aftrap
voor bespreking van het huidige bestuur)
- Globalisering, NPM denken, crisis, digitalisering, medialogica
- Populisme, kloof politiek en burger, netwerksamenleving, europeanisering (= europa als 4de
bestuurslaag)
- Openbaar bestuur (bottom-up en top-down)
o Meer specifieke en decentrale instituties
o Terugtred overheid: privatisering en deregulering
o Multigovernance = overheidstaken worden ook gedaan door marktpartijen,
bestuurslagen en burgers zijn afhankelijk door overlappende bevoegdheden
(participatiesamenleving)
o Zelfredzaamheid
o Ambtelijk professionalisme
o Aftrap huidige bestuur
o Participatiesamenleving
o Toenemende bestuurlijke complexitieit: bestuurskrachttoename door decentralisatie
- Individualisering: individuen worden steeds autonomer
- Horizontalisering van de verhoudingen: netwerksamenleving
- Volaliteit in stemgedrag: wisselen van partij
Collegestof
Openbaar bestuur: Rijk, Provincie en Gemeente
- Organisatie met een publiekrechtelijke grondslag
- Uit algemene middelen gefinancierd
- Doel is algemeen belang
Maatschappelijk middenveld: onderdeel van de private sector dat invloed heeft op het openbaar
bestuur
Kenmerken openbaar bestuur Nederland:
- Constitutionele monarchie
- Rechtsstaat: overheidshandelen gebonden aan de wet
- Scheiding der machten: machten zijn grotendeels onafhankelijk
- Scheiding kerk en staat
- Parlementair stelsel: bevolking kiest het besluitvormend orgaan
o Ministeriële verantwoordelijkheid (1848)
o Vertrouwensregel
o Dualistisch: parlement is onafhankelijk van de minister en regering
- Nederlandse bevolking kiest geen bestuurders
- Evenredige vertegenwoordiging 1917
- Gedecentraliseerde eenheidsstaat: bestuurslagen met een relatie berust op autonomie,
medebewind en toezicht (1848)
3