Laagste prijs mogelijk om mijn medestudenten te steunen!
Biologie samenvatting van Nectar 4e editie 4V. Samenvatting van hoofdstuk 8 'Kenmerken van ecosystemen'. Het is een volledige samenvatting inclusief de belangrijke bronnen uit het boek. Kernbegrippen worden duidelijk uitgewerkt. De samenvatt...
Ecosystemen: afgegrensde gebieden waar abiotische en biotische factoren een complex
samenspel vormen. Dankzij kringlopen van stoffen kan een ecosysteem grondstoffen
hergebruiken.
Elke voedselketen begint met producenten gevolgd door consumenten en daarna
reducenten
Producenten: Maken van anorganische stoffen, organische stoffen
Fotosynthese:
Grondstoffen anorganische stoffen: CO2 en m H2O (energiearm) onder invloed van zonlicht
vormen organische stof glucose (energierijk) en O2
Voortgezette assimilatie (opbouw):
Maakt een producent uit de glucose andere organische stoffen zoals zetmeel, eiwitten,
vetten en vitamines Deze stoffen zijn het materiaal dat organismen als bouwstof,
energierijke brandstof en beschermende stof doorgeven in voedselketens.
Consumenten: Zij halen hun organische stoffen uit andere organismen
Detrituseters (afvaleters) als wormen, pissebedden en kevers hebben als voedsel resten van
planten en dieren, detritus.
Reducenten: (afbrekers) bacterien en schimmels die organische stoffen omzetten in
anorganische stoffen. Energie uit organische stoffen wordt gebruikt voor bijvoorbeeld
celdeling en beweging, warmte die daarbij ontstaat verlaat het ecosysteem.
Draagkracht: maximale populatiegrootte die een gebied gedurende lange tijd kan
onderhouden.
Afname/toename van een abiotische factor als nestgelegenheid of biotische factor
voedselaanbod kan invloed hebben op populatiegrootte.
Afname/ toename van een populatie (als biotische factor) kan weer invloed hebben op
andere organismen of zelfs het hele ecosysteem veranderen.
Afname konijnen leidt tot minder knagen en het ontstaan van struiken en bomen
Minder konijnenholen betekend afname van abiotische factor nestgelegenheid voor
holenbroeders dus invloed op andere organismen
Populatiedynamiek: Schommelingen in populatiegrootte of het verdwijnen en ontstaan van
populaties.
Een te grote populatie kan de draagkracht van een ecosysteem overschrijden en een
verstoring veroorzaken: een snelle en blijvende verandering in een ecosysteem
Ook factoren zoals een overstroming (abiotisch) of menselijke activiteiten kunnen een
verstoring veroorzaken
, 8.2 Energie in ecosystemen
De aardatmosfeer absorbeert en reflecteert het grootste deel van het zonlicht. Slechts een
klein deel van alle zonne-energie bereikt de planten op aarde, waar dan fotosynthese kan
plaatsvinden.
Trofische niveaus:
Producenten P (eerste trofische niveau) Consumenten van de eerste orde C1 (tweede
trofische niveau) Consumenten van de tweede orde C2 (derde trofische niveau)
Consumenten van de derde orde C3 (vierde trofische niveau)
Bepalen hoeveelheid energierijke stoffen van organismen:
Biomassa: massa aan energierijke organische stoffen. In werkelijkheid vaak gewerkt met
drooggewicht: versgewicht min gewicht aan water (verschil: drooggewicht bestaat ook uit
mineralen)
Door in een voedselketen steeds voor elke populatie het drooggewicht te bepalen kan een
bioloog de verhoudingen grafisch weergeven in een staafdiagram.
- Kantelen met eerste trofische niveau onder piramide van biomassa
Consumenten van de derde orde, C3 zijn predatoren (vierde trofische niveau)
Een piramide van biomassa is een momentopname Jaargemiddelde van de piramides van
biomassa in een ecosysteem geeft biologen info over de energiestroom piramide van
productiviteit.
Reducenten wel trofisch niveau. Staan niet in de
piramides maar ernaast. Want breken van elk van de
lagen het organisch materiaal af
Staven in een piramide van biomassa varieren doordat
de populatiegrootte varieert en omdat de biomassa per
individu varieert.
Individuele biomassa organisme vastgelegd in een
energiestroomsschema.
Heterotrofe organismen: krijgen energierijke
organische stoffen binnen met hun voedsel
Algen en cyanobacterien vormen het eencellige
fytoplankton (producenten) basis voedselpiramide
in de Waddenzee Autotrofen die bouw en
brandstoffen leveren voor het hele ecosysteem
Bruto primaire productie BBP, hoeveelheid g/m3/dag organische stoffen die producenten
maken. gebruiken zelf ook een deel als brandstof overblijvend is netto primaire
productie NPP beschikbaar voor de herbivoren en omnivoren in de voedseleten.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper NoudAlberts. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.