College 1:
Organisaties functioneren met informatie (Hoofdstuk 1, Snijders & Bast)
Onafhankelijk van soort organisatie
Onafhankelijk van de soort organisatie: lever je producten of diensten, met of zonder
winstoogmerk, b to b of b to c
Organisaties hebben een doel , namelijk het leveren van een product of dienst dat waarde
heeft voor de klant/ afnemer
Informatie een volwaardige productiefactor in het transformatieproces
Om die producten en diensten te kunnen produceren heb je input nodig, de zogen
productiefactoren. De organisatie verwerkt, verandert, etc deze zodat een product of dienst
geproduceerd wordt
Die transformatie gebeurt dmv allerlei bedrijfsprocessen.
Soorten processen
Primaire processen: uitvoerende activiteiten, produceren van
producten/diensten waarmee je je geld verdient, bijv.
Productie, verkoop, inkoop, etc.
Secundaire processen zorgen ervoor dat primaire processen optimaal kunnen verlopen,
bijhouden van de administratie, beheer van de boekenvoorraad, hrm. etc.
Primaire en secundaire processen worden samen operationele processen genoemd.
,Daarnaast bestuurlijke processen die te maken hebben met:
Strategie: wat zijn onze doelen voor dit jaar?
Afstemming: hoe zorgen we dat primaire en secundaire processen optimaal op elkaar
afgestemd zijn?
Structurering: hoe verdelen we onze mensen en middelen over verschillende
bedrijfsprocessen?
Procesbeheersing: hoe zorgen we ervoor dat onze doelen gehaald worden, hoe meten we
dat en hoe sturen we bij?
Geen procesbeheersing zonder gegevens
Allereerst plannen maken: we gaan zoveel produceren van een bepaalde kwaliteit:
PLANNEN
Wordt de planning niet gehaald (,kleine afwijkingen mogen, hangt af van wat afgesproken is)
, dan zul je moeten BIJSTUREN. METEN is WETEN.
Gegevens of informatie?
Gegevens zijn feiten of gebeurtenissen die vastgelegd zijn en de werkelijkheid weergeven
(niet alleen papier, maar ook geluid en beeld
Informatie is de betekenis die iemand geeft aan de gegevens. Het verrijkt dus de kennis van
degene die gegevens gebruikt.
Gegevens worden dus pas informatie als de persoon voor wie de gegevens bestemd zijn,
deze gaat interpreteren en gebruiken.
Informatievoorziening zorgt ervoor dat mensen die informatie krijgen die ze nodig hebben
om hun werk te doen.
- Verzamelen en vastleggen van gegevens
- Het bewaren van de gegevens in de gegevensopslag
- Het verwerken van de gegevens
- Het verstrekken van de verwerkte gegevens aan diegenen voor wie die informatie
bestemd is
Verbeteringen door automatisering
Efficiëntie: een computer is veel sneller en accurater dan mensen
Effectiviteit: Doordat je gegevens bewaart, bijv. klantenprofielen, kun je veel gerichter bijv. je
marketing op een bepaalde klantengroep richten
Via cookies kom je erachter wie jouw pagina bezoekt, en welke pagina’s, die personen kun
je gerichte producten/diensten voorstellen
Kwaliteit: verbetering is snelheid, betrouwbaardere informatie
, Informatievoorziening binnen de organisatie
Informatievoorziening en ICT is geen doel op zich maar is ondersteunend.
Soorten informatie
Informatie uit de omgeving: klanten, leveranciers, overheidsinstellingen.
Informatie naar de omgeving: belastingdienst, aandeelhouders inkoopopdrachten.
● Informatie voor routinematige activiteiten
● Informatie voor het nemen van beslissingen
● Informatie ten behoeve van besturing
Bestelformulier: alleen met correcte en volledige informatie kan iemand deze bestelling
afhandelen = routinematige activiteit
Informatie voor het nemen van beslissingen: krijgt deze cliënt wel of niet een hypotheek?
Informatie ten behoeve van besturing: stuurinformatie: dit moet je doen, zoveel produceren
en zo ga je om met afval en uitval
Verantwoordingsinformatie: zoveel geproduceerd, zoveel breuk, slechte/goede kwaliteit.
Komt planning niet overeen met uitvoer, dan zal er bijgestuurd moeten worden.
Informatievoorziening (Hoofdstuk 2, Snijders & Bast)
Gegevens
