Rituelen - Cees Nooteboom
Definitie thema en motieven
Het thema binnen de literatuur is een leidend onderwerp, een bepaalde visie of een
gedachte, dat in sommige gevallen ook een boodschap kan vormen in het verhaal. Vaak is
het thema vrij algemeen, voorbeelden zijn liefde, oorlog en de dood. Een motief is een
repetitief ‘iets’ in het verhaal; het kan een symbolisch iets zijn, een voorwerp, een
verschijning, een persoon of bijvoorbeeld een gedachte. Motieven zijn meestal wat
specifieker, al kan een thema ook een motief zijn.
Soms komt een motief voor in verscheidene werken, dan wordt er gesproken van ‘topos’.
Voorbeelden daarvan zijn carpe diem en memento mori.
Belangrijke motieven
De dood is een zeer belangrijk motief in het verhaal. Het begint met dat Inni zelf een
zelfmoordpoging deed door zich op te hangen toen zijn vriendin hem verliet, zoals hij zelf in
zijn horoscoop voorspelt had, ook gingen Arnold Taads en zijn zoon Philip Taads dood, van
beide vermoedelijk ook zelfmoord. Ook Inni’s tante Thérèse pleegde zelfmoord.
Rituelen zijn ook een uiterst belangrijk motief, want in het verhaal gaat het over hoe Inni een
hekel heeft aan structuur maar ook aan chaos, en zich fascineert over de rituelen van
anderen. Arnold Taads richtte zijn leven in aan de hand van de secondewijzer; tijd speelde
bij hem een cruciale rol. Philip Taads hechtte ook waarde aan structuur, al was het niet tijd
maar meer een ceremonieel iets dat de grondslag legde. Inni zelf had ook rituelen gekend
toen hij in het klooster woonde, deze rituelen waren van religieuze aard en kwamen met
regelmaat terug in Inni’s gedachten.
Een ander motief is religie, het Christendom komt regelmatig terug in Inni’s herinneringen,
maar ook in het huis van zijn tante was iemand die een hoge positie in de kerk bekleedde
die zijn levensvisie deelde met Arnold Taads, die qua visie heel erg met die van de kerk
contrasteerde. Maar religie kwam ook terug in de vorm van Philip Taads zijn denken, over
hoe hij los wilde staan van zijn lichaam en de wereld.
De duiven waren ook een motief, die het idee van de dood versterkten, maar ook stonden
voor het tijdelijke van het leven en hoe alles dat is gebeurt zomaar vergeten kan worden,
tenzij het wordt omgezet in een stoffelijke herinnering, zoals een foto, of als in geval van de
derde duif, een stofvlek op een winkelruit.
Eenzaamheid is iets dat ontzettend veel voorkwam. Inni was zelf heel eenzaam, vooral toen
zijn vriendin Zita hem verliet. Hij miste haar aanwezigheid namelijk het meest. Ook mensen
die hij ontmoette waren eenzaam, Arnold Taads leefde als solitair met alleen zijn hond en op
Inni na had hij eigenlijk nooit gasten. Zijn eenzaamheid heeft zijn dood dan ook veroorzaakt,
want hij stierf in de bergen met niemand om hem te helpen. Philip Taads leefde ook
afgezonderd en wilde zich zelfs afzonderen van zichzelf, iets wat hij uiteindelijk ook heeft
gedaan. Veel meisjes waar Inni mee sliep voelden zich ook eenzaam, want beide gingen ze
vreemd terwijl hun partner van huis was.
Al deze motieven hebben te maken met de tijd, wat centraal staat in het verhaal. Hun effect
is om op een bepaalde manier duidelijk te maken hoe tijdelijk alles is, hoe gemakkelijk je
vergeten kunt worden wanneer er niks vastgelegd is en hoe veranderlijk alles is. Ook wordt
er het verschil tussen chaos en structuur weergegeven en uit het verhaal kun je hierbij een