01-04-2017
,Inhoud
Inleiding..............................................................................................................................................2
Hoofdstuk 1: Verleden ........................................................................................................................3
Thuis ...............................................................................................................................................3
Familie ............................................................................................................................................3
Opvoeding ......................................................................................................................................3
Levensfasen ....................................................................................................................................4
Prenatale ontwikkeling (0-9 maanden) ........................................................................................4
Babytijd (0-2 jaar)........................................................................................................................4
Peutertijd (2-4 jaar) .....................................................................................................................8
Kleutertijd (4-6 jaar) ...................................................................................................................... 11
Basisschoolleeftijd (6-12 jaar) .................................................................................................... 14
Hoofdstuk 2: Heden .......................................................................................................................... 19
Levensfase .................................................................................................................................... 19
Adolescentieperiode (12-18 jaar) .............................................................................................. 19
Religie en politieke overtuiging ..................................................................................................... 23
Waarden en normen ..................................................................................................................... 24
Wereldbeeld en maatschappijvisie ................................................................................................ 25
Gebeurtenissen die mij gevormd hebben tot wie ik nu ben ........................................................... 25
Zelfbeeld....................................................................................................................................... 26
Mijn handelen............................................................................................................................... 26
Hoofdstuk 3: Toekomst ..................................................................................................................... 28
Toekomstbeeld ............................................................................................................................. 28
Opleiding en werk ..................................................................................................................... 28
Wensen en idealen.................................................................................................................... 28
Hoofdstuk 4: Keuze voor SPH ............................................................................................................ 29
Hoofdstuk 5: Conclusie ..................................................................................................................... 30
Hoofdstuk 6: leerdoelen ................................................................................................................... 31
Assertiviteit................................................................................................................................... 31
Oude ervaringen loslaten .............................................................................................................. 31
Perfectionisme.............................................................................................................................. 31
Bibliografie ....................................................................................................................................... 32
1
,Inleiding
Beste lezer,
Voor u ligt mijn socialisatie verslag. In mijn socialisatie verslag beschrijf ik mijn socialisatie en hoe die
mij gevormd heeft tot wie ik nu ben. In eerste instantie heb ik dit verslag geschreven, omdat het een
toets is. Tegelijkertijd ben ik mij er van bewust dat het belangrijk is om over mijn socialisatie na te
denken en stil te staan bij wie ik nu ben en wat dit voor mij betekent als toekomstig sociaal werker.
Mijn socialisatie verslag is als volgt opgebouwd: in hoofdstuk 1 beschrijf ik mijn levensfasen uit het
verleden. Dit zijn de prenatale fase tot de basisschoolperiode. In deze levensfasen ga ik in op mijn
lichamelijke en motorische ontwikkeling, mijn cognitieve ontwikkeling, mijn sociaal- emotionele
ontwikkeling en het opvoedingsklimaat waarin ik ben opgegroeid. Daarnaast vertel ik u ook nog wat
meer over mijn familie. In hoofdstuk twee ga ik in op het heden. Hierin beschrijf ik de
adolescentiefase, waar ik momenteel in zit. Daarnaast ga ik in dit hoofdstuk ook dieper in op mijn
wereldbeeld en maatschappijvisie, religie en politieke overtuiging, mijn normen en waarden en mijn
handelen en functioneren. Daarnaast beschrijf ik in dit hoofdstuk ook wat meer over belangrijke
gebeurtenissen in mijn leven die mij gevormd hebben tot wie ik nu ben. In hoofdstuk drie schrijf ik
nog kort iets over mijn toekomstverwachting. In hoofdstuk 4 heb ik beschreven wat mijn motivatie is
om de opleiding SPH te doen. De conclusie en mijn leerdoelen die ik gemaakt heb aan de hand van
mijn socialisatie kunt u lezen in hoofdstuk vijf en zes.
Alle dingen die ik heb meegemaakt in mijn levensfasen heb ik gekoppeld aan de theorie die ik
geleerd heb tijdens de opleiding. Tijdens het schrijven heb ik verschillende boeken gebruikt, zoals:
• Inleiding in de psychologie,
• Psychologie van de levensloop,
• Grondbeginselen der sociologie,
• Begeleiden van groepen en
• Inleiding in de pedagogiek.
• Van gedachten wisselen
Daarnaast heb ik veel gesprekken gevoerd met mijn ouders en andere familieleden over mijn
ontwikkeling in mijn baby-, peuter- en kleutertijd.
Veel leesplezier!
2
, Hoofdstuk 1: Verleden
Thuis
De eerste drie jaren van mijn leven heb ik in *****gewoond. Daarna zijn we verhuisd naar *****,
zodat we dichterbij onze opa’s en oma’s zouden wonen. Sindsdien woon ik in de *****straat in
*****. Ik woon hier samen met mijn ouders, mijn broertje Hans van 16, mijn zusjes Willianne van 14
en Martha van 11 jaar oud.
Ik ben thuis dus de oudste dochter. Samen met mijn ouders heb ik besproken wat zij zien aan
verschillen in mijn gedrag en dat van mijn broertje en zusjes. Hieruit kwam vooral naar voren dat ik
zelfstandiger ben dan de rest, doordat ik eerder voor mijzelf moest zorgen, omdat mijn ouders hun
aandacht nodig hadden voor mijn broertje en zusjes. Daarnaast heb ik mij altijd verantwoordelijk
gevoeld voor mijn broertje en zusjes. Ik help ze waar ik maar kan, door ze te ondersteunen met het
huiswerk en naar ze te luisteren als ze ergens mee zitten.
Familie
Een deel van mijn familie woont ook in ****, andere familieleden wonen in ******en in *****. Mijn
opa’s en oma’s wonen allemaal op loopafstand van mijn huis, dat is makkelijk, omdat we vaak bij
elkaar over de vloer komen. Naast mijn opa’s en oma’s wonen er ook nog twee ooms en tantes met
hun kinderen in Sliedrecht.
Met mijn opa’s en oma’s heb ik heel veel contact. Bij opa en oma ga ik meerdere keren per week op
bezoek. Als ik daar ben kletsen we vaak over school. Wanneer ik een vrijdag vrij heb, ga ik meestal ’s
ochtends naar mijn opa en oma toe en dan help ik ze samen met mijn moeder met het huishouden.
Mijn oma is een aantal jaren geleden ziek geworden (Lymfklierkanker), gelukkig is ze nu weer schoon
verklaard. Nadat ze beter was is ze nooit helemaal meer de oude geworden en het schoonhouden
van het huis is ze een beetje teveel geworden. Mijn andere opa en oma zie ik iedere zondagmiddag,
waar ik dan met de rest van het gezin even een bakje koffie ga drinken. In deze periode hebben we
iets meer contact met mijn andere opa en oma, doordat er vorig jaar ook kanker bij mijn opa is
geconstateerd.
Mijn ooms en tantes, neven en nichten zie ik alleen op verjaardagen. Dat komt, omdat de meeste van
mijn neefjes die in **** wonen allemaal veel jonger zijn dan ik. De neven en nichten van mijn leeftijd
wonen allemaal in ***** en *****, daarnaast wonen verschillenden van hen op kamers, waardoor
we minder contact hebben.
Opvoeding
Ik ben opgegroeid in een heel hecht gezin. Mijn ouders, ik en mijn broertje en zusjes hebben het
altijd goed kunnen vinden met elkaar. We hadden natuurlijk wel eens ruzie met elkaar, maar dat liep
nooit uit de hand en als iemand wat overkwam dan gingen we voor elkaar door het vuur. Dit wordt
ook wel een harmonisch gezin genoemd (Becker, 2014). Een harmonisch gezin kenmerkt zich doordat
er in het gezin sprake is van vriendelijkheid, geborgenheid. De gezinsleden kunnen het goed met
elkaar vinden, staan voor elkaar klaar, en voelen elkaar ook aan. Hierdoor ontstaat er in het gezin
eensgezindheid en kunnen de leden goed met elkaar samenwerken. Dit resulteert erin dat men
(bijna) geen ruzie met elkaar heeft (Becker, 2014). Het gezinstype waarin ik ben opgevoed heet een
half-open/half-gesloten gezin. Ons gezin stond open voor andere mensen, zoals vrienden en
vriendinnen van zowel mijn ouders als van mij en mijn broertje en zusjes. Daarnaast waren er ook
altijd duidelijke grenzen, waaraan ik me moest houden. Voorbeelden hiervan zijn dat ik op tijd thuis
moest zijn en mijn kledingkeuze. Over bepaalde grenzen, meningen van mijn ouders was altijd wel te
overleggen. Als ik een vraag had, of het niet eens was met een beslissing, was hier dan ook altijd de
3