Onderdeel 1: Prenatale ontwikkeling en de geboorte
Doelen
1. De student kan het begrip ‘ontwikkelingspsychologie’ beschrijven.
2. De student kan de cognitieve-, sociale- en persoonlijkheidsontwikkeling
onderscheiden.
3. De student kan de bedreigingen voor zowel moeder als baby tijdens de
prenatale periode benoemen.
4. De student kan de gevolgen van teratogene effecten benoemen.
5. De student integreert de mogelijkheden van pasgeboren baby’s in een
zorgvisie.
,1. De student kan het begrip ‘ontwikkelingspsychologie’ beschrijven.
ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE
Definitie volgens Feldman (2016):
De wetenschappelijke studie van groei, verandering en stabiliteit van
conceptie tot adolescentie
2. De student kan de cognitieve-, sociale- en persoonlijkheidsontwikkeling
onderscheiden.
DEELGEBIEDEN ONTWIKKELINGSPYCHOLOGIE
Onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen is te verdelen invier cenrale
thema’s.
• Fysieke ontwikkeling
Zij kijken naar de invloed van het lichaam op ons gedrag. Ze focussen zich
hierbij op de hersenen, het zenuwstelsel, de spieren, de zintuigen en de
behoefte aan eten, drinken en slapen.
• Invloed van lichaam (hersenen, zenuwstelsel, spieren, zintuigen
behoefte aan eten/slaap/drinken) op het gedrag.
• Cognitieve ontwikkeling
Invloed van intellectuele vermogens (leren, geheugen,
intelligentie) op gedrag. à Piaget
• Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling:
Invloed van karaktereigenschappen, emoties en van interacties tussen
mensen op gedrag. à Erikson & Vygotsky
Leeftijdsgroepen en individuele verschillen:
• De prenatale periode (de periode van conceptie tot geboorte)
• De baby- en peutertijd (van geboorte tot drie jaar)
• De kleutertijd (van drie tot zes jaar)
• De schooltijd (van zes tot twaalf jaar)
• De adolescentie (van twaalf tot twintig jaar)
BELANG VOOR VPK?
Signaleren, herkennen, duiden, ondersteunen, doorverwijzen.
- Zwangere cliënten à de gemoedstoestand van de moeder heeft invloed
op het kind.
- Cliënten met kinderen
- Gezinssituatie met psychotische ouder: check en signaleer ook de
Kinderen
- Werken met kinderen of adolescenten
- Werken met verstandelijk beperkten
- De jeugd van een cliënt meenemen in de benadering/ behandeling.
,Verpleegkundige en OWPS
Op een kinderafdeling:
• Chronische/ acute zieke kinderen
• Ouders
AGZ en GGZ-afdelingen:
• Kennis van ontwikkelingsfasen; van invloed hoe iemand functioneert
• Ontwikkeling in (vroege) jeugd bepalend voor mogelijke psychiatrische
problemen, die ook op agz afd. Trecht komen.
• Zwangeren patiënten
MGZ:
• Jeugdgezondheidszorg. Consultatiebureau, gezinnen in de thuiszorg.
Ontwikkeling
• Continue: Geleidelijke ontwikkeling waarbij prestatie op een bepaald
niveau voorvloeien uit die van de vorige niveaus. Bijvoorbeeld de
verandering in groei dat is een continu groei. (àgelijdelijk, zoals
groeien en denken)
• Discontinue: Ontwikkeling die in aparte stappen of stadia plaats, en
waarbij elk stadium gedrag oplevert dat kwalitatief anders dan gedrag
in eerdere stadia. Bijvoorbeeld de sluitspier nog niet beheersen en plast
in bed. Door e rijping kan deze wel controleren, hierdoor maakt het
kind een sprong. (à in stappen)
Normatieve ontwikkelingsstappen: normale stappen die je neemt tijdens
ontwikkeling. (Gebeurtenis die zich voor de meeste individuen binnen een
groep op dezelfde manier volstrekt.) à Gelijk: zoals iedereen komt tegelijk in
de pubertijd.
Nature: De nadruk ligt op het ontdekken van erfelijke eigenschappen en
vermogen.
Nurture: De nadruk ligt op de invloed van omgeving op iemands ontwikkeling
Gevoelige periode: Periode dat je makkelijk dingen kan leren zoals taal.
Kritieke periode: Periodes waar dingen in moeten gebeuren bijvoorbeeld
hechten
Plasticiteit: De mate waarin een zich ontwikkelend gedragspatroon of fysieke
structuur kan worden gewijzigd. (kinderen kunnen latere ervaringen
gebruiken om zo achterstanden in te halen).
, DE START VAN HET LEVEN:
Kan een baby al leren voordat het geboren is?
Wat voor een invloed heeft stress van de moeder op de baby in de
baarmoeder?
4. De student kan de gevolgen van teratogene effecten benoemen.
TERATOGENE EFFECTEN
Effecten die je kan hebben op de geboorte van de baby en daarna.
• Voeding
• Alcohol, cafeïne, tabak
• Drugs/medicijngebruik
• Gezondheid moeder (bv kinderziekten, psychiatrische ziekten)
Invloed van vaders à als de vaders voor de conceptie iets hebben gebruikt
van mediatie.
Sociale en culturele factoren. à bijv. Meeroken
3. De student kan de bedreigingen voor zowel moeder als baby tijdens de
prenatale periode benoemen.
Voedingspatroon van de moeder: Gezond eten en voldoende drinken tijdens
en na de zwangerschap.
Leeftijd moeder:
• Vrouwen die ouder zijn dan 30 jaar als ze een kind krijgen, lopen een
grotere risico op verschillende zwangerschap en geboorte complicatie
dan jongeren vrouwen. Bijvoorbeeld vroeggeboorte en laag gewicht.
• Bij een vrouw van 42 jaar vertoont 90 % van haar eicellen een of
andere defect
Prenatale begeleiding moeder:
• Economische omstandigheden spelen een rol bij de sterfcijfers van de
baby’s
• Veel tienermoeder hebben niet genoeg geld of sociale ondersteuning,
waardoor ze geen toegang hebben tot goede prenatale zorg en
kraamzorg als de baby eenmaal geboren is.
• Het is zelfmogelijk dat armoede of slechte sociale omstandigheden de
aanleiding vormden voor de zwangerschap
Gezondheid moeder:
• Moeder die gezond eten en voldoende bewegen hebben meer kans
op gezond baby, ook verminderd dit de kans op obesitas, hoge
bloeddruk en hartkwalen bij de baby.