De vijf rollen van de leraar
Gedrag en gedragsveranderingen
Overtuigingen Mening over wie we zijn en graag willen zijn. Gedrag wordt aangestuurd door wat
we diep van binnen vinden, willen en denken, in deze dingen ligt de oorsprong van ons gedrag. Het is
dus belangrijk dat je je bewust bent van je overtuigingen, die sturen je gedrag.
Identiteit Wat je wilt zijn, je overtuigingen passen hierbij. Bijvoorbeeld; Ik wil een snelle
patatbakker zijn, is een identiteit. De overtuiging van de patatbakker is dat hij mensen niet op hun
eten wil laten wachten.
Gedragsuitingen vloeien dus voort uit de identiteit en overtuiging. Je identiteit en overtuiging moet
dus passen bij het verwachte gedrag, bijvoorbeeld; een bouwvakker in een keuken laten werken
levert mogelijk problemen op.
Vijf rollen Deze rollen maakt het voor de leraar eenvoudiger om hun eigen functioneren te
diagnosticeren. De rollen zijn gebaseerd op een aantal uitgangspunten; contact, begeleiden, het
overbrengen van lesstof, leerlingen activeren en uitdagen en vrijheid om te leren.
Gedragsverandering Een leraar moet aan het gedrag van de leerlingen kunnen zien of de leraar
goed gedrag vertoont, is het effect op de leerlingen niet gewenst dat moet de leraar zijn gedrag dus
veranderen. Zelf reflecteren is dus belangrijk want dat zorgt ervoor dat de leraar kritisch naar
zichzelf blijft kijken en zijn gedrag zo nodig kan bijsturen. Je kunt reflecteren op kennis, vaardigheden
en attitude, aan deze punten kun je dus werken wanneer nodig.
Wanneer je weet welk gedrag je wilt veranderen moet je kunnen vertellen welk gedrag je dan wel
moet vertonen. Om dit makkelijker te maken ga je doelen stellen, aan een doel zitten vijf
voorwaarden voor slagingskans; Wat wil ik bereiken, wat moet ik ervoor doen, wanneer en waar ga
ik dit uitoefenen, wanneer ben ik tevreden en wat kan er fout gaan.
Wanneer een doel steeds maar niet slaagt, moet je misschien eens onderzoek doen of jouw
overtuigingen wel bij je identiteit passen.
Analyse volgens Korthagen
Wat wil de leraar? Wat willen de leerlingen?
Wat doet de leraar? Wat doen de leerlingen?
Wat denkt de leraar? Wat denken de leerlingen?
Wat voelt de leraar? Wat voelen de leerlingen?
, De Gastheer
In deze rol maakt de leraar contact met de leerlingen, wat belangrijk is voor het verloop en de
effectiviteit van de les. De leraar zorgt dat iedereen zich op zijn gemak voelt, zich welkom voelt en
dat er binding ontstaat. Je laat dus zien dat er positieve aandacht is voor de leerling. De twee
belangrijkste competenties voor de gastheer zijn het afstemmen op de leerling en de
beroepshouding.
Non verbaal gedrag van de gastheer
- Op tijd en klaar voor de les
- Contact bij binnenkomst van de leerlingen
- Oogcontact
- Zelfverzekerde, open, energieke maar vriendelijke houding
- Rondlopen
- Kans geven om de leerlingen stoom te laten afblazen
- Belangstelling tonen
Verbaal gedrag van de gastheer
- Bij hun naam noemen
- Welkom heten
- Positief en persoonlijke contact
- Herhaalbaar gedrag
- Oprecht
- Zeggen wat er goed gaat
- De regels uitleggen
Contact maken (afstemmen) Je verplaatsen in de ander en diegene begrijpen, zoals hun
omstandigheden en hun verwachtingen van de les. Je moet je dus eerst even in hun wereld
verplaatsen voor je met de les begint, zo stappen de leerlingen positiever de les in. Een aantal
dingen kunnen je hierbij helpen;
- Beschouw de leerling als een vriend
- Benader alles positief
- Heb respect voor de criteria van de ander
- Wees bereid mee te gaan in de gedachtegang van de ander
Het gedrag van de leerlingen Als leerlingen correct ontvangen worden zullen ze dit gedrag
vertonen; ontspannen, groeten de leraar, gaan rustig zitten, pakken hun spullen en praten met hun
medeleerlingen. Wanneer de deur dicht gaat maken de leerlingen contact met de leraar en ze
accepteren de leraar als leider. Doen de leerlingen niet, dan worden ze gecorrigeerd door de leraar
en passen hun gedrag aan. Tonen ze nog steeds ongewenst gedrag dan zal je op jezelf moeten
reflecteren en je gedrag aanpassen.
Een goede gastheer worden Je kan leren om op een effectieve manier contact te maken en een
goede gastheer te zijn. Probeer interesse in de privélevens van de leerlingen te tonen en denk na
over wat de leerlingen van jouw les verwachten. Ken hun namen, bedenk een vaste les introductie
(begroeten, namenlijst etc.) en zet duidelijke simpele regels op die gelden voor jouw les en die de
leerlingen gemakkelijk kunnen onthouden.