HOOFDSTUK 2: SENSATIE EN PERCEPTIE
Sensatie: het terrein van de sensorische psychologie. Het is het proces waarbij gestimuleerde receptoren een
patroon van neutrale impulsen creëert. Je kunt dus zeggen dat sensatie onze eerste gewaarwording van de
stimulus is.
- Je kunt sensatie primair bestuderen vanuit de biologisch perspectief.
Perceptie: deze processen zorgen ervoor dat de sensorische boodschappen de hersenen bereikt. De
perceptiepsychologie zorgt dat mensen weten hoe de menselijke hersenen een reeks tonen kunnen
samenvoegen tot een bekend melodieën hoe ze een schaduw kunnen combineren met een bekend gezicht. -
Percepties een proces dat de inkomende sensorische patronen bewerkt en er betekenis aan geeft.
De zintuigen hebben een functie die ons helpt overleven door onze sensaties te richten. Ook helpen de
zintuigen je om iets of iemand te herkennen. De zintuiglijke indrukken van de wereld bestaan uit neurale
representaties van de stimuli, en niet de werkelijke stimuli.
De hersenen ontvangen stimuli uit de buitenwereld nooit rechtstreeks. De hersenen moeten altijd vertrouwen
op de informatie die ze krijgen van het sensorisch systeem, dat een soort van tussenpersoon fungeert. Je
hersenen hebben du s zintuigen nodig om die stimuli uit de buitenwereld omzetten in neurale signalen die de
hersenen kunnen begrijpen.
Alle zintuigen hebben drie kenmerken gemeen. De kenmerken bepalen welke stimuli wordt omgezet, wat de
kwaliteit is en ze bewust doordringen.
Transductie: is de stimulatie in sensatie verandering. Alles wat de zintuigen waarnemen wordt door de
neuronen in de vorm van een impuls naar de hersenen stuurt. De sensorische receptoren zetten de
informatie om in elektronische signalen.
- Je hebt transductie. Dit is het proces waarbij fysieke energie zoals lichtgolven worden omgezet in neurale
impulsen. Het begint wanneer een sensorische neuron een fysische stimulus opvangt. Dus als de
juiste stimulus het passende zintuig bereikt wordt de gespecialiseerde neuronen in het
zintuig(receptoren) geactiveerd. Die zetten de informatie om in impulsen. Die vervolgens door het
zenuwstelsel naar de hersenen gaat.
Sensorische adaptie: is dat zintuigen steeds minder gevoelig worden naarmate een stimulus langer
aanhoudt. De stimuli waarvan de intensiteit of ander kenmerken veranderen niet en hebben dus de
neiging naar de achtergrond van ons bewustzijn te verschuiven. Elke verandering zal juist je aandacht
trekken omdat je die niet gewend bent.
Drempels: ook wel de absolute drempelwaarde genoemd, is de minimum hoeveelheid fysische energie
nodig is tot een sensorische ervaring te leiden. De drempelwaarde varieert van persoon tot persoon. De
drempelwaarde kan veranderen door de geestelijke alertheid en lichamelijke conditie. -
Verschildrempel: ook wel het juist waarneembare verschil genoemd. Het is het kleinste
Waarneembare verschil tussen twee stimuli dat iemand betrouwbaar, als verschil kan opmerken. Het
verschil blijkt groot te zijn als de intensiteit van de stimulus groot is, en klein als de intensiteit van de
stimulus klein is. Je spreekt hierbij van de wet van Weber. Deze wet stelt dat de grootte van het jwv
proportioneel samenhangt met de intensiteit van de stimulus.
Signaaldetectietheorie: deze theorie geeft meer inzicht in absolute drempelwaarde en het verschil
drempelwaarde. Volgens de theorie; is sensatie afhankelijk van de kenmerken van de stimulus, de
achtergrond stimuli en de detector.
De klassieke psychofysica stelde dat als een signaal sterk genoeg was om de absolute drempel van een persoon
te overstijgen, het zou worden opgemerkt. Terwijl hij juist gemist zou worden als het onder de drempel bleef.
De signaaldetectortheorie neemt de variabele omstandigheden, die van invloed zijn waar en geeft daardoor
een beeld van de sensatie dan de klassieke psychofysica.
Precept: of wat wordt waargenomen, is niet alleen de sensatie maar ook wat daarmee samenhangt. Het doel is
om een accurate greep op de wereld te krijgen over wat goed en fout is.
1
, 1
Het systeem van perceptuele verwerking: is het vinden van betekenis in sensorische informatie. De primair
visuele cortex splitst de visuele informatie in twee verbonden routes:
- De wat-route: deze route bestaat uit twee takken. De ene haalt informatie over de specifieke objecten
naar boven en de ander deel identificeert de omgevingen. Hierdoor kunnen we via de wat route
vaststellen wat de objecten zijn.
- De waar-route: deze projecteert vanuit de occipitaalkwab op departiëtaalkwab, de locatie van een
voorwerp ten opzichte van ons lichaam.
Blindzicht: dit is een toestand die zich voordoet als mensen met schade aan de wat-route, waardoor ze zich
visueel niet meer bewust zijn van de voorwerpen om zich heen.
De kenmerkdetectoren: dit zijn de cellen die in de visuele routes daaruit specifieke stimuluskenmerken vast
kan stellen. De kennis over de kenmerk detectoren wordt door psychologen het binding probleem genoemd.
Het is een groot onopgelost mysterie.
In het percepotie heb je twee processen:
De bottom-up: hebben de kenmerken van de stimulus een sterke invloed op de waarnemingen. Hij is
vooral afhankelijk van de kenmerk detectoren van de hersenen om stimuluskenmerken te merken.
Dit proces wordt sensorisch gegevens via de receptoren naar de hersen gestuurd. Hier vindt dan de
stimulus gedreven verwerking plaats. De verwerking waarbij het resulterende precept wordt
gekenmerkt.
De top-downverwerker: hier spelen de doelen, ervaring en kennis een rol bij de perceptie van
objecten of ervaringen.
Percetuele constantie: is het vermogen om een voorwerp vanuit verschillende boeken en vanaf verschillende
afstanden ongewijzigd waar te nemen. Je hebt verschillende soorten constanties:
- Kleurconstantie: deze zorgt dat onze waarneming van de kleur van een bloed in het rode licht van de
zonsondergang hetzelfde is als de witte licht van overdag.
- Constantie van grootte: zorgt dat je op verschillende afstanden als even groot iets waarneemt en het
waarnemen van diepte.
- Vormconstantie: deze maakt mogelijk dat we een deur als rechthoek kunnen zien, maakt niet uit van
welke hoek je kijkt.
Een illusie: krijg je als je hersenen je voor de gek houden door een stimuluspatroon te interpreteren op een
manier wat fout is.
- De illusie als je een plaatje ziet en je kunt verschillende dingen of patronen waarnemen, treden de
illusies over het algemeen op als de receptoren op een ongebruikelijke manier gestimuleerd worden,
waardoor de verkeerde informatie naar de hersenen gestuurd worden.
- Een tweede illusie ontstaat als er iets misgaat op het niveau van perceptie. Hierbij maak je gebruik van de
ambigue figuren. Dit zijn stimuluspatronen die op twee of meer verschillende manieren kunnen
worden gezien.
- Een ander illusie is het als het wordt veroorzaakt door kleur en helderheid.
Gestalttheorie: legt de nadruk op de wijze waarop we binnenkomende stimuli tot betekenisvolle perceptuele
patronen organiseren en op het aangeboren, concluderen door het leren. Het gestaltpsychologie is de
hersenen vormen een geheel, een precept dat meer is dan de som van de sensorische delen. Je neemt een
vierkant waar als een patroon en niet als een paar strepen je hersenen zijn zo afgespeeld dat je er een
vertrouwde melodie van maakt of patroon.
Een figuur is een patroon, al het anderen noem je een grond. Waar jij je aandacht op richt is op dat moment
het figuur, maar wat je wel ziet maar niet je aandacht aangeeft is du s op de achtergrond en noem je de grond.
De subjectieve contouren: zijn de grenzen de niet in de stimulus voorkomen, maar alleen in de subjectieve
ervaringen van de waarnemer.
Het mechanisme van sluiting: dit zorgt ervoor dat je incomplete figuren als compleet ziet en dat
ontbrekende randen rond lege plekken worden aangevuld.
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper DaniqueBolt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,59. Je zit daarna nergens aan vast.