Gerontologie en geriatrie
Veroudering: met de tijd toenemende optreden van ogenschijnlijk spontane irreversibele
veranderingen.
Gerontologie: wetenschap die zich bezighoudt met veroudering.
Geriatrie: geneeskunde die zich richt op preventie, diagnostiek en behandeling van ziekten die wat
betreft hun oorzaak samenhangen met veroudering of in sterke mate worden beïnvloedt door
veroudering.
Demografie: de studie van de omvang, de structuur en de spreiding van de bevolking, en hoe de
bevolking in tijd verandert door geboorten, sterftegevallen, migratie en veroudering.
Er is geen scherpe grens van wanneer je oud bent. Meestal wordt er onderscheidt gemaakt tussen
drie groepen:
de 55+
de pensioenleeftijd 65+/67+
de oudste ouderen 85+
Demografie:
Vergrijzing: de toename van het aandeel ouderen (65+) in de totale bevolking.
Dubbele vergrijzing: binnen de groep 65-plussers neemt het deel 80-plussers toe.
De oorzaak van vergrijzing ligt in de geboorte ontwikkeling in het verleden. De babyboomgeneratie
van 1946-1970 begint sinds 2011 de leeftijd van 65 jaar te passeren. Ook ligt de oorzaak bij de
toename van de levensverwachting, hierdoor sterft men later en wordt de groep ouderen groter.
Je ziet hier dat rond 1945 de bevolkingsgroei enorm toeneemt door de babyboom.
Naarmate die bevolkingsgroep ouder wordt, neemt ook de levensverwachting toe. Dit is de
relatie tussen de twee vergrijzing factoren.
Grijze druk: de verhouding tussen het aantal 65-plussers en de potentiële beroepsbevolking
(20-64 jarigen). De grijze druk geeft inzicht in de verhouding ouderen en potentieel
werkende deel van de bevolking, die de lasten van de vergrijzing moet opvangen. In 2012
tot 2040 gaan we van 4 werkende op 1 oudere naar 2 werkende op 1 oudere.
,Ontgroening: De groep jongeren 0-19 jaar neemt af.
Levensverwachting 2015 man: 79,7 jaar vrouw: 83,1 jaar
Levensverwachting op 65jarige leeftijd man:18,6 jaar vrouw: 21,4 jaar
Dus 65 jarige man wordt naar verwachting 83,6 jaar oud en een 65 jarige vrouw wordt naar
verwachting 86,4 jaar oud.
Maar: in gezonde levensverwachting leveren vrouwen jaren in. Vrouwen leven namelijk 0,3 jaar
korter in goede geestelijke gezondheid en tot 6,2 jaar korter zonder chronische ziekten. De jaren die
vrouwen langer leven dan mannen, leven ze dus niet in goede gezondheid.
Gezondheid:
Ervaren gezondheid neemt af:
- Bij 53% van de 75+ ervaart een goede gezondheid
- Dit is 89% bij de jong volwassenen
- 13% van de bevolking ouder dan 12 jaar ervaart één of meer beperkingen in activiteiten met
betrekking tot zien, horen of mobiliteit. Boven de 75 jaar heeft bijna de helft één of meer
beperkingen in het functioneren. winst in bewegingsprogramma's
Kosten:
Een onwijs belangrijk punt van de vergrijzing in onze samenleving zijn kosten. De kosten van de zorg
tussen 1999 en 2011 zijn ongeveer verdubbeld, dit is een jaarlijkse stijging van ruim 6%. Deze groei is
voor 18% te verklaren door demografische ontwikkelingen, 35% door prijsstijgingen en de overige
47% is toe te schrijven aan een complex van oorzaken als groei van aantal patiënten, intensievere
behandelingen, enzovoort. Dit ook mede door vergrijzing.
Effect bewegen op veroudering:
Eén van de belangrijkste gevolgen van veroudering en geriatrische aandoeningen is het ontstaan van
beperkingen. Voor het functioneren van ouderen wordt gekeken naar drie perspectieven:
1. Anatomische eigenschappen.
Stoornissen zijn afwijkingen in of verlies van functies of De winst van sport en beweeg
anatomische eigenschappen. professional kan vooral gehaald
2. Menselijk handelen. worden uit beperkingen bij het
Beperkingen zijn moeilijkheden/problemen die iemand heeft uitvoeren van dagelijkse
met het uitvoeren van activiteiten. activiteiten. Zoals iemand zijn
3. Deelname aan het maatschappelijk leven. bovenbeen spieren trainen,
Participatieproblemen zijn problemen die iemand heeft met zodat hij/zij weer makelijker uit
het deelnemen aan het maatschappelijk leven. de stoel komt.
Relatie tussen dagelijkse lichamelijke activiteit van ouderen en de kans op het ontstaan van
beperkingen en participatie problemen. Deze kans van ontstaan van problemen neemt af met 50%
bij ouderen die regelmatig bewegen.
,Beweegnormen:
Ook bij ouderen wordt de hoeveelheid beweging en sporten weergegeven door de beweegnormen.
NNGB 55+: half uur ten minste matig intensieve lichamelijke activiteit (MET 3-5) op minimaal 5, maar
bij voorkeur alle dagen van de week. Bijvoorbeeld wandelen 3-4 km/h en fietsen 10 km/h.
Fitnorm: voor jong en oud gelijk, vereist tenminste drie keer per week gedurende minimaal 20
minuten zwaar intensieve lichamelijke activiteit.
Voor 65-plussers geldt ook de 'krachtnorm': minimaal 2 keer per week 20 minuten krachtoefeningen
doen om de fysieke conditie op peil te houden en beperkingen te voorkomen. In 2001 deed 27% van
de ouderen krachtoefeningen op tenminste 1 dag per week.
Sportdeelname wekelijks:
Naarmate de leeftijd stijgt, neemt het
aandeel niet sporters en weinig
sporters toe.
Van de 55-65 jarige doet 45,8
wekelijks aan sport.
Van de 65-80 jarige is dat 40%.
Van de 80+ is dat 16,6%.
Aandoeningen bij ouderen:
Dit is de top 10 van aandoeningen bij ouderen op basis van incidentie in 2011:
,