SAMENVATTING MISDAADANALYSE EN DADERPROFILERING
Crime Analysis With Crime Mapping – Collegejaar 2020-2021 – Periode 4 – Vrije Universiteit
Amsterdam
Dit document bevat een samenvatting van de volgende hoofdstukken uit boeken en
artikelen:
1. Boba Santos, R. (2017). Crime Analysis with Crime Mapping (4e editie). Los Angeles: SAGE.
Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16
2. Schaaik, J.G.J. & Kemp, J.J. van der (2009). Real Crimes on Virtual Maps, The Application of
Geography and GIS in Criminology. In H.J. Scholten, R.J. van de Velde & N. van Manen (Eds.), Geospatial
Technology and the Role of Location in Science (GeoJournal Library, 96) (pp. 217-237). New York:
Springer.
3. An Introduction to Crime Reconstruction in Criminal Profiling – Chapter 11 in Section 3 in Turvey
(2012) Criminal Profiling : An Introduction to Behavioral Evidence Analysis.
4. Finding actions and drawing profiles, Canter & Youngs (2009) - Investigative Psychology, Offender
profiling and the Analysis of Criminal Action.
5. Introduction Investigative Psychology, Canter & Youngs (2009) - Investigative Psychology, Offender
profiling and the Analysis of Criminal Action.
6. Foundations: Description and Classification, Canter & Youngs (2009) - Investigative Psychology,
Offender profiling and the Analysis of Criminal Action.
7. Interpreting Motive – Chapter 13 in Section 3 in Turvey (2012) Criminal Profiling: An Introduction to
Behavioral Evidence Analysis.
8. Woodhams, J., Bull, R., & Hollin, C.R. (2007). ‘Case linkage: identifying crimes committed by the
same offender’. In R.N. Kocsis (Ed) (2007). Criminal Profiling: International Theory, Research, and
Practice. Humana Press. Chapter 6. pp. 117-133.
9. Kemp, J.J. van der (2014). Modus Via. Verfijning van Geografische Daderprofilering. Vrije
Universiteit Amsterdam. Boxpress Uitgevers. Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5
10. Problems with Non-scientific Profiling Models, hf 3 in Criminal Profiling, Developing and Effective
Science and Practice, (2006), Hicks & Sales.
1
,WEEK 1: INTRODUCTIE VAN MISDAADANALYSE, EN PROBLEM-ORIENTATED VS.
INTELLIGENCE-LED POLICING
BOEK I: Crime Analysis with Crime Mapping
Boba Santos, R. (2017). Crime Analysis with Crime Mapping (4e editie). Los Angeles: SAGE.
Hoofdstuk 1: Crime Analysis and the Profession
Dit hoofdstuk geeft verschillende definities van misdaadanalyse en crime mapping.
1.1 Definitie van misdaadanalyse
De International Association of Crime Analysts (IACA) heeft meerdere comités opgericht onder de
paraplubenaming van Standards, Methods and Technology Committee (SMT). Dit is gedaan met het
doel om analytische methodologieën, technologieën en de belangrijkste concepten voor
misdaadanalyse te definiëren.
1.2 Fundament van de definitie
Misdaadanalyse onderzoekt veel meer dan alleen misdaad. Het onderzoekt ook verschillende typen
informatie die relevant kunnen zijn voor de politie, zoals auto-ongelukken, brand en orde
verstoringen. Het is belangrijk om te begrijpen dat de processen van misdaadanalyse toepasbaar zijn
op meerdere typen criminaliteit. Misdaadanalisten zijn in dienst van politieorganisaties.
1.3 Misdaadanalyse, een definitie
Volgens de IACA wordt misdaadanalyse als volgt gedefinieerd:
• Een beroep en proces waarin een set van kwantitatieve en kwalitatieve technieken worden
gebruikt om waardevolle data voor de politie te analyseren.
• Dit omvat een analyse van misdaad, criminelen, slachtoffers, orde verstoringen, maar ook
levenskwaliteitszaken, verkeersproblemen en interne politie operaties.
• De resultaten uit misdaadanalyse zijn bedoeld voor het ondersteunen van het
opsporingsonderzoek en de vervolging, alsook voor criminaliteitspreventie, probleemoplossing en
de evaluatie van politiewerk.
Misdaadanalyse wordt gebaseerd op theorieën en de toepassing van procedures omtrent sociale
dataverzameling, analytische methoden en statistische technieken. Misdaadanalisten gebruiken
kwalitatieve datamethoden wanneer zij niet-numerieke data bestuderen, met als doel het ontdekken
van de onderliggende oorzaken van criminaliteit. Zij gebruiken daarentegen kwantitatieve methoden
wanneer zij statistische analyses loslaten op numerieke of categorische data. De centrale focus van
misdaadanalyse is het bestuderen van criminaliteit en orde verstoringen, alsook informatie die
gerelateerd is aan de aard van incidenten, daders, slachtoffers of doelwitten.
De drie typen informatie die misdaadanalisten gebruiken zijn:
1. Sociodemografische informatie: persoonlijke kenmerken van individuen of groepen. Deze
informatie wordt gebruikt om verdachten en slachtoffers te identificeren.
2. Spatiale informatie: de spatiale aard van criminaliteit en andere problematiek is belangrijk voor het
begrijpen van de aard van een probleem. Visuele weergaven van de locaties van criminaliteit en
geografische kenmerken zijn belangrijk voor het begrijpen van criminaliteit.
3. Temporele informatie: hierbij kan gedacht worden aan een bestudering van lange termijn trends,
maar ook korte termijn trends.
2
,Het primaire doel van misdaadanalyse is het ondersteunen van de werkzaamheden van een politie-
eenheid. Hieronder volgt een overzicht van de manier waarop analytische functies hun voordelen
kunnen bieden aan de politie:
• Het helpt met het oplossen van opsporingsonderzoeken.
• Het vergroot de mogelijkheid tot het vervolgen van criminelen.
• Het ondersteunt de leidinggevende, alsook de missie van de politie.
• Het is een proactieve manier van het informeren van wetshandhavers over trends en risk
assessments en dergelijke.
• Het traint wetshandhavers en ander personeel.
• Het ondersteunt bij het ontwikkelen van een digitale database, waarin informatie en intelligence
georganiseerd wordt.
• Het zorgt voor een goed onderhouden relatie met andere wetshandhavers.
• Het verzekert dat men zich houdt aan lokale, nationale en andere wetten en reguleringen.
• Het zorgt voor ondersteuning van fusion centra.
1.4 Definities van GIS en crime mapping
Al sinds er plattegronden beschikbaar zijn om de geografische kenmerken van buurten weer te geven,
wordt door de politie gebruik gemaakt van dit soort plattegronden om op basis daarvan bijvoorbeeld
de plekken en mate van surveillantie te bepalen. De politie en misdaadanalisten gebruiken
plattegronden als een tool in misdaadanalyse. Iedere analist gebruikt een bepaald programma om de
spatiale aard van een misdaad te visualiseren.
Een geographic information system (GIS) is een combinatie van verschillende software tools die de
misdaadanalist in staat stellen om een crime map op verschillende manieren weer te geven (van
puntvoorspellingen naar drie-dimensionele visualisaties). De gebruiker van de programma’s kan zo
geografische data visualiseren en analyseren.
Crime mapping is een term die gebruikt wordt om het proces van het uitvoeren van een spatiale
analyse aan te duiden. Daarbij wordt gebruik gemaakt van geografische informatie systemen. Bepalen
waar verschillende typen criminaliteit en typen incidenten plaatsvinden, is een van de belangrijkste
functies van misdaadanalyse. Crime mapping is een techniek met drie primaire functies:
1. Het faciliteert visuele en statistische analyses van de spatiale aard van criminaliteit.
2. Het stelt analisten in staat om verschillende databronnen aan elkaar te linken op basis van
geografische variabelen.
3. Het voorziet analisten van een plattegrond die helpt bij het door communiceren van de resultaten
van de analyses.
1.5 De geschiedenis van misdaadanalyse
Mensen hebben altijd al observaties gedaan over criminaliteit en andere problematische
gebeurtenissen. Ook hebben zij altijd al naar relaties tussen deze observaties gezocht. Vroeger deden
politieagenten aan misdaadanalyse door gebruik te maken van hun geheugen en op basis daarvan
verschillende verdachten aan elkaar te linken. De huidige discipline van misdaadanalyse is een
ontwikkeling daarop. Het is een systematisch proces waarin data over criminaliteit verzameld wordt
en bewaard wordt voor een langere tijd. Vroegere misdaadanalisten waren afhankelijk van hun eigen
eerdere observaties en geheugen, maar de moderne analist kan een complex computersysteem
gebruiken om verschillende analytische technieken mee toe te passen.
1.6 Het begin van misdaadanalyse
De geschiedenis van misdaadanalyse is een discipline die begint bij de eerste moderne politie-eenheid
uit Londen in de 19e eeuw. In 1842 werd een recherchebureau opgericht waarin
criminaliteitspatronen geïdentificeerd moesten worden, teneinde misdaden op te lossen.
3
,Amerika: 1900 tot 1970
Rond 1850 werd er in de VS nog niet systematisch aan misdaadanalyse gedaan, voornamelijk door de
hoge mate van corruptie en een gebrek aan organisatie en technologie. De eerste indicatie van een
formele misdaadanalyse kan voor de VS gevonden worden in begin 1900.
Amerika: 1970 tot 2000
In 1968 werd meer bewust zijn gecreëerd over het gebruik van analyse en evaluatie. Publicaties over
misdaadanalyse technieken, alsook evaluaties daarvan, uit de jaren ’70 suggereren dat de politie toen
in ieder geval uitgebreid gebruik is gaan maken van formelere vormen van misdaadanalyse. Rond de
jaren ’80 en ’90 begonnen misdaadanalisten zichzelf te organiseren en later breidde de discipline zich
steeds meer uit. In de jaren ’90 werden computers steeds sneller en hadden zij een groter geheugen,
wat maakte dat het makkelijker werd voor de politie om data op te slaan en te analyseren in
statistische programma’s.
1.7 De geschiedenis van crime mapping
Spatiale analyses en het maken van crime maps is op z’n minst twee decennia geleden al belangrijk
geworden in het politiewerk, dankzij de vele technologische ontwikkelingen. De geschiedenis van
crime mapping begint niet bij het oprichten van de politie, maar eerder bij het werk dat door
onderzoekers al werd gedaan lang voordat de computer uitgevonden werd.
1.8 Het begin van crime mapping
Europese onderzoekers van de cartografische school van criminologie onderzochten de mate van
criminaliteitspleging in verschillende gebieden en de relatie daarvan met sociologische factoren. In
1829 werd de eerste crime map gemaakt op basis van misdaadstatistieken. Ook gebruikte Quételet
tijdens deze periode plattegronden om correlaties tussen misdaad en vervoersroutes en dergelijke in
kaart te brengen.
Amerika: 1900 tot 1970
In de VS werden crime maps pas later dan in Europa gebruikt. Omdat de VS in 1800 een relatief nieuw
land was, waren er nog weinig betrouwbare plattegronden. De eerste echte spatiale analyse van
misdaad in Amerika werd gedaan in 1920-1930. Het maken van crime maps was een belangrijk
onderdeel van de ontwikkeling van het concentrische zone model (denk aan de sociale disorganisatie
theorie). In de late jaren ’60 werden deze analyses voor het eerst gedaan met behulp van grote
computer systemen.
Amerika: 1970 tot 2000
Vanaf de late jaren ’60 tot de vroege jaren ’80 ging een groep onderzoekers zich steeds meer richten
op de criminele gebeurtenis en de context, inclusief de fysieke en sociale omgeving die zorgen voor
gelegenheden. Deze beweging had invloed op crime mapping, want steeds discretere vormen van
criminele gebeurtenissen en hun locaties werden onderzocht. Informatie over geografie en de
omgeving werden meegenomen in de studies naar criminaliteit.
Begin jaren ’90 zorgde ontwikkelingen in de technologie en politie-data systemen ervoor dat
crime mapping een steeds praktischere tool werd voor onderzoekers en de politie. GIS software werd
beschikbaar voor computers en computers konden steeds grotere hoeveelheden data verwerken.
Tegen het einde van de jaren ’90 werd crime mapping breed gebruikt door verschillende politie-
eenheden.
1.9 Onderzoek naar misdaadanalyse en crime mapping: 2000 tot nu
Sinds 2000 zijn veel onderzoekers begonnen met het doen van misdaadanalyse; misdaadanalyse
wordt steeds meer een gewoonte, vooral binnen gemiddelde en grote politie-eenheden. De mate van
het integreren van misdaadanalyse in het patrouilleren door de politie was echter nog laag. Het werd
4
,vooral voor tactische doeleinden gebruikt. Veel politie-eenheden gebruiken misdaadanalyse nog niet
optimaal.
1.10 Misdaadanalyse als carrière
Een misdaadanalist moet politiekennis hebben, onderzoeksvaardigheden hebben en bepaalde
technologische capaciteiten hebben. Ook moet een analist bepaalde communicatieve vaardigheden
hebben en moeten zij in de politiecultuur kunnen opereren. De positie van misdaadanalist kunnen
zowel door politieagenten als door gewone burgers op zich genomen worden. Elke politie-eenheid
heeft verschillende misdaadanalist vacatures (sommige eenheden hebben een enkele analist en
anderen hebben een crime analysis unit (CAU), ofwel een team van analisten):
• Vrijwilligers en stagiairs.
• Assistent of technicus.
• Entry-level misdaadanalist (routine misdaadanalyse activiteiten, want zij hebben nog weinig
ervaring).
• Ervaren misdaadanalist.
• Specialistische misdaadanalist (wordt ingehuurd voor een specifiek type misdaadanalyse). Er zijn
verschillende typen specialisten op verschillende gebieden, waaronder zedencriminaliteit,
veiligheid op school, recidivisten enzovoorts.
• Supervisor (houdt toezicht over de CAU).
• Ingebedde criminoloog (werkt onafhankelijk binnen de politieorganisatie en doet onafhankelijk
onderzoek ter ondersteuning van de politie).
1.11 Ontwikkelen en verbeteren van een crime analysis unit
Een strategisch plan voor een organisatie beschrijft op z’n minst de verwachtingen en biedt richtlijnen
bij het maken van beslissingen. Daarin wordt de functie en het doel van de CAU geformuleerd. Een
strategisch plan kan informatie bevatten over de doelen, de organisatorische structuur, beleid,
technologie en training.
1.12 Uitdagingen op het gebied van de toekomst van misdaadanalyse
• De beschikbaarheid van relevantie training en opleiding.
• De beschikbaarheid van data dat adequaat is, zowel kwantitatief als kwalitatief.
• Het effectief gebruikmaken misdaadanalyse producten door de politie.
• De mogelijkheid om te communiceren met andere misdaadanalisten in aansluitende politie-
eenheden.
Hoofdstuk 2: Theoretical foundations of crime analysis
In de alledaagse praktijk van misdaadanalyse wordt enkel beperkt gebruikgemaakt van
criminologische en juridische theorieën. Misdaadanalisten zijn een groot deel van de tijd bezig met
het verkrijgen en opschonen van data en het vinden van patronen. Minder tijd wordt besteed aan het
gebruiken van de theorie om de analyse sturing te geven. Sociologische en psychologische theorieën
zijn niet relevant, want de politie kan weinig tot geen invloed uitoefenen op deze oorzaken. Voor
misdaadanalyse zijn theorieën over de motivatie van daders (criminologische theorieën) veel
belangrijker dan theorieën die beschrijven waarom daders in eerste instantie crimineel zijn geworden
(juridische theorieën). De laatste tijd wordt er steeds meer moeite gedaan om criminele
gebeurtenissen te definiëren en begrijpen; dit wordt ook wel environmental criminology genoemd.
2.1 Environmental criminology
Environmental criminology is anders dan de traditionele criminologie, omdat het niet probeert de
basale oorzaken van criminaliteit en de reden waarom mensen crimineel worden, te begrijpen. Het
5
,focust juist op de diverse aspecten van settings waarin criminaliteit plaatsvindt. Verschillende mensen
handelen op verschillende manieren in verschillende settings. Routineactiviteiten zorgen voor
gelegenheden voor criminaliteit op een systematische manier.
Criminaliteit vindt alleen plaats als er gelegenheid bestaat. Environmental criminology helpt
ons te begrijpen hoe deze gelegenheden gecreëerd worden en bij elkaar clusteren. Het doel is om de
criminele gebeurtenis te begrijpen en op basis daarvan patronen in gedrag en omgevingsfactoren die
bijdragen aan gelegenheid te identificeren.
2.2 Probleem analyse driehoek
De kern van theorieën over criminaliteitsettings is het concept van de probleem analyse driehoek. De
kleine driehoek hieronder staat voor een bepaald type problematische activiteit. Aan de randen zijn
de vier belangrijke componenten van criminaliteit te zien (criminaliteit vindt plaats als een dader en
een doelwit samenkomen in tijd en ruimte).
De grotere driehoek is er om ons te helpen begrijpen hoe gelegenheden beïnvloed worden in
een setting. Gelegenheid is niet statisch, maar verandert over de tijd. Guardians zijn mensen die in
staat zijn om slachtoffers te beschermen door hen in de gaten te
houden of doelwitten te beschermen door hen te verwijderen
van bepaalde settings. Managers zijn de mensen die
verantwoordelijk zijn voor een bepaalde ruimte (hoe de regels
van een ruimte gehandhaafd worden, is van invloed op
gelegenheid). Handlers zijn mensen die de potentiële daders
kennen en in de positie zijn om hen in de gaten te houden of hun
acties te controleren.
De driehoek legt uit hoe gelegenheid voor criminaliteit beïnvloed
wordt. Er zijn drie gelegenheidstheorieën die inzicht bieden in de
manier waarop daders keuzes maken over het plegen van criminaliteit en hoe slachtoffers en daders
samenkomen op specifieke tijden en op specifieke plekken.
(1) Rationele keuze theorie: daders maken de keus voor het plegen van criminaliteit aan de hand van
een kosten-baten analyse. Als de baten hoger zijn dan de kosten of de risico’s, dan wordt er
criminaliteit gepleegd. Ook besluiten zij geen criminaliteit te plegen als de risico’s te hoog zijn of de
baten te laag.
(2) Crime pattern theorie: criminaliteit vindt plaats in gebieden waar de activiteitenruimte van daders
en slachtoffers overlappen. Een activiteitenruimte is die ruimte waarin een persoon bekend is door
allerlei dagelijkse activiteiten. Daders plegen over het algemeen criminaliteit in gebieden waar zij
bekend zijn of vaker komen.
(3) Routine activiteitentheorie: deze theorie focust op de wijze waarop gelegenheid voor criminaliteit
verandert op basis van veranderingen in gedrag. Veranderingen in gedrag van de maatschappij kunnen
gelegenheden verminderen, maar dat hoeft niet.
2.3 De wet van misdaadconcentratie
Een belangrijk concept binnen environmental criminology is de ruimte waarin het delict plaatsvindt.
Criminaliteitspreventie dat focust op de ruimte, zijn effectiever dan strategieën die focussen op
personen.
De wet van misdaadconcentratie = criminaliteit clustert in ruimte en deze clusters kunnen
nauwkeurig gedefinieerd worden. Clusters zijn vaak stabiel en voorspelbaar over de tijd.
6
, Deze wet impliceert dat men moet begrijpen waarom daders zo mobiel zijn en zich rond
bewegen om criminaliteit te plegen, terwijl ruimtes niet bewegen. De routineactiviteiten van een
ruimte blijven stabiel.
2.4 Herhaald slachtofferschap, near repeats en de 80/20 regel
Herhaald slachtofferschap is het plaatsvinden van criminaliteit in dezelfde ruimte of tegen dezelfde
personen. Veel onderzoek wijst uit dat mensen en ruimtes die eerder slachtoffer zijn geworden, een
grotere kans hebben om opnieuw slachtoffer te worden dan personen of ruimtes die dit nog nooit zijn
geworden. Door herhaald slachtofferschap worden vaak bepaalde clusters gevestigd. Ook faciliteert
het de identificatie van patronen van gelegenheid. Als personen nogmaals slachtoffer worden, dan
kan de misdaadanalist overeenkomende kenmerken van de criminele gebeurtenissen identificeren en
op basis daarvan proberen te begrijpen waarom daar steeds criminaliteit plaatsvindt.
Er zijn vier typen herhaald slachtofferschap:
1. True repeat victims: dezelfde individuen of ruimtes die eerder ook slachtoffer werden.
2. Near victims: slachtoffers of doelwitten die fysiek dichtbij het originele slachtoffer zijn, of qua
kenmerken op elkaar lijken.
3. Virtual repeats: slachtoffers of doelwitten die virtueel gezien identiek zijn aan het originele
slachtoffer en tot op bepaalde hoogte dezelfde kenmerken hebben (bijvoorbeeld shops uit eenzelfde
keten met dezelfde naam).
4. Chronic victims: individuen die meerdere keren slachtoffer worden door verschillende daders voor
verschillende typen criminaliteit.
Herhaald slachtofferschap kan gerelateerd worden aan verschillende manieren waarop criminaliteit
clustert:
1. Repeat offenders: individuen of typen individuen die meerdere delicten plegen.
2. Hot spots: gebieden die last hebben van een vrij grote mate van criminaliteit.
3. Risky facilities: individuele locaties die disproportioneel veel criminaliteit aantrekken of genereren.
4. Hot products: typen eigendommen die vaker het doelwit zijn van criminaliteit. Items moeten
daarvoor concealable, removable, available, valuable, enjoyable en disposable zijn.
Near repeat victimization is een specifiek type herhaald slachtofferschap dat erg belangrijk is binnen
misdaadanalyse. Deze near repeats worden gedefinieerd als nonvictimized ruimtes die in de buurt zijn
van ruimtes die wel slachtoffer zijn geworden. Huizen naast een huis waar is ingebroken hebben
bijvoorbeeld een grotere kans op slachtofferschap. Er zijn drie implicaties van onderzoek naar near
repeats: (1) misdaadanalisten moeten zoeken naar additionele incidenten in hetzelfde gebied vlak na
de victimisatie, (2) zij moeten zoeken naar clusters op de korte termijn die zich bevinden binnen de
lange termijn clusters en (3) ze moeten er rekening mee houden dat dezelfde dader verschillende
misdaden pleegt binnen een cluster.
De 80/20 regel is afkomstig van de observatie dat 80% van de uitkomsten het resultaat zijn van 20%
van de oorzaken. Dit is een belangrijk concept voor onderzoek naar herhaald slachtofferschap. Het is
namelijk zo dat een groot deel van de daders zich richt op een relatief klein deel van de mensen en
ruimtes.
2.5 Situationele criminaliteitspreventie
Situationele criminaliteitspreventie is een concept gebaseerd op environmental criminology en gaat
in op de reden waarom criminaliteit plaatsvindt in specifieke settings. Het zoekt oplossingen die
gelegen zijn in de aard van die settings. De politie kan op basis daarvan specifieke acties ondernemen
in een setting om criminaliteit tegen te gaan.
7
, (1) Het is allereerst mogelijk om de waargenomen moeite die gedaan moet worden om criminaliteit te
plegen, te verhogen (moeilijker maken om het misdrijf te plegen). Dit kan gaan om target hardening,
het controleren van de toegang tot faciliteiten, het screenen van uitgangen, het afbuigen van daders
of het controleren van tools en wapens.
(2) Ook kan worden ingespeeld op het waargenomen risico van criminaliteit, door dit te verhogen.
Daders moeten dan twee keer nadenken voor zij criminaliteit plegen, want er is een mogelijkheid om
gepakt te worden.
(3) Technieken die de verwachte baten verminderen. De waarde van het plegen van criminaliteit wordt
verlaagd.
(4) Technieken die de provocatie van de dader verminderen. Deze technieken hebben als doel om
sociale en omgevingscondities te veranderen, zodat minder verleiding ontstaat.
(5) Technieken die inspelen op de motivatie van de dader door de mogelijke excuusjes te elimineren.
Deze technieken zijn ervoor bedoeld om sociale praktijken te veranderen en wetsgetrouw gedrag aan
te moedigen.
2.6 Verplaatsingseffecten en diffusion of benefits
Om gelegenheid te kunnen begrijpen en om dit te kunnen voorkomen, moeten misdaadanalisten
gebruikmaken van theorieën die helpen begrijpen hoe en waarom bepaalde criminaliteitsfenomenen
veranderen wanneer een strategie wordt toegepast. Criminaliteit kan namelijk verplaatsen naar een
ander moment in de tijd, een andere ruimte, of het kan een andere vorm aan nemen. Dit wordt ook
wel verplaatsing genoemd. Het probleem kan ook veranderen doordat het volledig geëlimineerd is.
In sommige gevallen, wanneer de ene vorm van criminaliteit geëlimineerd wordt (door
situationele preventie), kunnen dezelfde acties ook andere typen criminaliteit beïnvloeden. Dit wordt
diffusion of benefits genoemd.
2.7 Verplaatsing van criminaliteit
Verplaatsingseffecten doen zich voor wanneer criminaliteit verplaatst naar andere tijden, locaties of
soorten, in plaats van dat het geëlimineerd wordt. Er zijn vier typen verplaatsing:
1. Spatiale verplaatsing: de activiteit verplaatst van het ene gebied naar het andere gebied.
2. Temporele verplaatsing: er is een verschuiving van het ene tijdstip naar het andere tijdstip.
3. Doelwit verplaatsing: de keuze van het ene slachtoffer of doelwit wordt verschoven naar de keuze
van een kwetsbaarder ander slachtoffer of doelwit.
4. Tactische verplaatsing: verandering van tactieken van de daders.
Misdaadanalisten moeten de mogelijkheid van verplaatsingseffecten onderzoeken als ze
preventiestrategieën voorstellen aan de politieorganisatie.
2.8 Gelegenheid
Er zijn 10 belangrijke punten die gerelateerd zijn aan gelegenheid voor criminaliteit:
1. Gelegenheid speelt een rol bij alle criminaliteit.
2. Gelegenheden zijn heel specifiek.
3. Gelegenheden zijn geconcentreerd in tijd en ruimte.
4. Gelegenheid is afhankelijk van alledaagse activiteiten.
5. De ene misdaad zorgt voor gelegenheid voor andere misdaden.
6. Sommige producten zorgen voor meer verleidelijke gelegenheden dan anderen.
7. Sociale en technologische veranderingen zorgen voor nieuwe gelegenheden.
8. Criminaliteit kan voorkomen worden door een afname in het aantal gelegenheden.
9. Het verminderen van de gelegenheden zorgt vrijwel nooit voor verplaatsing.
10. Gerichte vermindering van gelegenheden kan een algehele daling in criminaliteit teweegbrengen.
8