Hoofdstuk 2 Technieken zijn niet voldoende
Niet alleen inhoud
Veel mensen die adviseren willen leren zijn op zoek naar methoden en technieken, theoretische
uitgangspunten die zij als het ware kunnen inzetten om goed advies te geven. Ze denken dat bij
advieswerk het inzetten van een instrumentarium voldoende is. Dat is dus een misvatting. Waar het
bij adviseren ook om draait, is de gevoelsmatige kant van de zaak. Deze zijn een belangrijke bron van
informatie voor de adviseur. Het gaat dan niet alleen om wat het inhoudelijke probleem is, en hoe
dat door de adviseur technisch opgelost zou kunnen worden. Maar ook om welke relatie de adviseur
met zijn klant heeft. Gevoelens vormen de affectieve kant van de discussie en een belangrijke bron
van gegevens voor de adviseur- gegevens over de echte problemen van de cliënt en over wat de
mogelijkheden zijn een goede relatie aan te gaan. Een van de doelen van dit boek is ook om de
adviseur er van bewust te maken dat de relatie met de klant, in al haar facetten, van doorslaggevend
belang is. Die moet goed zijn. De affectieve kant van de relatie is dus een belangrijk aandachtsgebied
en kent 4 elementen die altijd van kracht zijn: verantwoordelijkheid, gevoelens, vertrouwen en eigen
behoeften.
Verantwoordelijkheid
Ten eerste. De auteur geeft aan dat een adviseur/klant-relatie altijd een samsam situatie moet zijn.
Beiden dragen evenveel verantwoordelijkheid voor de uitkomst van het adviestraject. Het is niet zo
dat de klant met een vraag komt, en dat de adviseur dit dan even beantwoordt.
Gevoelens
Ten tweede. Klanten moeten openheid van zaken geven over hun gevoelens. Ditzelfde geldt voor de
adviseur. De gevoelens van de klant bepalen ook mede de gevoelens over de adviseur in de
organisatie waar de klant werkzaam is.
Vertrouwen
Ten derde. De auteur merkt op dat klanten nog wel eens defensief en wantrouwend kunnen zijn
tegenover een adviseur. Omdat hij als indringer gezien wordt. Iemand die zijn wijze blik ergens op
werpt, en dingen verandert zoals hij denk dat dit moet. Het is dan ook belangrijk dit te voorkomen.
Als er wantrouwen is, moet dit bespreekbaar gemaakt worden.
Uw eigen behoeften
Ten vierde. Ook adviseurs hebben behoeften. De auteur merkt op dat een adviseur zich snel als
dienstverlener opstelt. En zijn eigen behoeften daarmee achterstelt. De adviseur wil ook het gevoel
hebben onderdeel van het team te zijn, hij wil steun van leidinggevenden. En medewerking bij de
taken die hij uitvoert.
Vooronderstellingen van de adviseur
Elke vorm van advies is gebaseerd op een bepaald beeld van ‘de ideale organisatie’. De adviseur
moet goed weten welke opvattingen hij zelf heeft over die perfecte situatie. Bovendien moet de
adviseur zijn gedrag in overeenstemming brengen met zijn voorgestelde beeld. Bijvoorbeeld
besluitvaardig zijn, duidelijk, etc. De adviseur kan verschillende organisaties voor ogen hebben:
1. De hiërarchische organisatie.
2. De participerende organisatie.
,Probleemoplossing vereist valide gegevens
De adviseur moet bij het oplossen van problemen beschikken over valide gegevens, om verwarring,
onzekerheid en inefficiëntie weg te nemen. Valide gegevens bestaan uit 2 dingen:
1. Objectieve gegevens zoals feitelijke details over de kwestie.
2. Persoonlijke gegevens, zoals meningen. Hier draait het om de subjectieve opvattingen van de
betrokkenen.
Effectieve besluitvorming vereist een vrije en open keuze
Het is belangrijk mensen die getroffen worden door bepaalde besluiten, hierbij te betrekken. Alleen
als zij de zin ergens van inzien, zijn ze oprecht gemotiveerd om mee te werken. Organisaties lijken
beter te functioneren wanneer mensen de kans krijgen invloed uit te oefenen op beslissingen die
direct effect hebben op hun werk.
Effectieve implementatie vereist interne commitment
De adviseur moet duidelijk maken welk doel er gemoeid is met een bepaalde verandering. Of een
bepaald besluit. Alleen dan kan het succesvol ingevoerd worden en zijn mensen bereid zichzelf in te
spannen. Dus interne commitment is een vereiste.
De doelstellingen van de adviseur
Er zijn globaal drie doelstellingen aan te geven die typeren waar de adviseur naar streven moet:
1. Het aangaan van een op samenwerking gebaseerde relatie. Adviseren is geen eenzijdige
bezigheid maar vergt samenwerking om een succesvolle implementatie van een oplossing te
garanderen. Er zijn 2 redenen om naar samenwerking te streven: optimaal gebruik maken
van iemands middelen en verantwoordelijkheid voor succes of mislukking en voor de
implementatie wordt gedeeld; dit is een prettige manier van werken. En als tweede, om zich
coöperatief op te stellen en altijd als voorbeeld dienen om problemen op te lossen.
2. Problemen oplossen zodat ze blijven opgelost blijven. Er moet geen half werk geleverd
worden. Maar het advies moet gericht zijn op duurzaamheid.
3. Garanderen dat aandacht besteed wordt aan zowel het technische of inhoudelijke probleem
als aan de relaties. Zoals gezegd mag er niet alleen op technisch of inhoudelijk vlak
geïnvesteerd worden door de adviseur.
Het opbouwen van commitment bij de klant. Een secundaire doelstelling van elk adviesproject.
Omdat de adviseur niet zelf beslist over het al dan niet invoeren van een verandering, is hij wat dat
betreft afhankelijk van de lijn. Daarom is het van belang commitment te kweken, zodat het
adviesrapport niet ergens in een onderste la van het bureau verdwijnt. Het gaat om intrinsiek
motiveren. Alleen op die manier heeft de adviseur werkelijk invloed.
De verschillende rollen van de adviseur
We onderscheiden (naar de typologie van Schein) een handlanger, een deskundige
(expert) en een gelijkwaardige partner.
De handlanger
Hierbij houdt de lijnmanager de touwtjes in handen. De adviseur heeft een ondersteunende rol. Hij
voert taken uit waar de lijnmanager geen tijd voor heeft. Wanneer de adviseur als uitvoerder werkt,
is er veel vertrouwen in de analyse en conclusie van de leidinggevende. De consultant zorgt alleen
,voor de uitvoering. Er is niet veel samenwerking of communicatie nodig in het traject. Zo nodig stuurt
de leidinggevende bij. De adviseur heeft dus een passieve rol (alles verloopt zoals de manager dat
wil), besluiten over voortgang worden alleen door manager genomen, de manager selecteert de
methoden voor gegevensverzameling en analyse, manager heeft gezag. Probleem: als diagnose van
manager onjuist is zal het plan van aanpak niet werken en zal de adviseur als zondebok worden
aanschouwd.
De deskundige (Expert)
Hierbij is de adviseur en specialist, die de lijnmanager helpt bij het nemen van een beslissing. Of bij
de oplossing van een inhoudelijk probleem. In de rol van expert heeft de adviseur kennis of
vaardigheden die de leidinggevende niet heeft. De opdrachtgever heeft veel vertrouwen in de
diagnose van de adviseur. De adviseur heeft veel vrijheid, bijvoorbeeld om beslissingen te nemen.
Dus de manager heeft een inactieve rol (adviseur is verantwoordelijk), besluiten worden door
adviseur genomen, informatie wordt door adviseur verzameld, adviseur heeft de technische
controle, samenwerking is niet vereis, communicatie beperkt, rol van manager is achteraf oordelen
en evalueren en het doel van de adviseur is het directe probleem oplossen. Probleem : zonder valide
gegevens wordt een nauwkeurige diagnose onmogelijk.
De gelijkwaardige partner
Hierbij zijn beide partijen op elkaar aangewezen om een (complex) probleem op te lossen. De expert
en de lijn zullen samen moeten werken om een doel te verwezenlijken. De expertise van de adviseur
wordt gecombineerd met de rol en kennis van de leidinggevende. De adviseur geeft mede vorm aan
de vraag die de opdrachtgever heeft. Goede en open communicatie is een voorwaarde. Er is
regelmatig overleg waarin de twee sparren over de koers en de verdeling van taken. Dus beide zijn
wederzijds afhankelijk van elkaar, besluitvorming is bilateraal (samen gedaan), gegevens worden
samen verzameld, verantwoordlijkheden worden vastgelegd na overleg en afspraken en het doel van
de adviseur is om het probleem blijvend op te lossen. Probleem: kan ontstaan bij samenwerken.
Partnerschap en de angst iemand bij de hand te nemen
Uit de praktijk blijkt dat het combineren van, of kiezen voor de rol van deskundige en partner nog wel
eens voor problemen zorgen. Hierbij moet er dus aandacht zijn voor de concrete inhoudelijke
toevoeging van de adviseur. Omdat hier enige verwarring over bestaan kan, is het dus van belang te
zorgen voor een helder onderscheidt tussen de inhoudelijke toevoeging van de adviseur, en zijn
relatie tot de klant.
, Betrokkenheid van de klant bewerkstelligen –stap voor stap
Om een bepaalde verandering (door de adviseur voorgesteld) te bereiken, kennen we een systeem
van twaalf stappen.
Stap 1. Vaststellen wat het beginprobleem is.
Stap 2. Het project starten of afblazen.
Stap 3. Onderdelen selecteren die nader bekeken moeten worden.
Stap 4. Bekijken wie de betrokkenen (moeten) zijn.
Stap 5. Het kiezen van een methodiek.
Stap 6. Het bijeenbrengen van gegevens.
Stap 7. Het sorteren (comprimeren),
Stap 8. samenvatten en
Stap 9. Onderzoeken (analyseren) van die gegevens.
Stap 10. Het terugkoppelen (feedback) van de onderzoeksresultaten.
Stap 11. Doen van aanbevelingen.
Stap 12. Het doorhakken van knopen (besluiten nemen).
Checklist 1. Het verantwoordelijkheidsevenwicht bepalen