Een woordvorm staat voor een bepaald begrip of context
Bij het leren van woorden zijn 3 principes te onderscheiden:
- Labelen
- Categoriseren
- Netwerkopbouw
Labelen: de kinderen leren waar een woord in een bepaalde context naar verwijst
Categoriseren: de kinderen leren het woord ook in andere contexten toe te passen
Netwerkopbouw: het gaat om relaties met andere woorden
Het leren van Nederlands kan via twee routes verlopen:
1. Er word een nieuw Nederlands woord geleerd voor een bekend begrip
2. Er word een nieuw Nederlands woord geleerd voor ook een nieuw begrip
Hiërarchische structuur: een manier om dingen te ordenen. Bijvoorbeeld: onder het kopje dier, valt
weer het kopje zoogdier, onder dit kopje valt weer een hond of een tijger bijvoorbeeld.
Diepe woordkennis komt tot stand als kinderen meer hiërarchische structuren begrijpen en
er steeds meer betekenisaspecten bij leren.
Intentionele leersituaties: zijn situaties waarbij vooraf woorden en betekenissen zijn geselecteerd om
aan te bieden
Incidentele leersituaties: hierbij gaat het om automatisch oppikken van nieuwe woorden
3 belangrijke aandachtspunten voor woordselectie zijn:
1. De betekenis van een woord is onbekend voor ten minste een deel van de leerlingen in de
groep
2. Het woord is functioneel, dat wil zeggen dat het vaker voor komt in de taal waarmee de
kinderen te maken hebben
3. Het woord past in de context van een verhaal of een thema
Frequentie en spreiding: hierbij gaat het erom hoe vaak een woord voorkomt in verschillende
situaties
Duidelijke context - pregnante context
BAK basis woordenlijst Amsterdamse kleuters
WAK woordenlijst Amsterdamse kinderen
, In het woordenschatonderwijs worden 4 fases onderscheiden waarin woorden aangeleerd worden:
Voorbewerken: is het creëren van een gunstige beginsituatie. De kinderen worden betrokken bij het
onderwerp en krijgen voorkennis
Semantiseren: staat het verduidelijken van de woordbetekenis centraal.
Consolideren: het woord en de behandelde betekenisaspecten worden ingeoefend. Hierbij gaat het
om het herhalen.
Controleren: er word nagegaan of de te leren woorden en de betekenis ook werkelijk onthouden zijn
Clusteren: je legt verbanden tussen betekenissen. Je brengt woorden samen in groepen
Registreren: dingen noteren
Hoofdstuk 5
Het taalgebruik in teksten is gedecontextualiseerd
De eenheden van geschreven taal verwijzen naar eenheden uit de gesproken taal
Het leren lezen gaat over het leren herkennen, interpreteren, gebruiken en waarderen van
een specifiek soort informatie
De leerlingen zouden kunnen worden ingedeeld in:
- Kinderen die nog niet kunnen lezen, maar toch bezig zijn met de geschreven taal
- Kinderen die leren hoe het systeem werkt. Die leren een woord bij een plaatje bijvoorbeeld
- Kinderen die (hardop) lezen zonder nog lettertje voor lettertje te spellen
- Kinderen die al vloeiend kunnen lezen en op de een of andere manier iets doen met een
tekst
Periode 1 de ontluikende geletterdheid: het kind kan nog niet zelfstandig lezen
Top down: de kinderen zijn gericht op de betekenis, op het grote geheel, niet op het medium als
zodanig, en het leren is vooral incidenteel
Periode 2 aanvankelijk lezen: ze leren lezen en proberen zo de code te kraken: geschreven taal te
ontcijferen
Periode 3 automatisering: oefent de leesvaardigheid tot dat het een groot aantal woorden op 1 e
gezicht herkent
Periode 4 informatieverwerking: lezen om iets nieuws te leren
De laatste periode word in het basisonderwijs aangeduid als voortgezet lezen
Fonemisch bewustzijn: het leren herkennen en schrijven van letters of het leren onderscheiden van
klanken in woorden
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Daniiquew. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.