Hormoonklieren produceren hormonen, en geven ze af aan het bloed, zodat ze
doelwitorganen en -weefsels kunnen activeren (d.m.v. koppeling aan receptoren).
Hormoonklier = endocriene klier: afgifte aan bloed en – via het bloed – aan weefselvloeistof.
Exocriene klier scheidt uit naar uitwendig milieu via afvoerbuis (zweet- en verteringsklieren).
Hormoonklieren kunnen processen in meerdere weefsels en organen tegelijk aansturen.
Hypofyse | BINAS 88C, 89C
Hypofyse (BINAS 88C) coördineert alle processen die door hormonen worden aangestuurd
en de samenwerking met het zenuwstelsel.
Doelwitorganen: andere hormoonklieren, en diverse organen.
Ligging: net onder de grote hersenen (= vlakbij het zenuwstelsel; doorsnede is ca. 1 cm).
Bestaat uit een achterkwab (neurohypofyse) en een voorkwab (adenohypofyse).
Uitlopers van neuronen (zenuwcellen) uit de hypothalamus voeren in de
hypofyseachterkwab (neuro)hormonen aan -> activeren gladde spieren en nieren.
Hypofysevoorkwab maakt zelf hormonen, die andere hormoonklieren tot actie aanzetten.
Hypothalamus | Binas 89A+C
Onderdeel van de hersenen dat het endocriene
stelsel controleert: stuurt de hypofyse aan.
Geeft via neuronen releasing-hormonen (RH’s)
af, die ervoor zorgen dat de hypofysevoorkwab
hormonen produceert die doelwitorganen
activeren. (BINAS 89A+C)
o Vb: FSH-RH stimuleert de
hypofysevoorkwab tot afgifte van
hormoon FSH.
Geeft via neuronen inhibiting-hormonen (IH’s)
af aan hypofysevoorkwab, die de productie van hormonen door de hypofyse remmen.
Produceert neurohormonen (ADH, oxytocine), die via hypofyseachterkwab aan bloed
Groene stippen zijn IH's en RH's
afgegeven worden (productie in hypothalamus; hypofyse is doorgeefluik naar bloed).
, Invloed van BPA op vorming van eicellen | Binas 86C+D, 89A
Normale eicelvorming van onder invloed van FSH en oestradiol.
FSH activeert de eierstokken -> follikels groeien en hervatten de voorlopers van de eicellen
(primaire oöcyten) tijdens de meiose.
Oestradiol zorgt voor juiste chromosoomverdeling bij de meiose van de primaire oöcyten.
BPA vertoont overeenkomsten (qua structuur) met oestradiol, en kan aan de
oestradiolreceptor binden. Hierdoor kan oestradiol niet meer binden, en daarmee verhindert
BPA de werking van oestradiol.
o Kans op geschikte eicellen voor IVF neemt met 50% af bij veel BPA in bloed.
13.2 | Coördinatie van levensprocessen | Binas 89A + C
Samenwerking tussen zintuigen, zenuwen, hersenen en hormoonklieren.
Een proces bestaat uit een keten van signalen:
o Groei: hypothalamus geeft GRH (groeihormoon releasing hormoon) af -> hypofyse
geeft GH (groeihormoon) af -> lever geeft IGF (insulin-like growth factor) af ->
differentiatie van kraakbeencellen (o.a. in groeischijven) leiden tot groei.
o Stress: hypothalamus geeft CRH af -> hypofyse geeft ACTH (adrenocorticotroop
hormoon) af -> cellen van bijnierschors produceren verschillende hormonen, o.a.
cortisol. Cortisol verhoogt glucosespiegel -> energietoevoer naar cellen is veilig.
o Hoge temperatuur en grote zweetproductie is slecht -> lichaam reageert met
bloeddrukdaling en een serie reacties in de nieren, lever, hypothalamus en
bijnierschors.
Reacties bij hel celmembraan | Binas 67H+K, 89B
Hormonen werken alleen bij doelwitcellen door juiste receptoren. Herkenning hangt af van
het type hormoon:
Hydrofobe steroidhormonen (oestradiol, testosteron, cortisonen, vit. D; cholesterol als
basis): passeren celmembraan d.m.v. diffusie, in het grondplasma gebonden aan een
eiwitreceptor en naar celkern gebracht voor activering van DNA (hormoon-receptor-complex
(BINAS 89B) activeert DNA, er ontstaat RNA, waarna ribosomen een eiwit maken).
Tyrosinehormonen (schildklierhormoon, adrenaline): polair en apolair deel, waardoor ze aan
receptor binden op het celmembraan.
o Gemaakt uit aminozuur tyrosine: apolair aminozuur met polaire OH-groep (BINAS 67H).
Hydrofiele eiwithormonen (insuline, groeihormoon): binden aan receptoren op het
celmembraan (BINAS 89B).
Secundaire boodschapper | bron 5
Receptoren van tyrosine- en eiwithormonen veranderen wanneer de hormonen
aankoppelen -> aan binnenzijde koppelt GTP aan receptor onder invloed van G-eiwit.
Keten van reacties activeert de secundaire boodschapper die binding aangaat met
‘doelwitmolecuul’ in de cel (secundaire boodschapper heeft boodschap overgenomen van
hormoon en vormt de verbinding met het molecuul dat in de cel de actie gaat uitvoeren).
Secundaire boodschappers zijn kleine moleculen die meerdere doelwitmoleculen in cel
kunnen hebben, zoals DNA of een enzym; daardoor meerdere reacties op het hormoon
tegelijk.
o Bron 5 (1e 2 plaatjes)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper boeky. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.