KNGF richtlijn osteoporose samengevat: Praktijkrichtlijn – Samenvatting
KNGF RICHTLIJN OSTEOPOROSE SAMENGEVAT
Praktijkrichtlijn
A Inleiding
A.1 Doelstellingen
A.2 Afbakening en omvang van het probleem
A.3 Risicofactoren voor ontstaan van osteoporose
A.3.1 Gevolgen van fracturen
A.3.2 Risicofactoren voor fracturen
A.4 Rol van de fysiotherapie
A.4.1 Samenwerking met andere disciplines
A.5 Probleemgebieden
B Diagnostisch proces
B.1 Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie (DTF)
B.1.1 Inventarisatie hulpvraag
B.1.2 Screening pluis/niet-pluis
B.1.3 Informeren en adviseren
B.2 Anamnese
B.3 (Aanvullend) onderzoek
B.3.1 Inspectie/observatie en palpatie
B.3.2 Lichamelijk onderzoek
B.3.3 Aanvullend onderzoek
B.4 Meetinstrumenten
B.5 Analyse
B.6 Behandelplan
C Therapeutisch proces
C.1 Doelstellingen
C.1.1 Informeren/adviseren/educatie
C.1.2 Oefenen/sturen van functies en activiteiten
C.2 Evaluatie
C.2. Nazorg en preventie
C.2.2 Afsluiting, verslaggeving en verslaglegging
Samenvatting
1
, KNGF richtlijn osteoporose samengevat: Praktijkrichtlijn – Samenvatting
mannen en 16,1 per 1000 vrouwen. Karakteristieke locaties
van osteoporotische fracturen zijn de (thoracale)
wervelkolom, de heup en de pols. Per jaar breken ongeveer
Praktijkrichtlijn 17.900 mensen een heup, en van de 55-plussers breken er
15.970 een wervel en 12.114 een pols. De oorzaak van
fracturen is bijna altijd een val, maar bij ernstige vormen van
A. Inleiding osteoporose kunnen fracturen ook spontaan ontstaan of het
Hoewel de aandoening osteoporose op zichzelf geen gevolg zijn van een gering trauma.
verwijsindicatie voor fysiotherapie hoeft te zijn, kunnen de
met osteoporose samenhangende problemen, bijvoorbeeld A.3. Risicofactoren voor ontstaan van
pijn, bewegingsangst, houdingsproblemen, verminderde osteoporose
spierkracht of een afgenomen balans, fysiotherapeutische Ouderdom en vrouwelijk geslacht zijn de voornaamste
behandeling behoeven. risicofactoren voor het ontstaan van osteoporose. Verder zijn
laag lichaamsgewicht, osteoporose in de familie, roken,
A.1. Doelstellingen weinig lichaamsbeweging, deficiënte voeding, onvoldoende
Men spreekt van primaire osteoporose bij botverlies dat intake van calcium, vitamine D risicofactoren voor een lage
samen- hangt met het normale verouderingsproces, zonder BMD. Recent zijn er aanwijzingen dat sterk verhoogde
verdere aanwijsbare oorzaak. Primaire osteoporose kan te homocysteinespiegel geassocieerd is met een verhoogd
wijten zijn aan een verhoging van de botafbraak, eerder dan risico.
aan een afname van de botaanmaak, of aan een abnormaliteit
in het koppelingsmechanisme tussen botaanmaak en
botafbraak. Primaire osteoporose wordt onderverdeeld in
A.3.1. Gevolgen van fracturen
postmenopauzale en ouderdomsosteoporose. Fracturen, en de consequenties ervan, hebben een grote
Postmenopauzale osteoporose komt voor bij invloed op de kwaliteit van leven. Ouderen hebben langere
vrouwen tussen de 51 en 61 jaar, bij wie hersteltijd, hierdoor zij ze lang uit de roulatie en mogelijk
sprake is van een duidelijk verhoogd verlies van niet volledig herstel.
trabeculair botweefsel. Dit verlies van botweefsel Een wervelfractuur hoeft geen klachten te geven (circa 2 op
kan tot wervelfracturen leiden. de
3 wervelfracturen zijn asymptomatisch), hoewel ze ook
Ouderdomsosteoporose komt voor bij zowel
gepaard kunnen gaan met een episode van hevige pijn. Deze
vrouwen als mannen ouder dan 65 jaar. De
pijn verdwijnt meestal na 1-3 maanden. Wervelfracturen
aandoening wordt gekenmerkt door een verlies
kunnen leiden tot een vergroting van de thoracale kyfose, die
van trabeculair en corticaal botweefsel, dat kan
in de loop van de tijd tot problemen aanleiding kunnen
leiden tot heupfracturen en wervelinzakkingen.
geven, zoals rib-crista-iliacawrijvingen, compressie op
Men spreekt van secundaire osteoporose als het botverlies
interne organen en chronische rugklachten. Daarnaast
een aanwijsbare oorzaak heeft. Voorbeelden van
verandert een vergrote thoracale kyfose de lichaamshouding,
aandoeningen die het risico op osteoporose sterk vergroten
waardoor iemand tijdens het uitvoeren van dagelijkse
zijn: inflammatoire darmziekten, coeliakie, osteogenesis
activiteiten sneller uit balans kan raken. Chronische pijn en
imperfecta, anorexia nervosa, hypo
beperkingen als gevolg van wervelfracturen worden vooral
gezien bij patiënten met een ernstige deformatie van de
maagresectie, syndroom van Cushing en chronische
wervelkolom.
reumatoïde artritis.
Na een heupfractuur is opname in een ziekenhuis bijna altijd
Ook corticosteroïden, anti-epileptica, fenprocoumon ( een
noodzakelijk. Op de lange termijn heeft een heupfractuur de
anticoagulans) en gosereline ( een middel dat remmend
meest ingrijpende gevolgen in vergelijking met de gevolgen
werkt op de aanmaak van hormonen in het hypothalamus )
van bijvoorbeeld een onderarmfractuur, zoals beperkingen
leiden tot veel botverlies.
in het zichzelf voortbewegen en soms verlies van
zelfstandigheid en langdurige zorg in een verpleegtehuis.
A.2. Afbakening en omvang van het probleem Onderarmfracturen veroorzaken bij de meeste patiënten
Osteoporose is een aandoening van het skelet die wordt alleen een tijdelijk functieverlies van de desbetreffende arm.
gekenmerkt door een lage botmineraaldichtheid (BMD) en Op den duur leidt de (tijdelijke) immobiliteit waarmee
een ver- storing van de samenhang (microarchitectuur) van fracturen gepaard kunnen gaan, tot een afname van de BMD
het bot, die het bot brozer maken en het fractuurrisico en een vermindering van functies van het houding- en
vergroten. bewegingsapparaat, zoals een afgenomen spierkracht en
Gradaties BMD-meting: coördinatie, die op hun beurt weer leiden tot een groter
geen osteoporose: de BMD ligt op of boven de risico op vallen en (nieuwe) fracturen. Bovendien vergroot
grens van 1 standaarddeviatie (SD) onder de de immobiliteit, vooral bij de oudere patiënt, het risico op
gemiddelde botdichtheid (piekbotmassa) van sociaal isolement. Bij patiënten met osteoporose kunnen
jongvolwassenen (25-30 jaar); angst voor nieuwe fracturen en immobiliteit door angst om
osteopenie: de BMD is verminderd en ligt 1-2,5 SD te vallen een rol spelen bij het ontstaan van psychosociale
onder de ge- middelde botdichtheid problemen.
(piekbotmassa) van jongvolwassenen, maar er is
nog geen sprake van osteoporose; A.3.2. Risicofactoren voor fracturen
osteoporose: de BMD ligt meer dan 2,5 SD onder Regelmatige lichaamsbeweging en voldoende botbelasting,
de gemiddelde botdichtheid (piekbotmassa) van die in een veilige omstandigheden plaatsvinden, zijn
jongvolwassenen; beschermende factoren voor vallen.
ernstige osteoporose: osteoporose die o Vrouwen hebben een hoger fractuurrisico dan
gepaard gaat met osteoporotische fracturen. mannen.
De piekbotmassa wordt overwegend bepaald door o Eerdere fracturen ( vooral na de menopauze )
genetische facto- ren. Daarnaast spelen voeding en leefwijze o Laag lichaamsgewicht
(lichaamsbeweging) een belangrijke rol. Na 40ste levensjaar o Geringe activiteit
is de afbraak 0,3-0,5% per jaar. Mannen verliezen gedurende o Hoge valrisico
de rest van hun leven 20-30%. Vrouwen verliezen 40-50%. Gezondheidstoestand
Dit komt doordat het botverlies rond de menopauze versnelt o Balansstoornissen
verloopt (3-5% per jaar). De prevalentie is 1,9 per 1000
2