100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Duidelijke samenvatting Sociale kaart van Nederland €5,99
In winkelwagen

Samenvatting

Duidelijke samenvatting Sociale kaart van Nederland

 5 keer verkocht

Samenvatting van alle hoofdstukken van het boek de sociale kaart van Nederland.

Voorbeeld 3 van de 24  pagina's

  • Ja
  • 15 juni 2021
  • 24
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)
avatar-seller
zosjalaan
Beleidsvelden

Hoofdstuk 1 veranderende instituties
Instituties en organisaties
Instituties: de formele en informele regels die ons gedrag in meerdere of mindere mate reguleren.

Organisaties: verbanden tussen mensen die een gemeenschappelijk doel nastreven (de wijze van hoe
mensen zich tot elkaar verhouden en zich organiseren zoals een bedrijf, gemeente of vereniging).

Proces van institutionalisering
Proces onderscheid 3 fasen:
1. Het ontstaan (reden waarom ze ontstaan zijn bijvoorbeeld het ontstaan van een sociale
norm)
2. Het voortbestaan (mensen raken afhankelijk van een institutie, het wordt steeds moeilijker
om de ingeburgerde wetten af te breken waardoor de institutie blijft voortbestaan).
3. Het veranderen en/of verdwijnen. 3 Vormen: Revolutie (zoals 9/11), geleidelijke verandering
(de samenleving ontwikkelt zich), niet meer relevant (het heeft geen nut meer voor onze
samenleving).

In de praktijd bijvoorbeeld het poldermodel (werkgevers en werknemers en overheid maken samen
afspraken over lonen enzovoorts).

Maatschappelijke veranderingen
Selectie van zes belangrijke veranderingen in de Nederlandse samenleving:
 Verzuiling en verstatelijking
 Anti-institutionele stemming jaren ’60 en ‘70
 Marktwerking in de jaren ’80 en ‘90
 Individualisering
 Horizontalisering
 Internationalisering

Dit speelt in op onze instituties en organisaties. Voor WO 1 werd er door de overheid niet veel
gedaan aan armoede de initiatieven hiervoor kwamen van de burgers. Later kwamen initiatieven
vanuit de overheid.


Hoofdstuk 2 recht
De rol van het recht
Het recht als een bijzondere institutie:
 Geeft (bij uitstek) de spelregels van de samenleving
 Onderscheidt zich van alle andere instituties door universaliteit (‘niemand komt onder het
recht uit’)

Structuur rechtssysteem
Structuur van het rechtssysteem als institutie is een samenspel tussen:
 De formele regels
 De juridische organisaties
 De dagelijkse handelingen

,Sociale functies van het recht
Er zijn (in de kern) vijf functies van het recht te onderscheiden:
 Ordening van het sociale leven
 Normering van wel of niet toegestaan gedrag
 Handhaving van onderlinge afspraken
 Conflictregulering
 Verdeling van schaarse goederen

Ontwikkeling van het recht – internationalisering
Drie klassieke rechtsgebieden:
 Civiele recht (afspraken tussen burgers onderling)
 Strafrecht (wanneer sociale normen overtreden worden)
 Staats- en bestuursrecht (burger en overheid en overheid onderling)

Maar toenemend nieuwe en gespecialiseerde rechtsgebieden zoals milieurecht, mediarecht,
vreemdelingenrecht. Belangrijkste ontwikkeling daarbij is het EU-recht.

Vertrouwen in recht en rechtspraak
Wordt op een aantal manieren bekeken (niet beoordeeld):
 Rechtsvervreemding
 Publieke opinie
 Vertrouwen
 Legitimiteit

Dikastocratie = de rechters hebben de macht i.p.v. de overheid.

Hoofdstuk 3 politieke structuur en cultuur
Politiek: stabiele structuur, veranderlijke cultuur
Formele instituties en organisaties: institutioneel conservatisme
- Historische schets

Informele instituties: verandering en onenigheid (strijd)
- Historische schets

Historische schets – politieke instituties
1588 – 1795: Republiek der verenigde Nederlanden
 Republiek, confederatie, regentenbestuur.

1795 – 1813: Franse tijd
 Centralisering bestuur, monarchie, Revolutiegeest.

1813: Monarchie, Willen 1 en Willem 2
 Restauratie(!?), absolutie (verlichte!?) monarchie.

1848: Grondwet Thorbecke
 Revolutiejaar, Constitutionele monarchie, Tweede kamer (direct gekozen en censuskiesrecht),
Eerste kamer (indirect gekozen), Districtenstelsel.

, 1917: Grondwetswijziging (de pacificatie)
 Algemeen (mannen) kiesrecht en 1919 het vrouwenkiesrecht, evenredig kiesstelsel, einde
schoolstrijd.
Monisme =
Dualisme =

Grondwet 1917: institutioneel conservatisme
Stabiliteit formele politieke instituties:
 Constitutionele monarchie
 Huis van Thorbecke (Rijk, provincie, gemeente)
 Algemeen kiesrecht
 Evenredige vertegenwoordiging
 Bicamerisme (TK en EK)
 Dualisme (nationaal)
 Monisme (provincie, gemeente)

Veranderingen?:
 Wet Dualisering (2002, 2003) (gemeente, provinciebestuur)
 Referenda?
 TK: 100  150, EK: 50  75
 Afschaffen opkomstplicht (1970)
 Kiesgerechtigde leeftijd
 Europese Unie

Vergelijkend perspectief?
 Zeer open en toegankelijk stelsel (geen kiesdrempel: 5% in Duitsland) (geen
meerderheidsstelsel: VK en Frankrijk)

Kritiek formele instituties
Lange jaren zestig (1966-1982)
 Anti-institutional mood
 Kritiek van links: D66, PPR, Nieuw links (PvdA)

Post – 2002
 Anti-institutional mood
 Kritiek van rechts: LPF, PVV, Rita Verdonk (TON), FVD
 Directe democratie
 Tegen partijkartel/politieke correctheid

Institutioneel conservatisme
 Nacht van Wiegel (1999)
 Nacht van Van Tijn (2005)
 Intrekken raadgevend correctief referendum (Wrr) (2018)

Informele instituties: veranderlijke politieke cultuur
= Hoe de formele instituties zich gedragen en met elkaar om gaan.

Historische schets politieke stijl:
- Consensusgericht vs. Gepolariseerd
- Elitair vs. Egalitair
- Zakelijk vs. Gepersonaliseerd (emotie)

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper zosjalaan. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 66662 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€5,99  5x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd