Volledige samenvatting over het vak bestuur, politiek en beleid, dat wordt gegeven in het eerste jaar van de opleiding Ruimtelijke ontwikkeling, planologie & bestuurskunde.
Politiek & Politicologie Boris Snippe
Hoofdstuk 1
Betekenis politiek:
Deth & Vis Een situatie waarbij de overheid betrokken is of zou moeten zijn
Lever ‘Elke mengeling van conflict en samenwerking’
Easton ‘De gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving’
Lasswall ‘Wie krijgt wat, wanneer en hoe?’
Lasswall & ‘Het vormen en verdelen van macht’
Kaplan
Taylor ‘Het oplossen van collectieve actieproblemen’
Drie manieren om collectief actieprobleem op te lossen:
1. Overheidsingrijpen
- Fysiek: Poortjes op station,
- Juridisch en handhavingsinstrumenten: verbod voor afval op straat
- Financiee-economische: subsidies te geven, belasting op boetes
- Communicatief en informeren: overheidscampagnes voor
energiebesparing of tegen asociaal gedrag
2. De verleiding om ‘free-riden’ te verkleinen (gratis rijden/genieten) geen
prikkel om bij te dragen: Kosten-batenanalyse (parkeerboetes)
3. Moraal, normen, waarden en tradities, moreel verplicht voelen om een
treinkaartje te kopen, zwartrijden zien zij als diefstal en asociaal dus
daarom doen ze het niet
Politiek probleem: mensen beschowen iets/situatie als ongewenst. Mensen
denken de situatie te moeten en kunnen veranderen.
, 1. Publiek vs privaat Wat zijn publieke taken en welke privaat?
2. Democtatie vs leiding Moet de macht bij de burger liggen of bij
de staat?
3. Vrijheid vs gelijkheid Hoe moeten middelen verdeeld worden
en hoe veel gelijkheid moet er zijn?
4. Eenheid vs verschidenheid Individuele burger of eenheid
belangrijker?
5. Idealisme vs realisme Streven naar ‘goede en staan idealen’
voorop of naar ‘haalbare en staat
realiteitszin’ voorop?
6. Doelmatigheid vs ‘Doelmatig & rationeel’ of is draagvlak
aanvaardbaarheid voor beleid het belangrijkste?
7. Orde vs verandering Langzaam aanpassen of is grote
verandering nodig?
1.5 Kenmerken van Politiek (Hoogewerf 1994, steeds dezelfde 7 vragen
worstelen)
Paragraaf 1.6
Politicologie, 4 centrale vragen:
1. Hoe moet het object van de politicologie gedefinieerd worden?
2. Hoe moeten de centrale begrippen van de poiticologie gedefinieerd
worden?
3. Welke wetenschappelijke strategie moet gebruikt worden om de
beoogde kennis te verwerven?
4. Welke wetenschappelijke benadering moet gebruikt worden om de
beoogde kennis te verwerven?
Paragraaf 1.7
1. Theoretische Machtenscheiding van Montesquieu
‘Zuivere theoriën’
2. Empirische Onderzoek naar referenda, ‘empirische cyclus’
‘Toetsen van theoriën
aan feitelijke gegevens’
3. Normatieve Rechtvaardigheidstheorie van Rawls
‘Vraagstuk van de
gewenste politieke orde’
4. Vergelijkende E-campaigning bij EU verkiezingen
‘Vergelijken naar tijd
en/of plaats’
2
, Hoofdstuk 2
Model: vereenvoudigde weergave van de realiteit (Nijntje bijvoorbeeld,
makkelijk te onthouden. (begrippen worden gevisualiseerd!)
Politieke actoren: Deelnemers aan het politeke proces
Poortwachters: Deze mensen houden sommige wensen tegen en laten andere
wensen toe in het besluitvormingsproces. (Filteren en selecteren)
- Politici, media, ambtenaren en belangengroepen
Diffuse steun: Loyaliteit aan het politieke systeem (Coronamaatregelen
accepteren en naleven)
1. Politiek stysteemmodel Stabiliteit
2. Beleidsprocesmodel Beleidsonderdelen
3. Barrieremodel Conflict
Model: Dynamisch en niet statisch, laat de relatie tussen politiek en beleid zien.
Politieke actoren zijn deelnames aan het politieke proces, waarden in een
model aangeduid als de omgeving.
Het beleidsprocesmodel
Beleid (plan): waarin het bereiken van bepaalde doeleinden met bepaalde
middelen in een bepaalde tijdsvolgorde centraal staan.
1. Agendavorming (beginpunt van maken of veranderen van beleid/aandacht
van het publiek) Publieke en officiele agenda
Mediated reality: Media schept zelf een werkelijkheid door de manier waarop
zij denken over iets. Rol van media: Informatief, expressie, kritisch
2. Beleidsvoorbereiding (Verzamelen en analyseren van info & formuleren van
adviezen over het te voeren beleid)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper boriss. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.